GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1990 - pagina 215

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1990 - pagina 215

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

woordkeuze in een zin als: "Een van l" twintigste-«euwse de klepels ging erfinaalaf'? * npvorm. Goossens snijdt aan het slot van zijn boek de vraag aan, waarom de meeste bewerkers als lichaamsdeel de neus uitkozen. Waarom niet vaker een oog, zoals Goethe deed in zijn 'Reineke Fuchs'? De taalhistoricus noemt tal van uitdrukkingen waar een neus in voorkomt en die mogelijk ergens anders op zinspelen, zoals 'zijn neus omhoog steken' of 'zijn neus laten hangen'. Ook wijst hij op de literaire traditie, die uitmondt in verhalen als 'De neus' van Gogol. In de Nederlandse literatuur vond hij een interessante regel bij Bredero: "vaartjes neus is moertjes troost". Toch vermoedt Goossens zelf al dat de oorzaak uitenidelijk niet gezocht moet worden in de literaire traditie

H

et boekje van Goossens staat boordevol voorbeelden van gejokkebrok door de eeuwen heen. Een voor een zijn ze grappig, maar zo achter elkaar gezet krijgen ze iets onthutsends. Toch pleit Goossens ervoor de bewerkers niet te hard te vallen en gewoon als kinderen van hun tijd te beschouwen. De spreiding van cultuur en de beschavingsidealen van de Verlichting noemt hij als achtergronden. Maar ook het katholicisme moet een drijfveer zijn geweest. Het valt Goossens althans op dat Noordnederlandse uitgaven vaak minder preuts zijn dan Zuidnederlandse. Zoals de negentiende-eeuwse vertaling van Julius de Geyter, een vurig antiklerikaal. Hij heeft aanDe eerste ongekuiste versie voor merkelijk minder problemen met de volwassenen werd in 1953 gepubli- scene dan zijn collega's en doet er ceerd door Louis Paul Boon, onder hier en daar zelfs een schepje bovende titel 'Wapenbroeders'. Het is een op. Zo belooft Reinaert Julocke dat prozabewerking van verhalen uit de hij ten behoeve van de genezing van Reinaert en een ander epos, de Isen- haar heer een mis zal gaan lezen. De grinus, waarin Boon zelfs de origine- Geyter was Vlaming, maar zijn verle beeldspraak van het klokkenspel taling verscheen in een Nederlandse overneemt. reeks, het Klassiek Letterkundig De jeugd moest daar nog tot 1972 Pantheon. op wachten. In dat jaar verscheen de Net als alle anderen, kan ook de tavolledig ongekuiste bewerking door boedoorbreker Paul Biegel als een Paul Biegel. Het roer ging niet defi- kind van zijn tijd worden benitief om, want ook de brave versies schouwd. Tekenend is de flaptekst zijn blijven verschijnen en Karel van zijn "eigentijdse bewerking", die Jonckheere liet in 1981 de pastoor er reclame mee maakt dat het veralweer "in zijn slippen" naar buiten haal "onverbloemd op papier lopen, in plaats van "piemelnaakt", komt". En schuilt er niet een moderzoals bij Biegel. ne meester Pennewip in de populaire Streuvels schreef er echter zowel een voor de jeugd als verschillende voor volwassenen. Volgens Goossens geven ze stuk voor stuk blijk van een verbluffende spanning tussen willen (de tekst op de voet volgen) en durven. Streuvels heeft zo ongeveer alle varianten die hij bij zijn negentiende-eeuwse voorgangers tegenkwam uitgeprobeerd. De ene keer ging het over een koster, de andere keer toch weer over de pastoor. Dan had hij een hemd aan en later was hij toch weer "moedernaakt". In alle versies blijft het echter de neus, die wordt afgebeten. En dat terwijl Streuvels zelf in een voorwoord verklaart dat een wijziging altijd "eene ongeoorloofde castratie" blijft.

VU-MAGAZINE—MEI 1990

of de taalgeschiedenis. Hij denkt eerder aan "de constante menselijke begaafdheid en behoefte om te associëren". Je kunt je afvragen of begaafdheid hier wel het juiste woord is. De visuele alliteratie tussen neus en geslacht zal toch iedereen onmiddellijk zijn opgevallen die ooit een naakte man, niet per se een pastoor, aanschouwde? D

J. Goossens, De gecastreerde neus. Acco Leuven/Amersfoort, f. 31,-.

37

Ets van de zeventiende-eeuwse Hollandse schilder AUart van Everdingen uit een achttiende-eeuwse uitgave van 'Reineke der Fuchs'.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1990

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1990 - pagina 215

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1990

VU-Magazine | 484 Pagina's