GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1975 - pagina 431

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1975 - pagina 431

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

1^ ntagame 3S Interview met prof. dr. C. F. von Weizsacker door drs. Henry Broekman

Het door Von Weizsacker mede ondertekende,, Tübinger Memorandum", waarin een aantal Duitse christenen een onlspanningspolitiek t.o.v. oost-Europa bepleitte, ver voordat de Duitse socialisten daar oren naar hadden, kwam in het vorige nummer van VU-magazine al ter sprake. Drs. Brookman had daarover nog meer vragen. Is het niet eigenaardig, dat zo'n progressieve Ostpolitik, reeds in 1961 vanuit christelijke hoek werd verkondigd, toen naar uw zeggen zelfs de SPD daar nog niet rijp voor was, en dat diezelfde Ostpolitik ook nu nog niet volledig is aanvaard door de CDU, die toch ook de naam christelijk in haar vaandel voert? Nou ja, wat betekent nu eigenlijk een christelijke partij? Wij, die het memorandum ondertekend hebben, waren evangelische christenen, maar wij hebben niet in naam van de kerk gesproken. In ieder geval heeft ook de evangelische kerk iets later officieel soortgelijke stappen ondernomen. Ze heeft namelijk een „Gedenkschrift" samengesteld over de verdrevenen van de voormalige Duitse gebieden in het oosten. Dat was omstreeks 1963. Het heet „Das vertriebene Denkschrift der Evangelische Kirche Deutschlands". Dit was een geschrift dat ook stootte op het poUtieke vraagstuk: wat moest men voor deze verdrevenen doen en wat mag men niet voor hen doen. Hierin wordt gesteld: men moet alles voor hen doen waardoor zij zich in hun nieuwe vaderland, de Bondsrepubliek, thuis zouden voelen, maar men mag géén politiek voeren, die probeert door te zetten, dat zij naar hun thuisgebieden kunnen terugkeren, behalve wanneer de regeringen in die landen, hen vrijwillig aanvaarden. De verdrevenen speelden toen immers een grote rol in de politiek, en geen enkele partij waagde het de officiële vertegenwoordigers van deze verdrevenen tegen zich in het harnas te jagen. Welnu, de CDU is een grootburgerlijke partij en zij heeft tijdens de periode van de koude oorlog een politiek van druk op het

Oosten gevoerd. Dat was een politiek, die in ieder geval de hoop uitsprak dat men de verloren gegane Duitse gebieden ooit zou terugwinnen. Ik weet niet of Adenauer zelf daaraan ooit serieus geloofd heeft, maar in ieder geval heeft hij zo gesproken en met het oog op de binnenlandse politiek kwam het hem zeer goed uit, want op deze wijze had hij de verdrevenen op zijn hand. Ik heb toentertijd mijn overwegingen niet met christelijke argumenten gemotiveerd. Over het verband tussen christendom en politiek kan men lang spreken, in ieder geval heb ik toen zuiver op politieke wijze geargumenteerd. Ik heb slechts gezegd dat iedereen op de wereld weet dat wij deze gebieden

nooit terug kunnen krijgen en willen wij in de politiek op den duur niet volledig in een isolement geraken, dan moeten wij eens deze feiten onder ogen zien. Iedereen weet ook waarom wij ze verloren hebben. Wij kunnen ons absoluut niet op een moreel recht beroepen. Bovendien zijn de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie gedwongen hun onderlinge betrekkingen waar mogelijk te verbeteren, want gebeurt dat niet dan zullen zij op een keer met elkaar oorlog voeren, en dat is met de huidige wapens zó gevaarlijk dat zij pogingen doen hun problemen op vreedzame wijze op te lossen. Als daarbij de Bondsrepubliek nog steeds aanspraken maakt op de verloren gegane gebieden dan is de Bondsrepubliek een hindernis voor de Verenigde Staten in hun verstandhouding met de Sovjet-Unie. Dit nu is voor de Bondsrepubliek een zó gevaarlijke situatie, dat zij wel gedwongen is hier een oplossing voor te vinden. Dat waren mijn argumenten. Gelooft u nu nog steeds in wat u de „coöperatieve bipolariteit" tussen Oost en West noemt?

Prof. dr. C. F. von Weizsacker, bij zijn toespraak na de ere-promotie

Ik geloofde aan het begin van de jaren zestig dat dit tot stand zou komen. Dat is inmiddels ook gebeurd. Niettemin geloof ik dat het ten slotte op een wereldoorlog uitloopt. Ik ging er toen evenwel van uit dat indien de Duitsers in hun pohtiek van het niet erkennen van de huidige grenzen zouden volharden, zij nog voor deze wereldoorlog in grote moeilijkheden zouden geraken. Daar komt nog bij dat Duitsland in politiek en moreel opzicht zeer sterk in gevaar is, want voor Duitsland is men bang. En kapot wordt gemaakt voor wie men bang is. Het is daarom een levensvoorwaarde dat men voor Duitsland niet bang is. Tegenwoordig wordt er nogal eens beweerd dat Duitsland inmiddels tot een economische reus is uitgegroeid, maar daarbij nog steeds een politieke dwerg is gebleven.

Prof. dr. C.F. von W eizsacker

Ja, maar geldt dit eigenlijk niet voor geheel West-Europa? Tja, voor deze discrepantie zie ik twee oplossingen. De ene oplossing, die nu door velen ijverig wordt nagestreefd, is de Europese Integratie in het kader van d e ^ Europese Gemeenschap. Een denkbare op-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1975 - pagina 431

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's