VU Magazine 1994 - pagina 362
MUSEA VAN DE W^ie Hengelo zegt, zegt industrie. Maar het m u s e u m dat aan de r o e m r u c h t e ontw^ikkeling daarvan gew^ijd is, gaat gebukt onder een gebrek aan s a m e n h a n g . D e geest van Borne's burgemeester w^aart rond in het Heim.
HENGELO'S DUCATIEF
INDUSTRIEMUSEUM Gert J. Peelen honderdvijftig jaar geleden begon in een deel van Nederland dat tot die tijd bij uitstek de pastorale vredigheid van het agrarische landleven leek te vertegenwoordigen. In de tweede helft van de vorige eeuw begonnen echter de schoorsteenpijpen er als stinkzwammen de grond uit te schieten. En Hengelo werd van die plots optredende industriële explosie min of meer het epicentrum. Dat, zoals tot in lengte vanjaren te zien zal blijven, deze activiteiten Hengelo geen overdaad aan stedenschoon hebben opgeleverd, kan niet opwegen tegen het onmiskenbare feit dat de provincieplaats met trots mag terugzien op haar historie als hechte industriële gemeenschap waarmee illustere namen als Stork, Hollandse Signaalapparaten en Holec verbonden zijn.
8 v u MAGAZINE OKTOSER 1594
De burgemeester van het nabijgelegen Borne voelde er, eind vorige eeuw, niets voor. Elektriciteit? Industrie? Nieuwerwetse fratsen waren dat. Als die Hofstede Crull z'n in Borne gevestigde elektriciteitscentrale zo nodig moest uitbreiden, dan ging-ie maar naar Hengelo. Daar zat per slot van rekening ook de familie Stork al, die sinds 1859 druk doende was de vooruitgang in gietijzer gestalte te geven. En zo gebeurde het. De ondernemende Hofstede Crull verplaatste zijn op de nieuwe tijd gerichte nutsbedrijfnaar de Bornsestraat (!) in
Hengelo, waar hij de eerste particuliere elektriciteitscentrale stichtte die op verzoek liefhebbers uit de gehele regio onder spanning hield. Dit Twentsch Centraal Station voor elektrische stroomlevering werd lang geleden opgeheven; alle wandcontactdozen van Twente en de wijde omtrek zijn inmiddels aangesloten op de IJsselcentrale. Maar het pand van deze T.C.S. biedt sinds een jaar of wat onderdak aan het Heim: het Hengelo's Educatief Industriemuseum. Wie Hengelo zegt, zegt industrie; gevolg van een ontwikkeling die
Charles Theodor Stork (1822 - 1895) is temidden van al dat Hengelose industriële geweld ontegenzeggelijk de pionier der pioniers: de produkten die de door hem in 1859 opgerichte fabriek vervaardigde, vormden in de meest letterlijke betekenis van het woord de motor van de industrie in het algemeen, en die in Twente in het bijzonder: stoommachines maakte Stork eerst en vooral, later ook diesel- en turbinemotoren. En de gebruiksmogelijkheden van al die machtige, pk's producerende krachtbronnen waren legio: ze werden om zo maar eens wat te noemen gebruikt in wasserijen, gemalen, houtzagerijen, rietsuiker- en textielfabrieken, en waren bovendien verantwoordelijk voor de voortstuwing van zeeschepen en locomotieven.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994
VU-Magazine | 484 Pagina's