GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Heilzame dwang.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Heilzame dwang.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

En terstond dwong Jezus Zijne discipelen in het schip te gaan Mattii. 14:22.

Indien de Heere eens altijd deed naar ons bidden, altijd den weg inslo'eg dien Avij aanwezlen, nooit ons in eene richting bracht tegenovergesteld aan óns inzicht, nimmer ons dwong, in het schip

348 te gaan, storm ea noodgetij tegemoet .— h.oé weinig zouden wij Hem leeren kennen, hoe weinig Hem leeren vertroiuwen in zijn Vaderlijke wijsheid en grootheid.

Wat zou ons geloof kwijnen.

De discipelen hebben zoo pas de heerlijkheid van Christus gezien in de vermenigvuldiging der brooden. Wonderbaar zegenend heeft de Meester in hun midden gestaan. Uit zijn hand hebben ze gegeten en zijn verzadigd geworden; én hun ziele heeft, bij twaalf volle korven, de weeid.3 gesmaakt van een Christus, die gekomen is, opdat zij het leven hebben en overvloed hebban.

Zulke tijden zijn in des Christens leven niet onbekend. Zoimige tijden, dagen van zegening, waarin het zoet is ©ea oog op den Heere tei hebben, oip Zijn geopende hand; waarin het al weldadigheid Gods is, die ons omringt en door ons erkend wordt. Al onze gebeden worden verhoord, al onze nooddruft wordt verviild; we hebben onze vijf brooden en twee visschen den Heere maar te toonen en aanstonds worden ze vermenigvuldigd.

Ja, dat willen wij! Wij willen daar wel op het grasland blijv^en zitten, in het licht van Gods vriendelijk aanschijn.

Zóó wil ons hart den Heere wel leeren kennen.

Maar de Heere' 'wil, dat wij Hem, nog' op andere wijze zullen leeren kennen.

In den storm; in de groote wateren; in nood en smart; in den nacht, als de zlon weg is; als de wind ons tegen is en wij scihreeuwen vam vreeze.

Dan wil Hij 5n Christus over de golven tot ons komen, zeggend: „Vreest niet, Ik ben heti" Dan wil Jezus in den stormnacht bij - ons komen in het schip, opdat wij Hem nog anders leeren kennen en ' wij aan Zijne voieten Hem aanbidden: „Waarlijk, gij zi|t Goids Zoon!"

Dat is hóóger kennis; dieper inzicht in den Goddelijken rijkdom van Christus. Dat is kennis, waarbij we ons in nood en dood op Hem verlaten, en het licht 'zijiner vertroosting in donkerheid voor ons opgaat.

Doch deze kennis eischt dan ook moeilijker weg; en veelal.moet de Heere oais dwingen di^n weg in te gaan. Zie het aan de discipelen.

Neen, om uit Jezus' hand wonderbaar gespijzigd te worden — daartoe was geen dwang noodlg; maar als de Meester hen daarna de wateren oipzendt, en zij, als ervaren schepelingen aan de Idm den storm zien o-pkoinen, aJs giij het verkeerd achten nu zee te kiezen, —: dan willen zij niet; zij blijven liever aan het veilige strand; en dan moet Jezus hen dwingen in het schip te gaan.

Hoe herhaalt zich die dwang.

Wie onzer gaat uït vrije begeerte den weg van smart en moeite op? Wie zet eigener beweging zijn schouder onder het kruis?

Daarom moet de Heere 'hier dwingen.

Want anders — overgelaten aan eigen inziicht, bestuurd door eigen hand en geleid in den weg van óns bidden — dan zullen we nooit den Heere leeren kennen, gelijk Hij gekend moet worden om in zielsbenauwdheid en stervensnood ons-aan Hem toe' te vertrO'UWen.

Vandaar dat de Heere ons op het ziekbed werpt; onze dierbaren ons ontneemt; ons teleurstelt en pijnigt; en in allerlei oip'zicht soms Zijn weg tegen den onze doet ingaan.

Dan dwingt Jezus ons in het schip te gaan.

Wij willen dat 'niet. Wij begeeren en bidden daar tegen in. Het schijnt ons verkeerd. Wij .ziLen den stoTm en den naöht komen, en straks, in nood van de baren, schreeuwen we van vreezie.

Maar dan dwingt de Heere ons. Het gebeurt • dan tóch, .Niet uit lust tO'L plaggen, maar omdat Christus straks-tot ons komen wjil over de golven en zich aan ons wil doen kennen, als Degene mot Wien we. in nooid en naöht niet kunnen omko'men.

O kranke, beproefde', "röriiw-en kruisdragendo, •o lijder, zie - het zóó. Streef nu niet meer tegen; maar laat u heilzaam dwingen. En zie nu uit, blijf biddend uitzien, naar Hem. die in het donker' van uw lijden tot'u komit. Hoor! Zijn stemme klinkt reeds vooruit: „Zijt goedsmoeds, Ik ben hel!" Straks leert ge Jezus kennen, gelijk ge, buiten dezen dwang. Hem nooit zoudt gekend hebben, en zinkt ge aanbiddend aan zijne voeten: „Waarlijk, gij zijt Gods Zoon!"

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 augustus 1921

De Reformatie | 4 Pagina's

Heilzame dwang.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 augustus 1921

De Reformatie | 4 Pagina's