GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1978 - pagina 14

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1978 - pagina 14

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

i ^ magame 12

spraak formaliseren, zonder hem geweld aan te doen, en hem lezen als een verwijt van Jezus aan het adres van zijn tegenstanders dat ze ongeloofwaardig zijn geworden in hun wetsvervulling door de inconsistentie van hun gehoorzaamheid: wie de kleine zonden bestrijdt, maar de grote onbestreden laat, neemt Gods gebod niet ernstig. De vraag is echter of we het woord vervolgens weer mogen omkeren, zoals in de oproep geschiedt, en zeggen: bestrijders van de grote zonde — het doden in de vorm van oorlog — worden ongeloofwaardig als ze met ons niet ook het kleine doden bestrijden door zich voor het ontwerp Gardeniers-Van Leeuwen inzake abortus uit te spreken. Ik meen dat we een vraagteken bij deze omkering moeten plaatsen. Voorop zet ik: alleen die mensen kunnen Jezus' uitspraak omdraaien — in bovengenoemde zin — zonder zich ongeloofwaardig te maken, die zelf de kemel niet doorzweigen. Van deze strikte voorwaarde afwijken, brengt mee dat Jezus zijn spreuk net zo goed niet had behoeven te zeggen, of hem vandaag nog net zo tegen ons zegt als indertijd tegen de schriftgeleerden en de farizeeën. In het concrete geval: alleen mensen die metterdaad tegenstanders zijn van het doden door middel van oorkjg, kunnen zonder verlies van geloofwaardigheid verzet aantekenen tegen verdergaande liberalisering van abortus. Nu behoren de zes theologen, die de oproep hebben ondertekend, ongetwijfeld tot de actieve bestrijders van het grote doden. Als zodanig staan zij stuk voor stuk in ons land bekend. Dat wil dus zeggen: wij kunnen zonder enige aarzeling vaststellen dat zij met het zetten van hun handtekening geen ongeloofwaardig morele houding hebben aangenomen. Maar hoe staat het met de mensen, die zich bij de verklaring aansluiten? Ik meen dat hier het vraagteken, waarop ik doelde, geplaatst moet worden. De ondertekenaars bedoelen met hun oproep

Mevrouw Veder-Smit en de heer Roethof feliciteren elkaar nadat de Tweede Kamer hun wetsvoorstel heeft aangenomen. Het zou later door de Eerste Kamer worden verworpen

zoveel mogelijk mensen tot instemming met het wetsontwerp Gardeniers-Van Leeuwen te brengen. Onvermijdelijk benaderen ze dus ook mensen die er niet dezelfde praxis op nahouden als zijzelf, sterker: van wie zij weten kunnen dat dezen niet dezelfde praxis erop nahouden. Wat moeten die mensen met hun argument? Het zijn mensen die niet daadwerkelijk het grote doden bestrijden. Zakelijk is het er naast om zulke mensen met het argument aan te klampen dat allen die het grote doden bestrijden, zich ook tegen het kleine doden moeten keren; deze mensen bestrijden immers het grote doden niet. En wat de geloofwaardigheid betreft: alleen mensen die zelf daadwerkelijk het grote doden bestrijden, kunnen zonder verlies van hun geloofwaardigheid zich beijveren paal en perk te stellen aan het kleine doden. Wordt aan deze voorwaarde — eerst het grote doden bestrijden — niet voldaan, dan zijn we in de meest letterlijke zin bij de situatie terug die Jezus zo pijnlijk afstrafte: de mug wordt uitgezift en de kemel doorgezwelgd. De oproep ontkomt er niet aan dat ze een dergejijke situatie in de hand heeft gewerkt, hoezeer de ondertekenaars dat ook zullen betreuren.

Getuigenis Waar ligt de fout dan? De oproep had geen oproep moeten zijn, maar een getuigenis van mensen die de strijd tegen het grote doden niet geschuwd hebben en zich nu openlijk uitspreken tegen het kleine doden. Een oproep wordt gebruikt ten behoeve van politieke machtsvorming; daarvoor is zij nu eenmaal bedoeld. Dat geldt ook van deze oproep. Het politieke doel ervan was: mensen proberen te bewegen hun stem te geven aan het wetsontwerp Gardeniers-Van Leeuwen en niet: zich in te zetten in de strijd tegen het grote doden. Nu dat laatste niet in de oproep zelf is opgenomen — want ook dat had de zaak nog kunnen redden — kon zij nauwelijks anders functioneren dan in de richting die de opstellers niet bedoelen: ze wakkert wel het verzet tegen het kleine doden aan, maar het grote doden gaat gewoon door, Heering heeft erop gewezen dat omstreeks dezelfde tijd waarin de oproep verscheen, door de heer Aantjes, fractieleider van de ARP en geestelijke vader van de oproep, een motie in de Tweede Kamer werd ingediend, waarin om een verhoging van het defensiebudget gevraagd werd met 125 miljoen. Pijnlijker illustratie bij mijn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1978

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1978 - pagina 14

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1978

VU-Magazine | 484 Pagina's