GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1988 - pagina 244

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1988 - pagina 244

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

de rails voortzweven, zoals nu een brokje supergeleider in de lucht hangt boven een magneet. Toekomstmuziek, volgens Muller: "Het materiaal is heel moeilijk te verwerken, de meeste stoffen zijn nog uiterst bros. Maar ik verwacht dat de industrie die moeilijkheid uiteindelijk de baas kan worden." Hoe snel de records ook mogen breken, de vooruitgang in de toepassing van supergeleiding vordert uiterst langzaam. Muller: "Een kabel gemaakt van de ouderwetse supergeleiders kostte al vijftien jaar ingenieurswerk. Met het nieuwe materiaal zal dat zeker niet sneller gaan." Snellere toepassing ziet hij in de micro-elektronica. Vooral in verbindingen tussen onderdelen van chips treden nu nog verliezen op en dat maakt computers traag. Met het

Ingenieurs dromen van kabels die elektriciteit honderden kilometers zonder enig verlies transporteren. nieuwe materiaal is dat verholpen. "Dat duurt nog vijfjaar", voorspelt Muller. Japanse laboratoria hebben al 2000 patenten voor technieken en toepassingen op hun naam. En wie weet wat er nog komt. De rust en stilte van het lab aan de rivier waarin Muller en Bednorz hun ontdekking konden doen, is voorgoed voorbij. Het is de kersverse Nobelprijswinnaar aan te zien. Het kleinschalige onderzoek op de Zwitserse buitenpost, waar iedereen elkaar kent, is geëxpandeerd tot ongekende omvang. Krampachtig wordt overal gezocht naar verklaringen en toepassingen. De gelukkige kan rekenen op opnieuw een Nobelprijs of vetbetaalde patenten. "Wij hadden vrijheid en rust nodig voor onze ontdekking", vertelt Muller. Voor een nieuwe geniale inval moeten we wachten tot de storm weer is gaan liggen. D

Mark Mieras is natuurkundige. Bram Vermeer is redacteur van het Nederlands Tijdsclirift voor Natuurkunde.

10

B

egin dit jaar verschenen kort na elkaar twee onderzoeksrapporten over de werking van aspirine ter voorkoming van hartinfarcten. Het nieuws kwam zelfs enkele dagen eerder in de 'lekepers' dan in de vakpers. In de media is ruim aandacht besteed aan het onderwerp, en onlangs schreef dr. Verheugt, cardioloog bij de VU, een commentariërend stuk in het Nederlands Tijdschrift voor Geneesl<unde. Waar gaat alle opwinding over? Aspirine wordt al langer met enig succes toegepast bij patiënten die eerder een hartinfarct of herseninfarct hebben doorgemaakt, om herhaling hiervan te voorkómen. Een infarct ontstaat door afsluiting van de bloedtoevoer. Acetyisalicylzuur, de werkzame stof in aspirine, remt de klontering van bloedplaatjes en kan zo schadelijke stelsels voorkómen. In twee langlopende studies is nu gekeken of aspirine ook bij gezonde mensen het ontstaan van hartinfarct of herseninfarct kan tegengaan. Als proefpersonen werden artsen uitgezocht omdat die het best in staat worden geacht te rapporteren over ziekten en bijwerkingen. Het meeste opzien baarden de resultaten van het fraai opgezette Amerikaanse onderzoek. Vanaf 1982 deden 22 duizend mannelijke artsen mee aan het zgn. 'dubbelblind' onderzoek, waarin men overigens naast de preventieve werking van aspirine ook het preventieve effect van caroteen (een voorstadium van vitamine A) op het ontstaan van kanker wilde meten. De proefpersonen slikten om de dag 325 mg aspirine en 50 mg caroteen of een placebo. Het onderzoek moet nog tot 1990 doorlopen, maar de uitkomsten van het gedeelte over aspihne zijn voortijdig gepubliceerd omdat de effecten zo gunstig waren. Hartinfarcten kwamen 47 percent minder vaak voor in de groep

die aspirine had geslikt in vergelijking met de groep die neptabletten slikte (de controlegroep). Wel zag men iets vaker hersenbloedingen optreden. Opmerkelijk was echter dat de sterfte aan harten vaatzieten in de hele onderzoeksgroep uitzonderlijk laag was: slechts één procent overleed aan een dergelijke aandoening tijdens deze vijf jaar. Aan het Britse onderzoek deden ruim vijfduizend mannelijke artsen mee. Tweederde van hen slikte gedurende vijf jaar dagelijks aspirine (500 mg of 300 mg per dag), éénderde slikte niets. Er werd slechts een geringe vermindering gezien van het aantal hartinfarcten na aspirine-

der gaan de resultaten van het Amerikaanse onderzoek niet op voor de doorsnee burger, zo stelt Verheugt: er is gebruik gemaakt van een geselecteerde groep proefpersonen. Artsen die antistolling gebruikten, een hart-, herseninfarct of hersenbloeding hadden doorgemaakt, die leden aan kanker, lever-, maag- of nierziekten werden van het onderzoek uitgesloten. Preventief gebruik van aspirine op grote schaal door de gewone bevolking zou tot ernstige ongelukken kunnen leiden door het optreden van maag- of hersenbloedingen. Heel opvallend is bovendien dat nergens commentaar wordt geleverd op het feit dat het in beide

'n Aspirientje? i IJ gebruik. Tevens zag men een lichte toename van het aantal hersenbloedingen in die groep en ook maagbloedingen kwamen vaker voor. Maar de verschillen tussen de proefpersonen die aspirine slikten en de 'controlegroep' waren te klein om er betekenis aan te hechten. Het belangrijkste onderscheid tussen de beide studies is de dosering van aspirine: deze lag in het Britse onderzoek twee tot drie maal zo hoog als in het Amerikaanse. De hogere dosering blijkt géén preventieve werking te hebben en bovendien tot meer nadelige bijeffecten te leiden. Betekent dit nu dat u en ik dagelijks een kwart aspirientje moeten slikken om onszelf een hartinfarct te besparen? Natuurlijk niet. Ten eerste is het goedkoper en minder riskant, hoewel misschien niet makkelijker, om het roken te stoppen, minder vet te eten en wat meer aan lichaamsbeweging te doen. Maar ver-

onderzoeken uitsluitend om mannelijke proefpersonen gaat. Juist op het gebied van hart- en vaatziekten verschillen mannen en vrouwen nogal. Hartinfarcten komen bij vrouwen vóór de menopauze veel minder vaak voor dan bij mannen. Daarvoor zouden onder meer de vrouwelijke hormonen (oestrogenen) verantwoordelijk zijn. Maar ook de baarmoeder speelt waarschijnlijk een rol. Hierin wordt prostacycline gemaakt dat een vaatverwijdende werking heeft en ook de klontering van bloedplaatjes remt. Acetylsalicylzuur heeft ook invloed op de hoeveelheid prostacycline die het lichaam vormt Men mag dus aannemen dat er op z'n minst voor vrouwen een andere dosering aspirine nodig is om hetzelfde effect te bereiken als bij mannen. Reden genoeg voor meneer, maar zeker voor mevrouw, om voorlopig van het preventieve aspirientje tegen het hartinfarct af te blijven.

VU-I^AGAZINE—JUNI 1988

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1988 - pagina 244

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's