GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1976 - pagina 128

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1976 - pagina 128

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

vu magazine 38

van Paul Keuss

Maandag

Goed dat ik vlak voor ik naar de VU ging het ziekenhuis even belde. Of ik meteen vanmiddag voor opname, die al een paar keer was uitgesteld, langs wilde komen. Lichte, routine-ingreep: een week uitrusten dus. 's M orgens nog een vergadering voor het VU-magazine bijgewoond. Ik zit in een gemengde agenda commissie — een mooi woord voor A. Alberts (schrijver), bestaand uit enkele leden van het bestuur der Vereniging en de redactie-cie. Ik blaas mijn partij dapper mee door (uit pure balorigheid?) een veel te ingewikkeld ,,evaluatie"-rapport midden in de gemengde cie neer te leggen. Ik voorzie al een hoop moeite van het rechtzetten, maar, zoals gezegd, eerst een week uitrusten. K. 30. We liggen er met zijn 5-en en er is eigenlijk plaats voor4. Ik moet zeggen: het is er een gezellige rommel. Geen bed is er hetzelfde. Vanwege ruimtegebrek kan het bezoek nauwelijks aan bed komen en moet op eerbiedige afstand van de patiënt blijven staan. Waarom geen stapelbedden, vraag ik aan Erik, die hier hoofdverpleger is en zich bij het rechttrekken van het beddegoed niet kan keren of wenden. Dat er tegenwoordigjongens in de verpleging zitten is werkelijk nieuws voor mij. We zijn een kamer vol met lichte gevallen: Ingrepen aan de huid (oppervlakkig, als bij mij) of aan de benen, zoals bij Bertus aan zijn enkels, en miniscussen(Bertje, Jan-Piet, Walter). Er vallen uitdrukkingen als dat de knie ineens ,,op slot zit", en niet meer uit de broekspijp kan omdat er,,vocht" in zit. We hebben een sportieve zaal. Aan de hand van de sportverslagen uit de maandagkranten bespreken we Hans van Heidens prestaties te Davos, prima kerel die die hele Leen Frommer niet nodig heeft. Fr. laat iemand niet tot het uiterste gaan. Fr. moet nodig weg. We liggen allemaal plat op onze rug maar in onze geest flitst de stayer H ans van Helden voorbij: Dat wordt wat te Innsbruck. 's Avonds is er nog een routine-onderzoek. Iemand van het verplegend personeel rolt een groen karretje binnen en de huid rond de hartstreek wordt met pasta ingesmeerd: het ECG wordt afgenomen. Het apparaat wordt

op de radiator van de cv geaard. G een uitslag. We krabben er wat verf vanaf — dat is meer gedaan, zie ik. Daar gaat het meisje weer. Het stok-oude ECG karretje doet me aan een orgeltje uit de film de Roverssymfonie denken. De sfeer is hier prima. Dat komt doordat we ook niet zozeer in een ziekenhuis als wel in een,,medische leefgemeenschap" leven. De wensen van de patiënten worden zo veel en zo goed mogelijk ingewilligd, tenzij deze tegen het belang van de patiënt ingaan, zo voegt Erik er niet zonder pedanterie aan toe.

Dinsdag De dag met een blunder begonnen: Vlak voor de operatie stelde de laatste vragenlijst mij de vraag of ik rookte/ dronk. Veel/ weinig. De door mij ingevulde waarheid is dat ik niet rook en een matig drinker ben. Te laat beseft dat zware rokers/drinkers veel moeilijker weg te spuiten zijn en een veel grotere dosis krijgen — waardoor je langer weg bent. Toen Erik, onze hoofdverpleger me uit de OK terug reed, riep ik uit dat het nu zeker ging gebeuren — zo kort had het wegzijn bij mij geduurd. 's Avonds de schade enigszins ingehaald door mij een soort valium of librium intraveneus (via injectie) toe te laten dienen. Bertje, een Zuidmolukker, krijgt ca. IO familieleden op het avondbezoek, hetgeen ingaat tegen een oud en kennelijk achterhaald reglement dat max. 2 voorschrijft. Er bevindt zich dus een kleine, donkere menigte in onze kamer, maar je hoort niemand — of ben ik nog zo suf? Naderhand blijkt dat zijn ouders voor de hele kamer saté en kroepoek achtergelaten hebben. We hebben hem Bertje gedoopt en we noemen mijn buurman Bertus voor het onderscheid. We zullen van Bertje, die morgen weggaat, met moeite afscheid nemen en dat niet alleen vanwege de versnaperingen. Alleen maar slapen even wakker en weer wegdoezelen. Marianne, die op bezoek was, heeft de krant maar gepakt. Ik ben eigenlijk best tevreden in deze smalle, Avitte uitdragerij.

Woensdag Gezien de oppervlakkige ingreep lig ik hier nog enkele dagen ter observatie — ofwel

duimen te draaien. Om de tijd te doden help ik een beetje op de kamer. Toen Bertje wegging heeft hij gevraagd of Jan-Piet (meniscus) en ik (beter) mijn buurman Bertus (enkels) in de gaten willen houden. Via een ansicht een paar dagen later zal hij ons nog aan onze opdracht herinneren! Het is nodig. Eerstens eet Bertus te veel. Hij is 26 en weegt 87 kg, Straks zijn zijn enkels, waar botsplinters uitgehaald zijn (verder niet aan denken), te zwak om het zware lichaam te torsen. Bovendien is B. een keer door een onhandigheid uit zijn driewieler gevallen en bewusteloos van het zeil geraapt. En tenslotte: Dr. K., Bertus zijn dokter, is een kletsmeier die nu eens zegt dat hij volgende week naar huis mag en dan weer dat hij het met B. nog even wil aanzien. Bertus ligt naar het plafond te staren. (Dr. K. is net geweest) B. verlangt terug naarde bouw. Ik probeer hem op de steigers voor te stellen naar die bestaan in de moderne bouw van Bertus allang niet meer. Via via vernemen we dat de avondzuster gezakt is voor een tentamen, hetgeen haar een halfjaar kost. Anatomie moet ook een zeer moeilijk vak zijn. Neem alleen al het kniegewricht — hebben wij zo onze eigen gedachten. Het meisje ziet er bedrukt uit en met haar collegaatje is ze hopeloos achter op het tijdschema. Komt bij dat onze zaal lastig is vanavond: Walter heeft pijn aan zijn hiel want de stalen beugel aan het eind van het gips zit er tegenaan gekneld. De al maar toenemende, zeurende pijn moet identiek zijn aan de Middeleeuwse waterdruppelmarteling. De twee verpleegsters staan ongeduldig aan het gipsblok te sjorren maar ze kunnen het zelfs niet eens optillen. Ik neem me voor om voor de nacht een hooiwagen vol termogeenwatten tussen Walters hiel en voetbeugel te proppen als ik maar weet waar dat spul is. De beide verpleegsters loop ik in de rug. Ze mopperen nog steeds op elkaar. Ik vraag slechts de weg naar de kast. Ze geven me een goedkeurende duw in de rug(non-verbale communicatie) ten einde hun gemopper niet te hoeven onderbreken, denk ik. Een goed ziekenhuis is een ziekenhuis waar het verplegend personeel ook zichzelf mag zijn.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's

VU Magazine 1976 - pagina 128

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's