GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1954 - pagina 4

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1954 - pagina 4

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

dezen kant van de zaak wil ik thans niet handelen. Want hoe het daarmede ook gelegen is, wij mogen in de vermelde omstandigheden geen reden, vinden de jongeren af te wijzen of tegen te werken. In al hun eigenaardigheden willen wij hen tegemoettreden en naast ons ontvangen. Slechts één voorwaarde stellen wij daarbij, en die wordt door ons als onafwijsbaar beschouwd. Zij is, dat de jongeren met ons hun liefde geven aan dezelfde zaak, aan de Universiteit met haar Gereformeerd

WmMjm

KROIYI EK

Promoties 22 Januari jl. vond een merkwaardig „jubileum" 'plaats. Het was namelijk de 250ste maal, dat de volijverige pedel der Universiteit, de heer Van Siat Maartensdijk, met zijn staf in de hand de stoet van hoogleraren de zaal binnenleidde, waar een promotie zou geschieden. En voor de 250ste maal het hij de klassieke roep „hora" weerklinken, ten teken dat aan de beproeving van de promovendus een eind was gekomen. Het aantal promoties sinds 1880 is uiteraard veel groter, nl. ruim 400. Een respectabel getal, zo op het eerste gezicht. Toch betekent het, dat maar een betrekkelijk gering percentage studenten de studie geheel volbracht heeft. De promotie van 22 Januari was de 11de gedurende deze nu bijna half verlopen cursus. Op ruim 1700 ingeschreven studenten is dat niet veel. Natuurlijk moeten we daarbij in aanmerking nemen, dat de uitgave van een proefschrift tegenwoordig een zeer kostbare onderneming is, die al gauw in de duizenden guldens loopt, en dat, behalve voor leraren, de tastbare resultaten in khnkende munt meestal niet of niet onmiddellijk, aanwijsbaar zijn. Maar deze verzachtende omstandigheid neemt het feit niet weg, dat veel te veel studenten al tevreden zijn met de halve graad van doctorandus of van meester in de rechten, die voor practische doeleinden.toereikend is, maar wetenschappelijk gezien een onvoltooide studie betekent. Een euvel, dat ook daarom bedenkelijk is, wijl de gepromoveerden het reservoir vormen, waaruit geJDut moet worden voor de vervulling van vacatures en de bezetting van nieuwe leerstoelen. Beurzen en toelagen Wat voor de promotie geldt, geldt ook voor de studie in het algemeen. Beide zijn tegenwoordig duur. Maar

2408

karakter, in haar gebondenheid aan het Woord van God. Klopt hun hart van sterke liefde voor die zaak, willen zij onvoorwaardelijk buigen voor Gods Woord, dan is er plaats voor hen in de gelederen, ook al verschillen zij van de ouderen in vorm en verschijning. Samen sluiten wij de gelederen en scharen wij ons achter de Vrije Universiteit, haar steunende met ons Woord en met onze gaven, met ons gebed en met onzen studiezin. D.N.

is het wel voldoende doorgedrongen, dat voor beide de mogelijkheid 'van Rijkssteun, in de vorm van studiebeurzen en renteloze voorschotten, thans ruimer is dan vroeger? Er is geen enkele reden, waarom de leerlingen van de Vrije Universiteit, wier ouders daartoe mede belasting betalen, niet evengoed van de gelegenheid zouden profiteren als anderen. Een briefkaartje naar de Afdeling Rijksstudietoelagen van het Departement van Onderwijs (Prinsessegracht 15, Den Haag) is voldoende om alle gewenste inlichtingen te verkrijgen. Reizende hoogleraren Het is met professoren al net eender als mèt andere mensen: de een is met geen stok uit zijn studeerkamer te krijgen, de .andere beweegt zich graag in het openbaar. Allebei is nuttig en nodig. Er moeten nu eenmaal huisdieren en trekvogels zijn. Tot de laatsten behoren o.a. Prof. Bavinck, die deze zomer in ZuidAfrika verbleef, en Prof. Waterink, die op het ogenblik in Noord-Amerika vertoeft. Voor het contact met buitenlandse geestverwanten zijn zulke reizen uitermate belangrijk. Maar behalve deze „grote t r e k " is er ook een „kleine". Ik bedoel de reizen van hoogleraren tot naar de verste uithoeken van ons vaderland om te spreken op de vergaderingen voor de jubileumactie. Hoe centraal Amstei'dam ook ligt, toch is daar vaak een volle dag mee gemoeid. Dat heeft zijn bezwaren, want het gewone werk moet ook doorgaan. Maar dit nadeel valt in het niet wanneer we het zien in verband met de unieke positie van de Vrije Universiteit: een universiteit, die haar levensader heeft in de band aan een volksgroep, waarvan het merendeel zelf niet academisch gevormd is, maar die nochtans van haar spreken als van onze Vrije Universiteit. H.S.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1954

VU-Blad | 96 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1954 - pagina 4

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1954

VU-Blad | 96 Pagina's