GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1975 - pagina 67

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1975 - pagina 67

1 minuut leestijd Arcering uitzetten

Behalve de maatregelen van psychologische aard zoals die van 'sober leven' en het niet meer mogen accepteren van geschenken door overheidsambtenaren (waarbij wei gesteld werd: 'voor zover de adat (gewoonterecht) dat tenminste mogelijk maal<t'!!), is het van groter belang te letten op de meer inhoudelijke maatregelen, al zouden, indien nageleefd, die psychologische maatregelen ook van niet te onderschatten belang zijn. Tijdens het vorige Vijfjaren Plan waren al enkele maatregelen genomen, bekend onder de naam Inpres (Instruksi Presiden)', die tot doel hadden om een verspreiding van de ontwikkeling te bewerkstelligen door een decentralisatie van de fondsen. De bekendste zijn de zgn. Kabupaten-programma's en de Rp. 100.000 subsidie per desa (zie VUmagazine januari 1974). Daarna kvyam het Padat Jarya programma, een werkverschaffingsprogramma speciaal bedoeld voor de boerenbevolking gedurende die periode dat er in de landbouw niet te werken valt (meestal de droge tijd augustus-oktober). Aan het eind van het Eerste Plan, toen de olie 'boom' al merkbaar was, kwamen daar nog twee Instruksi presiden programma's bij. De Puskesmas, een soort voiksgezondheidscentrum dat per subdistrict moest worden opgericht en vooral tot doei heeft om op grote schaal de geboortenregelingspropaganda te stimuleren en het zgn. Scholenproject. Dit laatste omvat een rigoureus plan dat de bouw van 6000 school-

gebouwen omvat. Het bijzondere ervan is dat niet gebouwen met 6 klassen tegelijk voor een hele school gebouwd worden maar per jaar 3 klaslokalen voor de eerste klas en dan vervolgens ieder jaar 3 lokalen erbij voor de daarop volgende klassen. Een waarlijk indrukwekkende lijst van activiteiten, die alle weliswaar reeds gestart zijn vóór het Tweede Vijfjaren Plan begon (april 1974), maar nu, vooral in omvang, zijn toegenomen. Aangezien de meeste projecten nog maar nauwelijks lopen en er ook (nog?) geen systematische evaluatie verslagen komen is een gedegen oordeel op dit moment niet te geven. Maar er zijn bepaalde tekenen en informatie uit verscheidene streken waardoor men kan trachten zich een beeld van deze projecten te vormen. Zo luidt een voorlopige conclusie dat, met name vanwege de veel grotere sommen geld die nu op lagere echelons van het bestuursapparaat beschikbaar komen en bij afwezigheid van kundig beheer en controle, de corruptiepraktijken op enorme schaal zijn toegenomen. Afgezien van alle economische nadelen, is, in het kader van dit artikel van belang, te letten op de psychologische effecten. Juist doordat het 'dichter bij huis' gebeurt en in de 'dorpssfeer' waar iedereen alles van iedereen weet, roepen deze praktijken een enorme jaloesie en achterdocht op. Zo zelfs dat bepaalde projecten in het belang van de bevolking zelf juist worden

tegengewerkt in een algehele houding van apathie. Ongeveer dezelfde 'verzets'-houding die de Javanen moeten hebben aangenomen ten tijde van de nederlandse 'welvaartspolitiek'. Zelfs in de dorpen worden dergelijke vergelijkingen door oudere mensen getrokken, waarbij men dan wel stelt dat er toen aanzienlijk minder corruptie was. Vanuit ander perspectief heeft prof. J. A. A. van Doorn er ook op gewezen dat er een opvallende gelijkenis bestaat tussen de 'orde' van de nederlandse tijd en de 'orde' van Suharto bewind (in: Ordeopstand-Orde, Boom, Meppel, 1973). Een andere voorzichtige conclusie is dat bij de uitvoering van al deze projecten de bestaande bestuursstructuur een bijna onoverkomelijke belemmering vormt. De hiërarchische structuur van het bestuursapparaat kent op het laatste niveau een onderdistrictsambtenaar die een coördinerende functie vervult, t.a.v. alle departementale projecten. Onder hem staan de dorpshoofden die, voor wat hun dorpsgebied betreft, de uitvoerende en controlerende bestuurders zijn. Hun traditionele sterke politieke positie (mede omdat zij verkozen zijn) wordt nu, juist het laatste jaar door de grote sommen geld die de desa's binnenstromen, economisch zeer versterkt. In de meeste gevallen behoren de dorpshoofden al tot de rijke bovenlaag, maar omdat er absoluut geen controle van onderaf bestaat (en de ambtenaren van hoge-

O.a. op het eiland Bum heeft Indonesië zijn politieke gevangenen opgeborgen.

Markt: Vruchten, groente in zeer kleine hoeveelheden verkocht (zie de stukjes kokosnoot) in deze 'pennymarket'. Voor Rp 25/dag, of zelf minder, doet (moet) een huisvrouw inkopen. 21

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1975 - pagina 67

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's