Studentenalmanak 1934 - pagina 129

SOCIÊTEITSVERSLAG 119

De tijd, waarin onze bescheiden en, naar de volgende

opmerking te oordeelen, ook op Corpsgebied levenswijze

Anton tegen me zeide (na een zeer rumoerige corpsverga-

dering): „Mijnheer, we zijn er nog lang niet! Maar wat

ook val, Anton met zijn croquetten staat pal!", die tijd

schijnt op 't oogenblik inderdaad voorbij. Dat die schijn

werkelijkheid worde!

Zoo mocht een jaar met een droef begin met blijde ver-

wachtingen eindigen.

De samenwerking met de Senaat was goed, was los en

soepel, al ware waarschijnlijk de assessor I zijn plichten

beter nagekomen, indien hij ons vaker met een bezoek had

vereerd. Neen, dan onze financieele adviseur. Mr, Dr, J.

Postmus! Trouwens, zijn raadgevingen vonden steeds 'n

geopend oor.

Ook wil ik nog dankbaar wijzen op de goede harmonie,

die onderling in het sociëteitsbestuur aanwezig was, me het

leiden van een vergadering tot een gemakkelijke taak

maakte,

Anton werkte tot onze volle tevredenheid.

Ik eindig met de wensch, dat de huidige kroegcommis-

sie met de stevm van het heele Corps het ideaal, dat nu

dichter bij dan ooit schijnt, in vervulling moge zien gaan:

De Sociëteit het bindende centrum van 't Corps!

W. P, KRAMER,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen