GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1983 - pagina 449

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1983 - pagina 449

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Kuyper-voordrachten over neo-corporatisme

,Willem Albeda, de ancien ministre' De rol van vakverenigingen, wericgeversorganisaties en andere belangengroepen bij de ontwikkeling en uitvoering van sociaal-economisch beleid is opnieuw in discussie. Oorzaak hiervan is het succes van „neo-corporaf/sf/sc/?" georganiseerde staten, zoals bij voorbeeld Oostenrijk en Zweden, bij het doorstaan van de depressie. Is er aanleiding voor een herwaardering van dit neo-corporatisme? vraagt prof. I/V. Albeda zich, vanaf de,, Ktvyperkatheder", af in een serie van vijf voordrachten. Prof. W. F. de Gaay Fortman schreef voor VU-magazine een korte impressie over Albeda: de man die liever ancien A77/7?/sfre dan minister was. door prof. W. F. de Gaay Fortman De derde bezetter van de Kuyperkatheder stamt uit een generatie van de christelijk sociale beweging, die Kuyper nog gekend heeft. Zelf rekent hij zich volop tot die beweging, die, omdat zij „öeweg/ng" is, zich telkens vernieuwt. Zijn proefschrift droeg hij op aan zijn vader, ,,die mij de christelijke vakbeweging leerde kennen en lief hebben." Het proefschrift handelde over„dero/ van de vakbeweging in de moderne maatschappij" en werd op 22 februari 1957 verdedigd. Promotor was T. P. van derKooy. Als ik mij niet vergis, was Albeda de eerste van diens reeks promovendi. Zij allen vertonen in hun wetenschappelijke en maatschappelijke bedrijvigheid de sporen van de invloed van hun leermeester. Deskundigheid ten aanzien van de feitelijke ontwikking van maatschappij, kerk en staat; aandacht voor en kennis van de geestelijke krachten, die deze ontwikkeling beïnvloeden. Die karaktertrekken vertoonde Albeda niet alleen in zijn proefschrift, maar ook in de verschillende functies, die hij sindsdien vervulde: wetenschappelijk medewerker bij de Christelijke Bedrijfsbond voor hét Bouwbedrijf, bestuurslid van het Christelijk Nationaal Vakverbond, hoogleraar in de economische faculteit van de Erasmus Uni-

VU-Magazine 12 (1983) 10 november 1983

versiteit, lid van de Eerste Kamer, minister van Sociale Zaken (1977-1981) en nu hoogleraar Sociaal-Economisch Beleid aan de Rijksuniversiteit te Maastricht. Albeda brengt slechts een deel van zijn tijd in Nederland door. Hij beschikt overeen uitgebreide verzameling contacten in het buitenland en onderhoudt deze verhouding ter plaatse. Voorts heeft hij als Nederlands regeringsvertegenwoordiger zitting in de Raad van Beheer van de Internationale Arbeids Organisatie te Geneve. Hij leesten scti rijft veel en snel. De hoofdtoon van zijn publicaties is: geen polarisatie in de economie, maar door overleg tussen ondernemers en arbeiders trachten tot oplossingen te komen, die beide partijen als de hunne kunnen aanvaarden. Zijn overlegeconomie grijpt duidelijk terug op noties, die de christelijk sociale beweging in de eerste periode van de industriële ontwikkeling onderde noemerso//dar/sme vatte. Het zal duidelijk zijn, dat Albeda de feitelijke ontwikkelingen in het sociaal-economisch leven sedert het begin van de zeventiger jaren niet toejuicht. De keuze van het thema voor

zijn Kuypervoordrachten: A/eo-corporatisme zal daardoor zeker zijn beïnvloed. De in de kring van de protestants christelijke sociale beweging verdedigdegedachtevan de bedrijfsorganisatie als middel om de arbeiders op alle niveaus van het arbeidsleven medezeggenschap te geven, mogen door met name de vergaande bemoeiing van de staat als publiekrechtelijk instrument achterhaald zijn,^?jj behoudt privaatrechtelijk haar betekenis, zeker in een tijd van depressie. Bij een ontmoeting in de Eerste Kamer in 1971 vroeg ik Albeda of hij bij de komende kabinetsformatie geen ambitie had minister van Sociale Zaken te worden. Hij antwoordde: „Ministerte zijn lijkt me niet aantrekkelijk, maar ,,anc/enm/n/sfre "te worden, lijkt me leuk." Die wens typeert hem. Hij is nog in vervulling gegaan ook. G Van de vijf lezingen zijn er in november nog twee te beluisteren, te weten op 10 en 22 november (resp. 14.00 en 16.00 uur), in het hoofdgebouw van de VU, De Boelelaan 1105 te Amsterdam, zaal KC-07. De toegang is gratis en na elke lezing is er gelegenheid tot discussie

375

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1983

VU-Magazine | 520 Pagina's

VU Magazine 1983 - pagina 449

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1983

VU-Magazine | 520 Pagina's