GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1987 - pagina 104

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1987 - pagina 104

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Alexanderplatz in zoals Nering en Bouman, ontwierpen ^^^ moderne verdedigingsbolwerken en grote gebouwen in Berlijn. De Friedrichsgracht herinnert in naam en voorkomen nog aan die Hollandse bouwnijverheid. Het inwonertal steeg met rappe sprongen: 5.000 in 1640, 30.000 in 1700, 175.000 in 1800. Twee vluchtelingenstromen, warm onthaald, droegen daaraan het hunne bij: Oostenrijkse joden, verdreven uit hun vaderland, kregen een supervoordelig aanbod om in Berlijn neer te strijken, en de economie een flinke stoot te geven. Sommigen waren rijker en weelderiger dan Brandenburgs moeraskoning zelf. Na 1685 kwamen daar Franse Hugenoten bij, vaak in complete dorpsformatie. Ook zij waren op de vlucht. Berlijn werd nog onduitser dan het toch al was. Het ganse ketterdom van Europa vond er een behaaglijk plaatsje. Na 1650 woonden er meer Zwitsers, Zweden, Nederlanders, Fransen, Polen en Italianen dan Duitsers. De Hugenoten belegden Berlijn met een netwerk van restaurants, bakkerijen en modeateliers, alle op de modernste leest geschoeid. Zandvlakten buiten de stad veranderden in bloeiende tuinderijen, en brachten groenten voort waarvan de Berlijnse oren, altijd gewend aan de eentonige knaaggeluiden van knollen en stronken, behoorlijk klapperden. Onduits was ook de sfeer van verdraagzaamheid in deze poel van plurifomiteit: joden en christenen leefden vredig dooreen en stichtten in vele gevallen liefderijk een gezamenlijk nageslacht. Luteranen

Drakonische maatregelen voorkwamen niet dat Berlijn, tot in het Hitlertijdperk toe, steeds in meerderheid socialistisch en communistisch heeft gestemd. en calvinisten deelden zusterlijk en broederlijk hun kerken, en het begrip rassenrel of pogrom bleef tot 1933 onbekend. De Berlijnse stadstaai weerspiegelde die verscheidenheid: gebroken Duits met een Franse inslag, Nederlandse wendingen met Italiaanse en Poolse woorden. Onder opvolger van de 'Grote Keurvorst' , Frederik I, bleef de opbloei enigszins steken. Hij was niet zo'n regeerderig type. Dat handwerk liet hij over aan 14

grote crisis stortten. In Berlijn haakten Een schilderij van kleine groepjes, zoals die van Rosa Hans Baluscliek uit 1929; de Luxemburg en Karl Liebknecht, af. Na Molltenmarlit de oorlog, toen de keizer was afgedankt en vervangen door een sociaaldemocratische burgerregering, moesten zij daarvoor bloedig boeten. Onder de nieuwe leiders werden Liebknecht en Luxemburg opgepakt, gemarteld, vermoord en in een Berlijnse gracht gegooid. Het voorstel om op die plek een sober gedenkteken te plaatsen, leidde overigens begin dit jaar nog tot heftige discussies in het Westduitse parlement. Het rijke West-Berlijn haalde al snel opgelucht adem. De nieuwe regering liet alles bij het oude, ook de privé-eigendom. Daarentegen werd Oost-Berlijn stelselmatig uitgekamd op radicale elementen. z'n Nederlandse raadsman, Danckelmann, die het óók niet alleen wilde doen en daarom z'n zes broers naar Berlijn haalde, die hij van de belangrijkste posten voorzag. Toen 'scheve Fritz' (de keurvorst had een vergroeiing) het in z'n bol kreeg, en een heuse koningskroon opzette, vond Danckelmann dat niet verstandig, wat tot z'n ontslag leidde. Maar Berlijn was van nu aan 'koninklijke residentie' van een tot 'Pruisen' uitgegroeid Brandenburg. Voordien hadden de meeste Duitsers nog nooit van Berlijn gehoord. Tot in onze eeuw hebben oude steden als Hamburg, Keulen en Freiburg Berlijn altijd misprezen als parvenu en bolwerk van onduitse elementen. Dat verhinderde niet dat nu opnieuw een grote schare naar Berlijn trok: avonturiers, baantjesjagers, magiërs en toneelgezelschappen nestelden zich in de stad, waar steeds meer te halen viel. Net als in Amerika, grepen nieuwe ideeën de kolonisten gemakkelijk aan. ledere dertig jaar werd al wat oud was, gesloopt, en vervangen door modieuze nieuwbouw. Wie nu klaagt over het teloorgaan van Berlijns voormalige stedeschoon in en na de oorlogsjaren, heeft ongelijk: de oude binnenstad was voordien al onherkenbaar gesloopt.

O

ok buiten Duitsland kreeg Berlijn een slechte naam, als broeinest van nieuwlichterij. Nergens kreeg de achttiende-eeuwse Verlichting zoveel voet aan de grond als in de Pruisische hoofdstad. Had Frederik de Grote, de Pruisiche filosofenkoning, niet de godloochenaar Voltaire en de ophitser Mirabeau naar z'n residentie gehaald en hen daar ongehinderd laten prediken?

Maar ook binnen Pruisen zelf groeide de tegenstelling tussen hoofdstad en ommeland. Buiten Berlijn leefde men in slaafse, middeleeuwse omstandigheden. Daar was men dan ook uiterst vatbaar voor het starre, steeds militaristischer regiem van de Hohenzollerns. Die zijn in hun vijfhonderdjarig bestuur in eigen hoofdstad nooit geliefd geweest. Op gezette tijden kwam Berlijns bevolking in opstand tegen onderdrukkende en beperkende maatregelen. Op haar beurt meed de in West-Berlijn gesitueerde hofwereld Oost-Berlijn waar ze kon: ze liet zich slechts zien wanneer haar aanwezigheid dringend vereist was. Die tegenstelling verscherpte nog in de negentiende eeuw. Berlijn werd de grootste industriestad van het Westeuropese vasteland. Miljoenen stroomden toe. De stad groeide uit haar voegen. In oost-Berlijn huisde een reusachtig proletariaat onder de treurigste omstandigheden in verpauperde huurkazernes. De nieuwe kapitalisten en fabrikanten daarentegen bouwden luxe villawijken in West-Berlijn, onder 's konings vleugels. Ook letterlijk was die grens getrokken. Tot 1870 doorsneed een oude, nooit gebruikte stadsmuur de gehele stad. Wie van oost naar west wilde, of andersom, moest wachtposten voorbij, geld betalen en enkele formaliteiten vervullen. Wonderlijk, en misschien toch ook weer niet: de huidige Berlijnse Muur volgt in 1987 nagenoeg dezelfde lijn op de kaart als die stadsmuur van toen. Oost-Berlijn ontwikkelde zich in die jaren tot een bolwerk van al wat rood is. In 1848 hielden revolutionairen de stad dagenlang bezet. Er vielen driehonderd doden. De opstandleiders dwongen de koVU-MAGAZiNE — M A A R T 1987

ning uit West-Berlijn letterlijk tot het van de Christelijk-Sociale Arbeidersparbuigen van z'n hoofd voor de gevallen tij. Eén van de financiers was de keizer strijders. In 1870 brak oorlog uit tussen zelf. Om de aandacht van de werkelijke Frankrijk en Pruisen, maar de Berlijnse oorzaken van de armoe af te leiden, voersympathie ging meer uit naar de opstan- de de partij onder Alfred Stoecker een andelingen van de Parij se Commune dan ti-joodse campagne. Met zo weinig sucnaar de eigen soldaten. Pruisen won de ces in Berlijn dat de keizer in 1905 uitoorlog, met als gevolg dat de koning zich riep: "Eerst de socialisten neerknallen, oor z'n rode naam raakte Berliet uitroepen tot keizer van heel Duits- onthoofden en buiten werking stellen -zolijn in de jaren twintig in eigen land. nodig door 'n bloedbad - en dan oorlog land meer en meer in een isoleZonder enig spoor van geestdrift ontving met het buitenland". ment. Daarbuiten werd het juist gevierd Berlijn de mare dat het nu hoofdstad van "Berlijn is een bijzonder indrukwek- om z'n florerende, culturele leven. In het nieuwe keizerrijk was geworden. kende, buitengewoon levendige stad", Duitsland ontstonden alom radicale Keizer Wilhelm en Bismarck verwachtten schreef de Amerikaanse journalist Curtis rechtse groepjes. Een steeds weerkerend een spetterende ontvangst. Maar het in 1900, "maar het merkwaardige is, dat programmapunt was hun oproep tot eeh stadsbestuur scheepte het duo af met een ze twee verschillende werelden herbergt, mars naar Berlijn, om het voor eens en koele, te elfder ure opgezette receptie, die amper of zelfs niets met elkaar van voor al te zuiveren van z'n linkse naam die ruimschoots binnen de begroting doen hebben". In West-Berlijn zag hij en z'n joodse tint. Stap voor stap legden bleef. Boos riep Bismarck uit dat Berlijn "de wereld die de keizer vertegenwoor- de nazi's een 'bruine' ring om Berlijn: ook immer bockig was. digt, en die als enige lijkt te kennen: de bij verkiezingen gingen steeds meer Uit die tijd stamt ook de volgende anek- wereld van adelijke officieren en hoge voorsteden om. Intussen trok Goebbels dote: Berlijnse marktvrouwen noemden ambtenaren, zeer bedrijvige industriëlen met knokploegen door de oostelijke wijhun lekkernijen na de proklamatie ijlings en bankiers, hoogleraren, welvarende ken. Kaiserschoten, en verhoogden de prijs zakenlieden en begunstigde kunstenaars met drie cent. Verbolgen klanten riepen bij het hof". Hoe verder hij oostwaarts Hitler mocht in 1933 Berlijn binnentrekuit: 'Het zijn toch dezelfde snoepjes!', in de stad doordrong, hoe meer hij een ken, waarmee een jarenlange geschiedewaarop de marktkraamsters pareerden heel andere wereld voor z'n ogen zag nis van aanhoudingen, mishandelingen, met: 'Na, onze Willem is toch ook dezelf- ontrollen: een kilometerslange stoet van moorden, verschrikkingen en massaverde gebleven!' 120.000 socialisten, op weg naar het So- nietiging begon. Om Berlijn werd een zialistenfriedhof waar Wilhelm Lieb- ring van concentratiekampen gelegd: n de jaren die volgden, waren de so- knecht, een belangijk leider, ter aarde Koenigswusterhausen, Bornim, Oranienburg-Sachsenhausen. Daarin verdween cialistische woelingen in Oost-Ber- werd besteld. lijn zo stormachtig en massaal dat de De keizer kreeg z'n zin. De Eerste We- al wat links, rood, jood, althans niet-nazi stad van 1878 tot 1890 onder de nood- reldoorlog brak uit, die Duit' '..nd aan de enniet-arisch was. toestand werd gesteld. De keizer en z'n rand van de afgrond bracht. Het protest regering namen drakonische maatregelen van het aanvankelijk anti-oorlogsgezinde Ook het uitbreken van de nieuwe wereldom het rode gevaar te dempen. Dat voor- Berlijn wist de keizer op handige wijze te oorlog bracht Berlijn niet geestdrifitig op kwam niet dat Berlijn, tot in het Hitler- smoren. Hij maakte de meerderheid van de been. In tegenstelling tot elders in tijdperk toe, steeds in meerderheid socia- de socialisten medeplichtig aan de oor- Duitsland bleef het op 1 september 1939 listisch en communistisch heeft gestemd. logsuitgaven, waarmee dezen belangijke in Berlijn alom stil en leeg op straat. De Eén van die pogingen de roden de wind punten van eigen programma lieten val- oorlogsverklaring aan Polen bracht er uit de zeilen te nemen, was de oprichting len, en zo de socialisten in Europa in een nog geen tweehonderd mensen naar het

Het ganse ketterdom van Europa vond in Berlijn een behaaglijk plaatsje.

D

I

VU-MAGAZINE — M A A R T 1987

15

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1987

VU-Magazine | 485 Pagina's

VU Magazine 1987 - pagina 104

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1987

VU-Magazine | 485 Pagina's