GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1992 - pagina 424

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1992 - pagina 424

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

ces-verbaal keert hij weer terug van Johnny in de rechtszaal geeft het hele proces iets onwezenlijks. In de zaal zijn alleen zwarte toga's te zien, toch wordt er 'gewoon' een proces gevoerd. Getuigen komen aan het woord, slachtoffers doen hun beklag, we vernemen van Johnny hoe hij zijn roofovervallen organiseerde en hoe hij aan de vooravond daarvan 'zo stoned als een beest' was. Alleen, geen van de woordvoerders is fysiek aanwezig. AJle verklaringen komen uit de mond van de rechter. Een hoorspel voor één persoon. Opwindend is het allemaal niet, zeker niet voor iemand die (te) veel naar Amerikaanse rechtbankseries heeft gekeken. D e rechter draagt de verklaringen uit het proces-verbaal voor op vlakke toon. Hier geen o p laaiende emoties, geen stotterende getuigen, messcherpe kruisverhoren en protesterende officieren van justitie. Saai. Er is geen ander woord voor. Strafprocessen in Nederland zijn uitgesproken saai. Geen spannend theater, maar lege rituelen. Het proces wordt schrifteHjk afgehandeld; de Nederlandse strafrechtspraak als papieren werkelijkheid. Daar is al heel wat over afgeklaagd, met name door rechtbankverslaggevers die wel eens wat spanning en sensatie zouden willen meemaken. Z o krijg je nooit leuke stukjes in de krant. Het zijn klachten die gemakkelijk schouderophalend kunnen worden afgedaan. Justitie heeft niet tot taak het adrenalinegehalte van rechtbankverslaggevers op te jagen, of in de hedendaagse behoefte aan spektakel te voorzien. Het recht moet z'n loop hebben, daar draait het om. Maar veel kenners beweren dat die rechtvaardigheid juist in het gedrang komt door de snelle, papieren aRvikkeling van processen. "De strafrechtspleging in ons land is de laatste jaren steeds sneller en soms pijnlijk zichtbaar aan kwaliteit gaan verliezen", merkte rechtbankjournalist Jac. van Veen in 1988 op.

Facade

26 v u MAGAZINE NOVEMBER 1992

Ooit was het de bedoehng dat de kern van het onderzoek op de rechtszitting zelf zou plaatsvinden. Daar zouden verdachten en getuigen ondervraagd moeten worden. Al in 1926 maakte de Hoge Raad het mogelijk met deze gewoonte te breken. Toen werden zogenaamde de audituverklarmgen mogelijk gemaakt, dat wil zeggen: verklaringen van horen zeggen. Verklaringen van getuigen hoefden niet meer in aanwezigheid van de rechter afgelegd te worden. Als ze in een eerder stadium waren uitgesproken en genoteerd, konden ze beschouwd worden als op de zitting afgelegd. Vanaf dat moment is de kern van het onderzoek in een strafzaak naar voren geschoven. Parool-verslaggeefster Violet Cotterell sprak daarom niet zonder reden ooit van 'de geheime processen van Nederland'. Het üjkt alsof de strafzittingen zich in de openbaarheid afspelen, maar dat

PROFMR, T.M. SCHALKEN: "ZOLANG GEEN FINANCIËLE RUIMTE WORDT GESCHAPEN, ZULLEN ER ONVOLDOENDE MOGELIJKHEDEN BESTAAN VOOR EEN BEHOORLIJKE STRAFRECHTSPLEGING. "

is niet zo. Het werk is vóór de rechtszitting al gedaan en de resultaten ervan zijn vastgelegd in het dossier. D e rechtszitting is het sluitstuk van het onderzoek, en in zekere zin ook een facade waarachter nauwehjks nog een blik te werpen valt. Het vooronderzoek is het eigenhjke onderzoek. Wat dat betreft is Nederland uniek: in Europa is er bijna geen land waar het onderzoek zo ver naar voren is geschoven en waar de rechtszitting zelf zo weinig voorstelt. In eerste instantie krijgt een verdachte bij het vooronderzoek te maken met de opsporingsverhoren van de politie-rechercheurs. Vervolgens, als er voldoende belastend materiaal verzameld is, komt het onderzoek in handen van de rechter-commissaris. O p de zitting zelf hoeven alleen nog maar de processen-verbaal voorgelezen te worden. En ook dat gebeurt niet integraal. Z o ' n dossier is een dik pak, het voorlezen is een flinke klus. Veelal beperkt de rechter zich daarom tot een 'relaas van bevindingen', er worden enkele treffende citaten uit de verhoren geplukt, en tenslotte rondt de rechter de zaak af met een formule waarin hij zegt dat het hele proces-verbaal als voorgelezen beschouwd moet worden.

Smoes\e Dit systeem van strafrechtspleging heeft volgens critici één groot nadeel: het is nagenoeg oncontroleerbaar. "Dat geldt vooral voor het verhoor dat de politie afneemt", zegt prof .mr. T.M. Schalken, hoogleraar strafrecht aan de Vrije Universiteit. "Daar hoeft geen raadsman bij aanwezig te zijn. Er is geen enkele controle op de manier waarop het bewijsmateriaal is verzameld door de poHtie. Vervolgens wordt de verdachte op de zitting geconfronteerd met de verklaringen die hij tegenover de pohtie heeft afgelegd. Als hij op die zitting een afwijkende ver-

klaring aflegt, wordt hij meestal gehouden aan die voorgaande verklaringen, tenzij hij heel goed aannemehjk heeft kunnen maken dat er mankementen zitten in het proces-verbaal. "De rechter denkt snel: het is een smoesje, hij probeert zich eruit te draaien omdat hij is gaan nadenken over de consequenties van wat hij gezegd heeft; hij ziet de gevangenisstraf al hangen. Het pohtieverhoor zou een spontaner, eerlijker antwoord opgeven, dacht men. Maar waarom hecht je aan een verklaring die bij de politie is afgelegd zo'n groot belang? Niemand heeft kunnen constateren wat op het poHtiebureau precies gebeurd is. Dat is oncontroleerbaar." H e t is zo onaardig tegenover die hardwerkende poHtiemensen om ze te wantrouwen. Toch lijkt een beetje argwaan niet misplaatst omdat poHtie en justitie niet helemaal dezelfde doelstellingen hebben. D e taak van de justitie is de wet te handhaven. De wet bestaat uit een groot aantal regels en daarbij behoort ook dat de rechten van de verdachte zorgvuldig gewaarborgd moeten zijn. De poHtie wil in de eerste plaats boeven vangen, zoveel mogelijk zaken rond krijgen. In theorie hoeft het een niet ten koste te gaan van het

ander. Wie boeven vangt, is immers bezig met het handhaven van de wet. Maar in de praktijk zouden er wel eens de nodige fricties kunnen optreden. Journahst Jac. van Veen tekende ooit het tafereel op van een voormahge rechercheur die terechtstond wegens een aanrijding en die protest aantekende tegen de manier waarop zijn woorden in het proces-verbaal waren weergegeven. "Maar als oud-politieman twijfelt u toch zeker niet aan de objectiviteit van u w vroegere collega's', zei de rechter, waarop de verdachte uitriep: 'Ach, edelachtbare, ik heb jaren op zo'n bureau gezeten...ik weet toch precies hoe dat gaat!'"

Lineken Een bezwaar tegen zo'n schrifteHjk proces-verbaal is dat het geen letterlijke weergave van een verhoor oplevert. De vragen zijn bijvoorbeeld weggelaten. Dat Hjkt onbetekenend, maar is het niet. Het maakt nogal verschil hoe een vraag geformuleerd was. Een vraag kan luiden of volgens getuige de verdachte, ja dan nee, een Htteken op zijn wang had. Maar het antwoord 'een litteken' op de veel algemenere vraag of getuige ook iets bijzonders had opgemerkt aan het uiterHjk van de verdachte, is uiteraard 'harder' en 'spontaner'. Het is meer dan een nuance-verschil dat in het proces-verbaal echter niet is terug te vinden. Een verdachte kan ook onder druk worden gezet o m een bekentenis af te leggen. Aan mishandeHng, brandende poken of leren riemen, hoeft niet direct gedacht te worden. De beïnvloedingsmechanismen zijn hier doorgaans subtieler; moeten een zekere psychologische finesse bezitten. Het bekennen moet voor de verdachte iets aantrekkelijks en verleidelijks krijgen. Die truc, zegt de advocaat tijdens zijn pleidooi, hebben ze met Johnny uitgehaald. Ja, het is waar, hij heeft zes roofovervaUen bekend, maar hij is op oneerlijke wijze onder druk gezet. Het moet ongeveer als volgt zijn gegaan: Johnny is door de rechercheurs helemaal in de watten gelegd en heeft een VlP-behandehng gekregen. "Wat wil meneer drinken? Wijn? Laten we zo aanrukken." Als hij nu alles maar bekent - en de politie heeft nog wel een hjstje met onopgeloste misdaden voor zich - dan mag hij snel zijn vrouw zien. Kunnen ze zich discreet - hier misschien een vette knipoog van de rechercheur - in een kamertje terugtrekken. Het verlangen naar zijn vrouw is zo onbedwingbaar, dat hij alle feiten die hem ten laste werden gelegd meteen maar erkent. Is hij tenminste van de ellende af. "Een wip voor een VIP", rijmt de advocaat in zijn pleidooi. O f het werkelijk zo gegaan is, bhjft onduideUjk. Misschien is het verhaal inderdaad een vertwijfelde poging om een spontane bekentenis te ontkrachten. Maar niemand die zoiets

27

v u MAGAZINE NOVEMBER 1992

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1992

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1992 - pagina 424

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1992

VU-Magazine | 484 Pagina's