GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1969 - pagina 130

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1969 - pagina 130

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wie aan prof. Van Zuthem de vraag stelt of hij niet vindt dat, als de gezinnen klein blijven, de kinderen méér kansen hebben om vooruit te komen in de wereld, kan noteren dat naar zijn mening het probleem beslist zo niet ligt. De vraag is immers of ontplooiing alleen gezien moet worden als ,,vooruitkomen" in deze wereld. Drs. Ramondt wil anders tegen de vraagstelling aankijken. De hoeveelheid mensen kan toch zó groot worden, dat er onvoldoende leefmogelijkheden komen. Wanneer komt zo'n moment ? Nee, werpt prof. Van Zuthem tegen, er is niet ergens een grens. Zo van: met gemiddeld zeg maar drie kinderen heb je geen moeiten en daarboven wél. De leefmogelijkheden in ons hoog geïndustrialiseerd land zijn voldoende, ongeacht het kindertal. De hoogleraar wil er wel bij zeggen: op dit moment, maar dit niet in mindering op zijn betoog. De heer Kuipers: Wat bedoelen we precies met leefmogelijkheden? Je kunt ook zeggen: ontplooiingsmogelijkheden. Denken we dan tegelijk in de richting van beïnvloeding van je werkomgeving? Aan inspraak, democratie, medezeggenschap en die dingen? Maar: er zijn mensen te over die niets voelen voor (neem het voor de hand liggende woord maar) inspraak, en die dik tevreden zijn met een redelijk tot goed betaald baantje en dan verder fijn t.v.-kijken en zaterdags je autootje wassen. De heer Walravens: welke ruimte heb je nodig om aan de vervulling van je wensen inzake de opleiding en de functie in de maatschappij van je kinderen toe te komen ? Hangt dat toch af van meer of minder kinderen ? Kun je die vraag schrappen? En: kun je verlangens inzake recreatie en woningbouw buiten beschouwing laten ? Om op wat de heer Kuipers vroeg te-

4

rug te komen, mag je stellen dat ontplooiing inhoudt dat iedereen mee kan beslissen over de verdeling van de welvaart? Iets anders zit de heer Walravens hoog. Wij vangen meer mensen wel op, zoals prof. Van Zuthem al gezegd heeft. Wij redden ons voorlopig wel, de leefmogelijkheden zijn niet uitgeput. Maar... is dat niet op kosten van de derde wereld, waar het er met de leefmogelijkheden allesbehalve fleurig uitziet? Wij industrialiseren vlijtig, maar zouden we niet moeten zeggen: ho, zet die fabriek nu eens neer in een ontwikkelingsland! Prof. Van Zuthem interrumpeert: Je kunt niet zomaar werkgelegenheid overhevelen, lag het maar zo eenvoudig. De heer Walravens ziet ook een relatie met de omvang van de bevolking van een land. Neem Japan, waar als gevolg van een doelbewuste gezinsplanning in een bepaalde leeftijdsgroep weinig Japanners zijn. Daardoor heeft dit land een stuk industrie moeten afstoten. Resultaat is geweest dat er meer geïmporteerd diende te worden, iets wat sowieso aan een ander land ten goede kwam. Prof. Van Zuthem: Minder mensen, minder behoeften, minder produktie? De heer Walravens: Nee, want al daalt het aantal mensen, de behoeften stijgen steeds. Ja maar, zegt de heer Kuipers, die behoeftestijging vergroot ' de werkgelegenheid niet, want door de automatisering zijn er steeds minder mensen bij het produktieproces betrokken. Prof. Van Zuthem: er is een hele discussie aan de gang, hoe het mogelijk is de zaak in de ontwikkelingslanden economisch op gang te brengen. De zaak moet daar van de grond komen. Zij moeten mankrachten inzetten, wij goederen afnemen. Waar begin je mee? Wij moeten er kapitaal instoppen, maar als dat ten koste gaat van ons hoog consumptieniveau, en

dat niveau wordt steeds hoger, bedanken de meeste mensen daarvoor. Drs. Ramondt brengt even de buitenlandse gastarbeiders op het tapijt: wij hevelen geen stuk produktie over, wij halen die mensen hier... ...En kweken, vult prof. Van Zuthem aan, bij hen een behoefteprobleem, omdat zij thuis die welvaart niet hebben. De heer Walravens wil er toch voor pleiten dat wij industrieën kwijt moeten, bijv. overhevelen naar de landen waar we gastarbeiders vandaan krijgen. Om het probleem weer los te maken van de gastarbeiders, prof. Van Zuthem stelt de zaak algemener en hij attendeert er op dat je behalve geld ook apparatuur moet sturen en mensen, die aanvankelijk leiding kunnen geven. De kwestie is niet of er bij ons minder mensen komen, de kwestie is of wij bereid zijn voor de ander een veer te laten. De heer Kuipers herinnert in dit verband aan de magere resultaten van de wereldhandelsconferentie in New Delhi. Wij zijn nog niet eens bereid handelsbarrières te slechten. Drs. Ramondt, de opmerking van prof. Van Zuthem over minder mensen opnemend, blijft er bij dat bevolkingsgroei en leefbaarheid met elkaar te maken hebben. Meer mensen, meer produktie, meer behoeften... Prof. Van Zuthem: We moeten zeggen: minder mensen, meer behoeften. Stel, er zijn minder mensen in ons land, ze hebben dus de ruimte, en wat doen ze? Ze kopen nog een auto en nóg een. Ze kunnen er allemaal een tweede huis op na houden en de Veluwe raakt er mee bezaaid. Nee, de leefbaarheid neemt niet toe naarmate de bevolking kleiner is. Om ons tot het voorbeeld van die auto's te bepalen: de leefbaarheid van een grote stad is niet gediend met afname van de bevolking, maar wel met een ander behoeftepatroón. In dit geval met een ander behoeftepatroon ten aanzien van het vervoer. Er moeten, als 't goed is, steeds meer mensen komen die een auto niet zo belangrijk vinden. Heus, we hebben niet teveel mensen, we hebben teveel behoeften. Drs. Ramondt: maar kijk eens naar de woningbouw, daar heb je er toch een duidelijk voorbeeld van dat door méér mensen de leefbaarheid minder wordt? Nee, zegt prof. Van Zuthem, dat het met die woningbouw niet goed zit komt doordat we onze prioriteiten verkeerd verdeeld hebben: mooie wegen voor onze auto's, zware dijken, het leger. .. zulke dingen gingen voor. De heer Walravens brengt de ontwikkelingslanden weer naar voren: hoe

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1969

VU-Blad | 143 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1969 - pagina 130

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1969

VU-Blad | 143 Pagina's