Vrije Universiteitsblad 1971 - pagina 48

Men kan niet zeggen dat de leden van de Vereniging voor wetenschappelijk onderwijs op gereformeerde grondslag (in de wandeling: de VU-Vereniging) in het algemeen zich tot dusver erg druk gemaakt hebben over de kwestie van de herstructurering. Dat vindt zijn oorzaak vooral in het feit dat de nieuwe formulering van de grondslag der Vereniging veel aandacht èn veel tijd heeft gevraagd, maar daarnaast leeft hier en daar de gedachte dat het hele punt van de herstructurering niet zo boeiend is, althans niet zo van direct belang voor de Vereniging. Die gedachte is er volstrekt, maar dan ook volstrekt naast, zal VU-bibliothecaris dr. J. Stellingwerf mensen die er zo over denken, verzekeren: ,,wij zijn er van overtuigd dat het hier gaat om zaken van diep ingrijpende betekenis voor de Vereniging en de universiteit en hun onderlinge verhouding". De geciteerde zin is uit een brief die dr. Stellingwerff aan het bestuur van de VU-Vereniging heeft geschreven. Hij is nl. niet alleen functionaris van de VU, maar ook Verenigingslid en in de laatste kwaliteit heeft hij de brief geschreven, mede namens een vijftigtal andere leden die zijn gevoelen delen. Zaken van diep ingrijpende beteken i s . . . , zegt dr. Stellingwerff en het zal duidelijk zijn dat hij niets liever wil dan dat op de komende VU-dag de Verenigingsleden zich grondig met het punt van de herstructurering bezig zullen houden en zich daar ook op voorbereiden. Dit laatste zou dan kun-

nen aan de hand van de brochure die dr. Stellingwerff schreef over ,,De koers van de Vrije Universiteit" (het boekje zal, als men dit leest, wellicht net uitgekomen zijn). Om nu het gewicht van de kwestie aan te tonen, heeft dr. Stellingwerff in zijn brief aan het bestuur een verklaring afgelegd, waarvan we hier de eerste vier punten volledig citeren (er is nog een vijfde punt waarin, om het onder de punten 3 en 4 gestelde ook voor de toekomst veilig te stellen, wat bevoegdheden worden geformuleerd): Verklaring: 1. Wij zijn van oordeel, dat de Vereniging voor wetenschappelijk onderwijs op gereformeerde grondslag, waarvan de Vrije Universiteit uitgaat, moet blijven bestaan met een eigen door de leden gekozen bestuur. 2. Wij kunnen ons verenigen met de gedachte, dat het bestuur van de universiteit niet langer blijft in handen van het bestuur van de Vereniging, maar gelegd wordt in handen van een Universiteitsraad en een College van Bestuur, zoals door het College van Directeuren blijkens hun informatie aan de leden der Vereniging wordt bedoeld. 3. Wij verklaren, dat het onder 2 gestelde er niet toe mag leiden, dat de band tussen de Vereniging en de Universiteit wordt verzwakt of verbroken, doch dat veeleer moet worden gestreefd naar een versterking van deze band. 4. Wij zijn van oordeel dat waarborgen moeten worden geschapen om te verzekeren, dat de Vrije Universiteit, die niet alleen het juridisch, maar ook het geestelijk eigendom der Vereniging is, zich blijft ontwikkelen in de geestelijke richting, zoals deze onder meer haar uitdrukking heeft gekregen in de statuten der Vereniging.

dr. 1. Stellingwerff

In het slot van zijn brief verklaren dr. Stellingwerff en zijn medestanders nog, dat zij het van groot gewicht achten dat niet alleen het docerende maar ook het besturende personeel van de VU duidelijk uitspreekt zich met doel en grondslag der universiteit te verenigen. a.j.k.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen