GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

GEESTELIJKE ADVIEZEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

GEESTELIJKE ADVIEZEN

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

(Alle inzendingen, deze rubriek betreffende, aan Ds D. van Dijk, Alikerstraat 26, Groningen.)

Leven bij het Woord.

Hèt is een telkens terugkeerend verschijnsel, dat dé menschen, in dagen van verschrikking, zooals wij ook nu beleven, hun aandacht richten op de profetieën, die belrekking hebben op de laatste dingen.

Ik herinner mij dat nog zoo goed uit 1914.

Minder dan nu. waren wij toen gewend aan oorlog.

Eigenlijk leefden wij in - de gedachte: „oorlog, dat is iets vóór-historisch geworden. Vroeger, ja, toen had! men oorlog, maar wij, menschen van de twintigste eeuw, wij zijn daar boven verheven; oorlog komt er niet meer".

En tóén het toch, plotseling, oorlog werd, toen was het velen te moede, alsof daarmede hel einde van de wereld was aangebroken.

Daar waren menschen, die hun huishouding opbraken en bij familie gingen inwonen, met die gedachle: . „het is nu toch afgelopen".

Een uitgever in Friesland wist daar, tot spekking van zijn portemonnaie, handig gebruik van te maken. In de laatste helft van de achttiende eeuw is er in Friesland een boekje verschenen, geschreven door een zekere Yntje Jans.

Deze man woonde in Frieslands Zuidwesthoek, in Oosterzee.

Op een Zondagavond was hij op bezoek geweest bij een oude, geloovige vrouw.

Samen hadden ze gepraat over de ernstige, zware tijden.

Toen hij, op de thuisreis, was gekomen Echtenerbrug, kreeg hij een visioen. bij

Een gestalte stelde zich bij hem, en beval hem, onder zijn uitgestrekten arm door, te kijken naar het Zuiden, naar bet Oosten, enz.

Hij deed dat en hoorde dan telkens een stem zeggen: „Wee, wee over Vlaanderen; wee, wee over Duitscliland; en zoo vervolgens.

En ieder wee ging vergezeld van de aankondiging van ontzaglijke oordeelen.

- Ik heb het boekje niet bij de hand, maar Ui herinner mij, dat over Nederland een oordeel werd aangekondigd, dat veel leek, opi wat er later in den tijd van de Fransche Revolutie is gebeurd; de verdrijving van Oranje en de heerschappij van Napoleon.

Yntje Jans kreeg de opdracht, deze profetieën te openbaren.

Hij zag daar tegen op. Maar toen hij op zijn bed lei, kwam er weer een stem, die hem publicatie gebood. Tot driemaal toe. De laatste maal ging dat vergezeld van een geweldigien klap en toen eindelijk nam hij het besluit, dat hij zijn ATsioen zou wereldkundig maken.

ZoO' werd zijn boekje gedrukt en IvTeeg de inhoud daarvan .een plaats in het Friesclie volksleven.

Als jongen heb ik het nooit gezien, maar wel hoorde ik er mijn vader over praten.

En toen, in de angststemming van 1914 werd hel boekje weer op de markt gegooid en druk langs de huizen verkocht.

Een dergelijke stemming heerscht er op dit oogenblik weer.

Wie zich nu gaat bezighouden met Daniël en Openbaringen en de Eschatologische rodevoeriagen van den Heiland, kan er zeker van zijn, dat hij gehoor vindt.

In het algemeen geef ik voor zulk een belangstelling in de profetieën heel weinig.

Bij velen wordt zij geboren uit angst, en do bedoelüig van dat luisteren naar wat sprekers en schrijvers over deze dingen zeggen is bij niet wemigen deze, dat men daaruit zou mogen opmaken: „'tis nog zoo ver niet, wij hebben nog een goede kans, dat het einde der dingen nog wel wat uilblijfl": Ook zou ik ieder, die geroepen is om door spreken of scltrijven den volke voiOï< lichling Ie geven, op het hart willen binden: „wees toch voorzichtig len misbruik het Woiord Gods niet om daardoor sensatie te wekken en uzelver succes te verzekeren". Daarvoor zijn deze dingen toch te teeder, te ernstig, te heilig.

Zoo kom ik, waar ik wil wezen.

In de laatste jaren roert zich in ons land nogal sterk de z.g.n. Maranatha-beweging.

'Natuurlijk wil ik niet zeggen, dat het den mannen, die in deze beweging de leiding hebben, te doen zou zijn om sensatie en succes.

Ik neem aan, dat zij de dingen ernstig nemen en dat zij werkelijk bedoelen de profetieën lot hun recht te laten komen.

En toch —, schtdlt er in de wijze, waarop zij dit doen, een groot gevaar.

Ik bedoel dit, dal zij meenen van allerlei verschijnselen precies te kunnen zeggen, welke plaats diie nu innemen in de vervulling der pt-ofetieën. B.v. In de laatste dagen zijn wij getuige geiweest van het verrassend gebeuren, dat Duitscliland en Rusland' elkander hebben gevonden. Zij sloten een economisch verdrag; daarna een non-agressie pact.

Op dit oogenblik schijnen ze den. buit van Polen samen te zullen deelen.

Inderdaad, dat is een ding van zulk een be^ Leekenis, dat wij nog niet kunnen overzien, welke gevolgen het voor de verdere ontwikkeling, der dingen zal hebben. -

Maar wat zegt men nu in de kringen van de Chiliasten?

„Kijk eens; twee anti-christelijke machten, naüonaal-socialisme en communisme hebben elkander gevonden; daarmee wordt ingeluid de heerschappij van den Anti-chri'st. Daar valt niets tegen te ber ginnen. Engeland en Frankrijk kunnen nog wel wal daar tegenin scharrelen, het zal hun toch niet baten.

Hel gaat nu rechtstreeks aan op het rijk van den anti-christ".

Zulk schrijven en spreken nu betaamt niet.

In de eerste plaats is het al heel gevaarlijk voor de autoriteit van het Woord. Wanneer men immers eerst den menschen heeft wijsgemaakt: „dat is de zin des Woords", en het komt later anders uit, dan ligt het voor de hand, dal het vertrouwen op het Woord een schok krijgt en met allerlei redeneeringea zal men zich dan er weer uit moeten trachten te redden.

Maar ook in het algemeen is deze wijze van Schriftgebruik af te keuren.

O, veel menschen willen graag dien kant uit. Zij houden zoo van een Schriftgebruik, waarbij precies gezegd wordt: „kijk, dit wordt hieiin vervuld en dat daarin".

Wie daar den slag wal van heeft te pakken, kan zeker zijn van succes.

-Als iemand den moed heeft b.v. (wal werkelijk gebeurd is) om te zeggen: „met Mezech en Tubal

(Zie vervolg op pag. 412.)

(Vervolg van pag. - ill.)

uit Ezechiël worden bedoeld: Moskou en Tobolsk, dan zullen duizenden daarvan onder den indmk komen en mecnen, dat dat nu nog eens de ware Schriftverklaring is.

Maar het is dwaasheid en zuivere willekeur.

Daarvoor is ons de profetie niet gegeven.

Wat de Heere met de voorzeggingen van de laatste dingen, met het geven van de teekenen van de komst van den Zoon des menschen alléén bedoelt is dit, dat wij door al deze dingen, oorlogen en geruchten van oorlogen, openbaring van goddeloosheid en vervolgingen der gemeente, hongersnooden en ziekten ons er telkens aan zullen laten herinneren, dat de Christus wederkomt, dat deze bedeeling niet eeuwig duurt, dat wij zóó moeten leven, dat wij den Heiland altijd kunnen ontvangen.

Heel de geschiedenis van het Nieuwe Verbond is één doorloopende vervulling der profetieën en ^ij hebben nooit het recht van te voren te zeggen: „daarin of daarin zal nu de vervulling plaats vinden".

In den loop der eeuwen is trouwens ook telkens gebleken hoe men zich daarmee vergist.

Bovendien hebben wij daar in het geheel geen behoefte aan.

Niet bieraan hebben wij behoefte, precies uit te vinden hoe de dingen nu verder zullen vflr'loopen, maar dit hebben wij noodig, dat wij, in het algemeen, door al wat er om ons heen gebeurt, ons wakker laten roepen, dat wij bedenken dat Christus elk o o g e n b 1 i k komen kan, dat a 11 ij d de nood ons kan overvallen, ook de nood van de vervolging, opdat wij altijd leven uit het geloof, altijd ons geborgen weten in Christus, altijd bezig Christus en Zijn rijk te dienen, de macht des boozen te wederstaan.

Hoe het dan precies zal gaan, of wij dan nogi tijden krijgen van vrede en welvaart, of dat wij van nu aan door duisternis en verschrikking heen naar het einde gaan, dat is Gods zaak, dat kunnen wij gerust aan Hem overlaten.

Als wij maar waakzaam en werkzaam zijn (en daartoe roept de Heere ons in deze dagen weea* krachtig op), dan komt het met ons altijd goed.

Daarom, laat u niet ontroeren door allerlei SipdtSr vondige, menschelijke, aanvechtbare, redeneeHngen en voorspellingen, maar leeft rustig uit het geloof, bij het Woord, aan Gods Hand.

Dat zal ook kracht geven tot het vervullen van uw taak, hetzij ge gei-oepen wordt om in het leger te dienen, hetzij ge uw plaats hebt in de burgerm aa Ischappij.

Geloovig — nuchter blijven, dat vraagt de Heere.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 september 1939

De Reformatie | 8 Pagina's

GEESTELIJKE ADVIEZEN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 september 1939

De Reformatie | 8 Pagina's