GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1995 - pagina 562

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1995 - pagina 562

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

DUBBELE PUNT "Een Nobelprijs komt altijd achteraf, als het belang van het onderzoek al jarenlang is gebleken. Neem de Nobelprijs voor de natuurkunde die Ernst Ruska in 1986 kreeg voor zijn uitvinding van de elektronenmicroscoop. Die ontdekking dateerde uit 1931. In 1986 was dan ook in ons valegebied geen opleving merkbaar, noch werden nieuwe geldstromen aangeboord. Als de overheid of andere geldschieters over de brug willen komen, dan hebben ze dat tegen de tijd dat de Nobelprijs wordt toegekend allang gedaan. Het is een prijs voor het verleden, niet voor de toekomst." Erico Koets, hoofdmedewerker natuuikunde TU Delft, in HP/De Tijd, 20 oktober. "Het ideale gezicht blijkt de grootste gemene deler te zijn van de honderden afzonderlijke portretten die in een groot empirisch onderzoek zijn beoordeeld. Het is een heel gewoon stereotype gezicht dat van je buurmeisje had kunnen zijn en dat ook in een kijktest met baby's als favoriet uit de bus kwam. Je kunt die gemiddelde vrouw, type Linda de Mol, een hele tijd aanstaren met een passief gelukzalig gevoel in je buik. Totdat je ineens wordt ontroerd door een asymmetrische kop of door Naomi Campbell met haar buitenmenselijke proporties en dan is de wetmatigheid van het menselijk uiterlijk toch weer een paradox." Psycholoog dr Paul Hekkert in NRC Handelsblad, 5 oktober. 'Sociaal bewogen jongens in een normerende samenleving verdienen een emancipatoir zelfbewustzijn. De voorwaarden daarvoor zijn inmiddels aanwezig; breedgezaaide twijfel die gebaseerd is op een pluriform

Gehaktdag wordt taaltestdag Maandag 1 januari a.s. is het taaiadviesdag. Hoe nu?, zult u vragen. De eerste dag van het jaar is toch altijd Nieuwsjaardag? Dat ook, zal ik daarop antwoorden. Maar het hele jaar 1996 door, zal voor mij de indeling der weken een strikte regelmaat gaan vertonen. Maandag taaiadviesdag dus, dinsdag etymologiedag, woensdag taaltestdag, donderdag gezegdendag, vrijdag woordvormdag, zaterdag geoniemendag, en zondag raadseldag. Dat is nog eens wat anders dan het oudHoUandse woensdag gehalctdag! Dit op basis van vrijwilligheid gekozen, wekelijkse terugkerende stramien heeft overigens niets met goede voornemens te maken (daar doe ik niet aan), maar vloeit voort uit de aanschaf van de Taaikalender 1996; een uitgave van 'Onze Taal', het genootschap dat een liefdevolle en zorvuldige omgang met

onze moedertaal wil bevorderen. Met puzzeltjes, invuloefeningen en andere opdrachten die wel wat lijken op de vaste onderdelen van het populaire quizprogramma 'Tien voor Taal', zal het genootschap het komende jaar elke dag opnieuw een taalvraag stellen. Ter lering ende vermaalc, zoals de auteurs, getrouw aan de dubbele opdracht van het genootschap, op het allereerste blaadje melden. Eenvoudig zijn die vragen niet. Een voorbeeld: wie op donderdag 13 juni (het is die dag gezegdendag) meent dat de uitdrukking 'de teerling is geworpen' uit het Frans stamt omdat een vertaald boek van J.P. Sartre zo heet, heeft het mis, zo kan ik u nu al verklappen. De verleiding is groot, om nog zo wat voorbeelden te geven van vraagstukken die de taalkalender u het komende jaar zal voorleggen. Maar eigenlijk is dat net zo flauw als de filmrecensent

die daags na de première in de krant het plot van een spannende film verklapt. Niet dus. (Nou, nog eentje dan: denkt u nu vast na over het antwoord dat u op geoniemendag 17 augustus gaat geven op de vraag hoe een pekinees aan zijn naam komt.) Dat wordt, denk ik, nog de grootste moeilijkheid het komende jaar: om niet, zoals me destijds met de bescheurkalender van Koot & Bie altijd gebeurde, op één avond en nog voor het nieuwe jaar goed en wel begonnen is, het rantsoen voor 365 dagen erdoor te jagen. Daarom veroorloof ik mij per 1 januari bij hoge uitzondering een goed voornemen: niet meer dan één kalenderblaadje per dag en daarmee uit! (DP)

M. Elias, F. Jansen, M. Philippa, R. Reinsma, J. Renkema, E. Sanders en N. van dei Sijs: 'Onze Taal Taalkalender 1996', Sdu Uitgeverij Koninginnegracht, f. 24,90.

EMC'Jan Tmninga Geen kerstkaarten meer? U krijgt dit jaar zeker geen kerstkaarten van de VARA en ook niet van de ministeries van Milieubeheer of van Economische Zaleen. Het uitgespaarde geld (bijna een halve ton per instelling) gaat waarschijnlijk naar een goed doel en het zou ook nog minder papier 'rondpompen' en dus milieuvriendelijk zijn. Prima, dit initiatief van deze instanties, maar volgen wij thuis dit voorbeeld? Deze trend actualiseerde dus mijn jaarlijks dilemma. Is het versturen van steeds poeniger kerstkaarten niet eigenlijk een stom amerikanisme of heeft het toch 'ergens' iets aardigs? Vorig jaar kregen we een paar juweeltjes die de vracht goedbedoelde standaarkaarten deed verbleken. Soms is een kaart dan net een klein en warm gebaar van een verre vriend(in) en dat is in deze sfeergevoelige tijd heel intiem en welkom. Het kan ook een zucht zijn uit iemands ziel. Zoals die kennis die afgelopen jaar op het randje van de dood heeft gelegen en een prachtige foto van een oude abdij trap stuurde met tekst 'Even een af stap je misschien. WETENSCHAP,

CULTUUR

es) SAMENLEVING

28

maar dan - weer vol goede moed'. Dus toch maar weer meedoen dit jaar! En liefst op zoek naar iets creatiefs in plaats van weer die voorgedrukte kaarten. Zelfs dit commercieel medium kan worden gebruikt om even stil te staan bij elkaar; maar doe het dan persoonlijk. Nog even geen fax of internet graag - dan liever toch maar zo'n mooie kleurige 'goede doel'-kaart met wat eigen woorden erop. Aardig zijn ook tegenwoordig de zogeheten rondschrijfbrieven, een korte essayistische momentopname van een leven of een gezin. Van stijlbloempjes tot tante betje, maar vaalc een fascinerend en persoonlijk binnenkijkje bij een verre verwant. Overigens komt mijn mooiste kerstkaart elk jaar niet via de post maar via de radio. Dat is de kerstwens van de koningin: steeds weer een prachtige, persoonlijke overdenking over onze verantwoordelijkheid in deze complexe samenleving. Suggestie dus voor hare majesteits ministers: stuur die kerstboodschap op recycled papier begin januari naar al uw relaties: goed voor het milieu en goed voor de moraal in 1996. Allebei hard nodig!

- DECEMBER

199s

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1995

VU-Magazine | 588 Pagina's

VU Magazine 1995 - pagina 562

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1995

VU-Magazine | 588 Pagina's