GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1975 - pagina 64

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1975 - pagina 64

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

gebeurd. Ook Remy Leimena, voorzitter van de Studentenraad van de Christelijke Universiteit van Indonesië werd opgesloten na de januari-rellen vorig jaar. Belangrijkste verdachte 'van opruiing' was de 24-jarige voorzitter van de Studentenraad van de Universiteit van Indonesië Hariman Siregar. In het zes maanden durende proces eind vorig jaar werd de rechters o.a. voorgehouden wat Hatta in 1928 tot de Nederlandse rechter had gezegd. In december werd hij veroordeeld tot zes jaar gevangenisstraf (eis was 12 jaar). Hij is in beroep gegaan. Nederlanders in Indonesië zitten met zeer gemengde gevoelens tegen dit alles aan te kijken. Het lijkt niet veel op een rechtsstaat wat zij waarnemen. Wat moeten ze doen? Protesteren? Ogenblikkelijk wordt de Nederlander de mond gesnoerd met een verwijzing naar Nederlands koloniaal verleden en het zonder vorm van proces opsluiten van Indonesiërs toen in gevangenkampen de perscensuur en noem maar op. Erger nog wordt het wanneer de juistheid van de vergelijking wordt erkend. In tal van kritische verhalen speelt de huidige Indonesische elite de rol van de vroegere koloniale overheersers. En zoals Hatta in 1928 zijn rechters herinnerde aan Willem van Oranje, zo beroepen thans reeds Indonesische studenten zich tegenover hun rechters op Hatta. lUaar wat moeten Nederlanders in zo'n situatie? IMet name voor kritiek en bemoeienis van Nederlanders zijn veel Indonesiërs overgevoelig. Dat ondervond vorig jaar minister Pronk die van links en rechts onder vuur wordt genomen. Op een avond in april vorig jaar werd hij in de VUaula geconfronteerd met een uiterst kritisch gehoor van in ontwikkelingsproblematiek geïnteresseerden (veel studenten). Scherpe woorden werden gesproken over de ontwikkelingshulp aan de regering-Soeharto. Pronk verdedigde z'n beleid bekwaam en heftig, maar moest toch ervaren dat vanuit de zaal de kritiek bleef aanhouden. In een radio-interview in De Rode Haan zei Pronk enkele maanden later dat de mogelijkheid wordt onderzocht of de ontwikkelingshulp aan Indonesië geschikt is als instrument om politieke en sociale veranderingen teweeg te brengen. vervolg op pagina 20 • 18

besloten zou worden. Dit alles als een poging om de schuld te schuiven op deze 'moderne' man, die zich bediend heeft van protestvormen die de Javaan vreemd zijn, en die de aandacht moesten afleiden van de werkelijke hoofdfiguren die, en daar twijfelt geen Indonesiër aan, in de boezem van de regering gezocht moeten worden. Maar dat zou een smet werpen op het 'harmoniemodel' dat men, alweer cultureel-politiek, zo hard nodig heeft om te bewijzen dat men de situatie weer meester is. Een erkenning van een openlijke breuk zou nl. veel andere spanningen bloot kunnen leggen. En zoals een Javaan eens uitlegde: 'Elke spanning, elk conflict is in deze cultuur een potentieel bloedig conflict en daarvoor hebben wij te veel traumatisctie tierinneringen.' Naar algemeen wordt aangenomen, betwistten het hoofd van de Orde en Veiligheidsdienst en een van de persoonlijke assistenten van de President elkaar de macht, geheel in overeenstemming met het patroon van de wayang verhalen. De ontlading kwam tijdens het bezoek van de Japanse eerste minister, Tanaka, half januari 1974, aan Jakarta. In lijn met de voorafgegane demonstraties wilden de studenten ook dit bezoek gebruiken om hun misnoegen, speciaal met de rol van Japan in de Indonesische ontwikkeling, te onderstrepen. Maar dit keer liepen de demonstraties uit de hand en waren er binnen enkele uren honderdduizenden betogers in het hart van deze mil-

joenenstad aan het brandstichten en plunderen. Dat het in eerste instantie een woede-uitbarsting van het volk tegen de Japanse economische expansie was, bleek daaruit dat met name Japanse produkten, zoals auto's en bromfietsen, het moesten ontgelden. Dat er ook algemene onlustgevoelens naar boven kwamen, bleek uit het feit dat de acties zich ook richtten tegen de nachtclubs en 'massage-baden' symbolen van luxe en weelde, waarin de elite zich kon vermaken, terwijl het grootste deel der bevolking in armoede leeft. De officiële lezing is dat de studenten deze onlusten zo niet veroorzaakt dan toch hebben uitgelokt. Onofficiële bronnen spreken echter van provocaties die bedoeld zouden zijn om de positie van het hoofd van de Orde en Veiligheidsdienst volledig in discrediet te brengen en daarmee ten val. Deze lezing is als volgt. Het was algemeen bekend dat de Orde en Veiligheidsdienst in nauw contact stond met de studentenleiders. Om nu te tonen dat de demonstraties niet een elitaire kwestie was van alleen studenten, zouden de studenten aan het hoofd van de Orde en Veiligheidsdienst om toestemming gevraagd hebben om ook havenarbeiders uit Tandjung Priok mee te laten doen aan de demonstraties, als bewijs van een 'breedfront'. Deze redenering is niet zo onlogisch indien men bedenkt dat er toentertijd een demonstratieverbod gold en daarom voor

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1975 - pagina 64

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's