GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1976 - pagina 461

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1976 - pagina 461

1 minuut leestijd Arcering uitzetten

magazine 19

^rrude •TimisteBiiliig >is3tii lattnaal-siciittttti n cHunilstea BiMi vwm ittllea ziet M ( i <i RHninlse itUui^anasckap

DB pamflet uit 937

delijk, dat het in de strijd voor de rechten van het werkende volk tegen het fascisme, in de strijd voor het behoud van de vrede en de veiligheid voor Nederland, voor den Marxist nog meer klemt alles te vermijden, wat het aan de reactionairen zou vergemakkelijken om de scheiding tussen gelovige en ongelovige anti-fascisten en democraten in de hand te werken. De geloofs- en rassenvervolging, door het fascisme toegepast, is dus strijdig met de opvattingen van het Marxisme. Zij blijkt in de historie niet strijdig te zijn geweest met de godsdienstige opvattingen. Het katholicisme heeft met de vreselijkste vervolgingen, met inquisitie en de verbranding van ketters tegen de reformatie gewoed. De reformatie heeft op haar beurt de katholieken vervolgd, en de katholieke kerk herdenkt nog steeds haar martelaren in deze strijd. Nog in de negentiende eeuw is de Nederduits-Hervormde kerk met grove middelen tegen de Doleantie opgetreden. Socialisten en communisten zijn voor vrijheid van geweten en verwerpen zulk een ketterjacht als schadelijk en ondoelmatig voor de bevrijdingsstrijd. De Marxisten onder hen, die anti-godsdienstig zijn, zijn immers van mening, dat de godsdienst verdwijnen zal met het kapitalisme. Zo betoogt Karl Marx in het eerste deel van „Das Kapital": „ D e godsdienstige weerspiegeling van de werkelijke wereld kan in het algemeen slechts verdwijnen, zodra de verhoudingen van het praktische dagelijkse leven voor de mensen elke dag doorzichtig-logische betrekkingen tot elkander en tot de natuur vormen. De gestalte van het maatschappelijk levensproces, dat wil zeggen van het stoffelijk productieproces, laat slechts haar mystieke nevelsluier vallen, zodra zij als product van vrij-samenlevende mensen onder hun bewuste planmatige controle staat.'' Ir. Struik citeert ook Lenin: „ D e eensgezindheid van de werkelijk revolutionaire strijd van de onderdrukte klasse voor het tot stand komen van een paradijs op aarde is voor ons belangrijker dan de eensgezindheid van de meningen van de proletariërs over het paradijs in de hemel. Dat is de reden, waarom wij in ons program niets over ons atheïsme uiteenzetten en niets mogen uiteenzetten. De wetenschappelijke wereldbeschouwing zullen wij steeds propageren; de inconsequentie van een of anderen Christen te bestrijden is voor ons ontoelaatbaar." Maar hoe dan met de kerk in Rusland? Ir. Struik: „ I n het oude Rusland is het noodlot van de kerk geweest, dat zij een direct onderdeel van het vreselijke czaristische uitzuigings- en onderdrukkingsapparaat was. Zelfs liberale politici kwamen tegen de kerk in verzet omdat zij door haar „zwatte honderd"-politiek het volk van zich vervreemde. Met het czarisme viel de machtige Grieks-Katholieke kerk ineen, en toen haar resten, steunend op haar geestelijke invloed, de nieuwe Sowjet-macht en ook de socialistische orde, die zij vestigde, bleven (be)strijden, trad de Sowjetmacht tegen deze kerk en haar dienaars op. Het duurde tot 1923, voor de Griekskatholieke kerk de nieuwe maatschappelijke orde erkende en verklaarde alle banden met de contra-rev. machten te verbreken. De R.K. kerk, die ook in enkele delen van de Sowjet-Unie bestond, kwam niet met het Sowjet-gezag tot overeenstemming en bleek

herhaaldelijk het kanaal voor een propaganda, gericht tegen de socialistische grondslagen van de Sowjetstaat en in dienst van haar buitenlandse vijanden. Men kan moeilijk verwachten, dat de Sowjetstaat zonder verweer de grondslagen van haar maatschappij laat ondermijnen, doorwiehetook zij. De Grieks-Katholieke kerk, zoals deze thans nog in Rusland bestaat, heeft zich echter op de grondslag van de socialistische orde gesteld, heeft het kapitalisme als doodzonde veroordeeld en de rechtmatigheid der sociale revolutie erkend. De huidige Sowjet-grondwet erkent in het hoofdstuk over de fundamentele rechten en plichten der burgers uitdrukkelijk „ d e vrijheid in de beoefening van de godsdiensten en de vrijheid van anti-godsdienstige propaganda voor alle burgers". Zolang de bestaande kerken niet tegen de wetten der Sowjet-orde opkomen, die als „heilige" en onaantastbare grondslag" het maatschappelijk socialistisch eigendom kennen, zal de Sowjet-staat hun niets in de weg leggen. Doch door wat zij in de revolutie-jaren gedaan hebben, hebben de kerken natuurlijk enorm en snel aan autoriteit ingeboet. De geschiedenis van de kerk in de SowjetUnie laat duidelijk zien, hoe snel zij kan aftakelen, als zij zich opwerpt tot verdediger der kapitalistische orde en zich tegen het volk met de reactionaire machten verbindt." ir. Struik steekt namens de C.P.N, de hand uit naar de democratische christenen in Nederland: „Thans gaat het echter niet alleen om de strijd tegen het kapitalisme, thans gaat het om de strijd tegen de meest barbaarse vorm van kapitalisme, dat zich ook tegen de kerken en het geloof richt en openlijk rassen- en geloofsvervolgingen propageert. Thans gaat het om het terugdrijven van het fascisme, om het behoud der Nederlandse onafhankelijkheid, van traditionele vrijheidsrechten, van vrede en veiligheid." Besproken wordt in Politiek en Cultuur van 1937 voorts de door het Comité van Waakzaamheid uitgegeven brochure „Religie en nationaal socialisme" van dr. O. Noordenbos. „Aan de ene kant werpen de nationaal-socialisten zich op als de enig ware verdedigers van de religie, aan de andere kant kunnen zij, daar zij alle aandacht en alle onderworpenheid alleen voor hun eigen stelsel opeisen, geen andere meesters naast zich dulden. Vandaar de poging om de religie van bloed en bodem, die volkomen in hun eigen stelsel past, te stellen in de plaats van de oude religie. Deze brochure zal vooral voor theologen en andere intellectuelen van belang zijn; voor massaverspreiding is zij minder geschikt door de tamelijk lastige problemen, die er in behandeld worden." Een sympathieke recensie krijgt in Politiek en Cultuur het boek „Sowjet-Rusland en het Christendom" van de doopsgezinde predikant Frits Kuiper, die in de jaren 1922-24 in Rusland werkte en in 1936 Rusland opnieuw bezocht. Weliswaar zou Kuiper heel wat over het „imperialisme" van de Sowjet-Unie hebben opgedist uit de „overstelpende stroom van anti-communistische literatuur, die met talent bijeengelogen i s " , maar het is toch een „belangwekkend boek". Aangehaald wordt Kuipers uitspraak: „ D e betrekkelijk kleine groep van Christenen uit verschillende kerkelijke groeperingen die het opnemen voor het goed recht en veel wat er in de Sowjet-Unie gedaan is en

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's

VU Magazine 1976 - pagina 461

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's