GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1975 - pagina 317

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1975 - pagina 317

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

IZJ magazine?

gesteld, zijn — hoe kan het anders — vaak controversieel van aard: emancipatie van de vrouw, gewetensbezwaren tegen de dienstplicht, het toenemend aantal Surinamers in ons land, geboortebeperking, drugs en abortus. Voor veel ouders is het ter sprake komen van dergelijke onderwerpen een gevoelige zaak. Dit blijkt onder meer uit een onderzoek dat gedaan werd naar de motivatie voor protestant christelijk onderwijs door het Instituut voor Toegepast Sociaal Wetenschappelijk Onderzoek (ITSWO) van de Vrije Universiteit (zie VU-magazine april '74). Meer dan de helft van de ondervraagde ouders bleek erop tegen te zijn dat op school gesproken werd over gewetensbezwaren jegens de dienstplicht. Precies de helft sprak zich uit tegen een onderwerp als medezeggenschap in een bedrijf, terwijl iets minder dan de helft ongaarne geboortebeperking op school besproken zag. Alhoewel het misschien te begrijpen valt, dat iedere ouder zijn kind tracht te beschermen tegen voortijdige confrontatie met zwaarwichtige problemen, strookt deze opvatting niet met andere resultaten uit hetzelfde VU-onderzoek. Bijna alle ondervraagde ouders rekenen het tot taak van de school om bij de kinderen belangstelling te wekken voor wat er gebeurt in de wereld. Bovendien zijn zij vrijwel unaniem van mening dat de school leerlingen moet stimuleren tot kritisch nadenken over problemen waarmee ze te maken krijgen. Men is er van vanuit gegaan dat spreken over zaken die lange tijd taboe waren als

gespreksonderwerp (met name geboorte beperkingen abortus; geweld is altijd veel minder taboe geweest) de leerling in negatieve zin zou beïnvloeden. Het is veeleer de geheimzinnige sfeer die aantrekkingskracht uitoefent op de „adolescent". Trachten dergelijke onderwerpen van die geheimzinnigheid te ontdoen heeft een positieve uitwerking bovenal op stellingname en het eigen verantwoordelijkheidsgevoel. Hoewel lang niet alle zaken, die bij maatschappijleer aan bod komen controversieel van aard zijn, verschilt — mede onder invloed van radio en televisie — de leefwereld van deze jeugd fundamenteel van die van de jeugd twintig jaar terug. Het wereldgebeuren trekt bijna dagelijks aan hun ogen voorbij. Daaruit selecteren zij de zaken die hun interesse opwekken en die raakvlakken hebben met de eigen leef- en belevingswereld. Wanneer we als uitgangspunt nemen dat het niet juist is wanneer de problemen die de leerling in zijn omgeving ontmoet en die hij ter discussie stelt, door hem in zichzelf verwerkt moeten worden dan kan het niet anders dan dat deze zaken aan de orde komen, zodat de leerling zich bewust wordt van zijn eigen positie ten opzichte van deze problemen, de maatschappelijke kanten ervan leert zien en op basis van kennis en inzicht zijn eigen positie leert bepalen. Wat dat betreft kan het een goede voorbereiding zijn op wat er aan mondigheid in zijn verdere leven van hem verwacht wordt.

Integratie Misschien is door het voorgaande de indruk al te veel gewekt dathet vakkenpakket op de scholen een zwart-wit tegenstelling oplevert. Leervakken en „vor.mende" vakken. Dat is gelukkig niet zo. Meer en meer gaat men ertoe over het geheel van vakken voor de leerling op aanschouwelijke wijze te integreren. Men wil er vanaf óm vanuit de verschillende vakken fragmentarische kennis bij te brengen, die op het oog niets met elkaar uitstaande zou hebben. Dit wil niet zeggen dat docenten van verschillende vakgebieden op elkaars stoel gaan zitten. De voor ieder vak verschillende invalshoek, waaraan zij hun autonomie ontlenen blijft. Een zekere mate van samenwerking tussen bij voorbeeld de godsdienstles, geschiedenis, aardrijkskunde en maatschappijleer kan de bewustwording van de leerling stimuleren in die zin dat hij inzietdat het over dezelfde zaken gaat. maar dan vanuit verschillende gezichtspunten. In feite baseert maatschappijleer zich op de kennis die werd opgedaan in de ,,omliggenae" vakken. De voor maatschappijleer specifieke lesmethoden zijn aangepast aan de integrerende functie die dit vak bij uitstek heeft: klassegesprek. discussie, rollenspel, interview, enquête en het maken van werkstukken, liefst in groepsverband. ten concreet voorbeeld van een dergelijke integratie zou kunnen zijn een onderzoekje dat door leerlingen wordt uitgevoerd naar vooroordelen jegens Surinamers. In de eer-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1975 - pagina 317

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's