GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1951 - pagina 89

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1951 - pagina 89

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

het de mannen die - trots alle moeilijkheden - door het geloof de moed en kracht konden opbrengen om door te zetten, ging om Gods eer en om Zijn zaak. En we hebben ons met hen verbonden gevoeld in hun gebed en strijd voor een eigen wetenschappelijke inrichting, die uit De Waarheid wil leven en die dienen. ^Wat wij aan de V.U. hebben en wat wij voor de V.U. kunnen zijn'', heeft Prof. Waterink ons in een interessante causerie laten zien. Bovendien hebben we, eerst in de discussiegroepen en daarna in de algemene bespreking, over dit onderwerp nog heel wat opgedaan om verder mee te kunnen werken. De schets van den heer B. Faber voor een vrij onderwerp op de verenigingen was tijdens de conferentie al uitgereikt, is aan het V.U-bureau verkrijgbaar en verschijnt zowel in het V.U. blad als ook in de jeugdbladen. Bij de bespreking van dit stuk was ten slotte nog gelegenheid voor een enkele toelichting, waarbij de heer Faber er bijzonder op wees hoe nodig het is dat wij de V.U. vast houden als onze Universiteit.

Opstelwedstrijd In de conferentie op 'De Witte Hei' is alvast verteld en in de jeugdbladen zal dit nog verder worden gedaan, dat Directeuren op voorstel van de heren Ad Kuiper en B. Faber besloten hebben een opstelwedstrijd uit te schrijven voor leden van de Jeugdverenigingen. De jury wordt samengesteld uit personen van de Jeugdbonden en van de V.U. Ieder die zijn opstel inzendt, staat het daarmee af, maar het mag alleen worden gepubliceerd met vermelding van de naam (of initialen) van de inzender. Er volgen nog wel nadere mededelingen omtrent de voorwaarden e t c , maar we kunnen nu wel reeds zeggen dat als prijzen worden beschikbaar gesteld: Ie prijs: v o o r / 1 0 0 , — aan studiemateriaal. 2e prijs: voor ƒ 50,— aan studiemateriaal. 3e prijs: v o o r / 25,— aan studiemateriaal. Bij studiemateriaal behoeft men uiteraard niet alleen te denken aan boeken. E r zijn allerlei mogelijkheden.

En al wat gij doet met ivoorden of met werken, doet het alles in den Naam van den Here Jezus, dankende God en den Vader, door Hem. (Col. 3 :17) actie, er is een christelijk doen. Dat is de onderstelUng van het bestaan der V.U. en van ons bidden voor haar. Tegenover de Colossenzen spreekt Paulus heel argeloos en zonder enige gereserveerdheid over ons christelijk doen. 'Al wat gij doet met woorden of met werken, doet het alles in den Naam van den Here Jezus. .!' Het apostohsch woord wijst hier op: 1. Het bereiken van dit doen. 2. De kwaliteit van dit doen. 3. Het gevolg van dit doen. 1. Over het bereiken van ons christelijk doen worden hier geen speciale dingen gezegd. Het speciale wordt genoemd in het voorafgaande. Daar gaat het over allerlei zonden, die weggedaan moesten worden uit het leven van het gelovige volk in Colosse en over allerlei christelijke deugden, die beoefend moeten worden. Dat roept ons een brokje strijdend christenleven voor de geest, met alle kleur en bewegelijkheid, die er aan eigen is. Maar zo hleurrijk als Paulus' woorden in het voorafgaande waren, zo kleurZoos zijn ze nu. Zo concreet als ze daar waren, zo abstract zijn ze hier. Toch is juist deze manier van uitdrukken betekenisvol. Heel deze brief is vol van Christus' heerlijkheid en van de hemel en aarde omspannende zin van Zijn verschijning. En dat brengt Paulus tot de climax van zijn paraenese: al wat gij doet, doet het alles in den Naam van den Here Jezus.

Bij dit geheel van ons christelijk doen behoort stellig ook het bedrijven van wetenschap. Want daar waar mensen zijn is wetenschap in Oost en West. In de Colossenzenbrief, komt ook een aanduiding van wetenschapsbeoefening voor. Paulus noemt de philosophic. En dat is één van de eerste en belangrijkste vormen van menselijke wetenschapsbeoefening. Ze grijpt diep in het mensenleven in. De apostel waarschuwt voor de philosophic van zijn dagen, omdat ze de gemeenschap met Christus in Zijn kruis en opstanding bedreigt. En zo kan elke faculteit tot een ergernis worden en ons deelgenootschap aan Christus in gevaar brengen! Het is daarom een zaak van de eerste orde, dat ons christelijk doen zich op de wetenschap werpt. Dat is nog lang niet genoeg tot ons Gereformeerde volk doorgedrongen. Het gaat hier bij om de eer van onzen God, maar ook om het behoud van ons leven. Breed gezien: om het leven van héél ons volk. De Vrije Universiteit is óók de vrucht van het gebed: o God, ontferm U over dit arme volk! De wetenschap beheerst het mensenleven in zijn diepste lagen. Hoedemaker heeft bij de opening van de V.U. herinnert aan het woord dat geschreven staat op de urn, waarin de as van Voltaire wordt bewaard: zijn hart is hier besloten, zijn geest vindt ge overal w e e r . . . . Dat is gebleken! Daarom moeten we bij het 'al wat gij doet', niet in de laatste plaats aan de wetenschap denken. We willen bidden, of ons helder voor de geest mag staan 2249

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1951

VU-Blad | 92 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1951 - pagina 89

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1951

VU-Blad | 92 Pagina's