VU Magazine 1977 - pagina 381

1 ^ ma^üTine 27

De parlementaire enquête-commissie hoort getuigen. Een tekening van P. Josselin de Jong, die in 1887 in het blad ,,Eigen Haard" werd gepubliceerd.

wetsontwerp als dit. weinig opportuun is. De positie van landbouw en industrie (het is een tijd van economische neergang) zal verder worden bemoeilijkt. Het is daarbij voor veel kamerleden helemaal niet gezegd dat uitbreiding van de staatszorg nu zo nodig is. Kan het particulier initiatief niets doen aan de situatie? Uit de Kamer wordtnet als bij het ontwerp-Modderman gevraagd om een grondig onderzoek. De rapporten van de commissarissen des konings worden onvoldoende geacht. Ook dit wetsontwerp is niet in openbare behandeling in de Kamer geweest. Ontbinding van de Tweede Kamer in mei '86 maakt, dat - naar de gewoonte van die tijd - de wetsontwerpen vervallen.

Enquête-commissie De Tweede Kamer stelt op 13 oktober '86 een enquête-commissie in die moet onderzoeken wat de werking is van de wet-Van Houten en of de situatie aanleiding geeft tot aanvulling en uitbreiding van die wet. Ook moet de commissie nagaan hoe het is gesteld met de veiligheid en hygiëne in de fabrieken en werkplaatsen. De bevindingen van deze commissie hebben grote invloed op een tweede wetsontwerp van Du Tour dat op 18

december '87 naar de Kamer wordt gestuurd. Op een paar punten echter wijkt het tweede ontwerp-Du Tour af van het oordeel van de enquête-commissie. De commissie wil nacht- en zondagsarbeid voor vrouwen verbieden; de vrouwen in fabrieken en werkplaatsen per werkdag tenminste twee uur rust gunnen en wil het werken aan vrouwen verbieden voor een periode varfi vier weken na een bevalling. Du Tour vindt, dat wanneer men het doel van een wekelijkse rustdag wil bereiken, die ook voor mannen moet gelden. Bovendien ligt er een wetsontwerp ,,houdende bepalingen ter bevordering van de Zondagsrust" bij de Staten-Generaal. De klacht over te weinig rusttijd voor vrouwen wordt lang niet algemeen vernomen, meent de minister. Wel wil hij iets doen wanneer blijkt, dat veel gehuwde vrouwen onafgebroken moeten werken en hierdoor worden belet het middagmaal voor het gezin te bereiden. Wat het laatste punt betreft: de termijn van vier weken acht hij aan de ruime kant. ,,Men mag vrouwen uit de arbeidersstand niet op ééne lijn plaatsen met vrouwen uit andere maatschappelijke kringen''. Ook op nog een paar andere punten volgt Du Tour de enquête-commissie

niet. Overigens is zijn tweede ontwerp hetzelfde lot beschoren als het eerste: wegens Kamer-ontbinding (maart '88) is het niet behandeld.

Economische crisis Alles overziende, komt mr. Postma tot de slotsom dat het ontwerp-Modderman, vooral doordat daarin uitvoerig wordt ingegaan op de controle en op de inspectie, waarschijnlijk het best zou hebben gefunctioneerd als het ooit wet was geworden. Een andere vraag is, in hoeverre de vier ontwerpen invloed hebben ondergaan van de situatie waarin de Nederlandse samenleving verkeerde. Bij drie van de vier ontwerpen (dat van '76 uitgezonderd) worden bouwstenen vanuit de maatschappij aangedragen, hetzij via min of meer uitvoerige enquêtes, hetzij via de hulp van een deskundige (Kerdijk). In de periode tussen 1874 en '89 is de economische situatie in Nederland niet best. De concurrentie-positie van de groeiende industrie wordt verzwakt doordat protectionistische (= beschermende) maatregelen ontbreken. De landbouw maakt een crisis door die tot 1895 zal duren en die wordt veroorzaakt door uit Amerika geïmporteerd graan. De benarde situatie van het bedrijfsle-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen