GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1997 - pagina 331

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1997 - pagina 331

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Plechtiger plechtigheden zijn nauwelijks voorstelbaar: de jaarlijkse ceremonies waarbij de Nobelprijzen worden uitgereikt. Het protocol is strak, de galakleding zit strak, de gezichten staan strak. Is er hier nog plaats voor humor? De Amerikaanse socioloog Michael Mulkay telde de grappen in de schriftelijke verslagen van twaalf Nobel-ceremonies die in de periode 1978-1981 plaatsvonden: vier maal een speech door een vertegenwoordiger van een wetenschappelijke organisatie die de Nobel-laureaat de hemel in prijst, vier maal een voordracht door het Nobel-comité dat de prijs uitreikt en de winnaar opnieuw lof toezwaait, en vier maal het dankwoord van de ontvanger van de prijs, die deze gelegenheid te baat neemt zijn prestatie te relativeren en toe te schrijven aan medewerkers en de organisatie waartoe hij behoort. Binnen dit strakke verbale keurslijf wist Mulkay welgeteld twaalf humoristische momenten aan te wijzen - gemiddeld één per voordracht. De socioloog vroeg zich onder meer af in hoeverre de grappen zich verhielden tot de starre structuur van de

Nobelprijs

voor de

grappig bedoelde opmerking in het verlengde hiervan liggen. De grap moet niet indruisen tegen de ceremoniële woordenstroom. "Binnen een geformaliseerde sociale context", zo omschrijft Mulkay zijn conclusie, "wordt elke herkenbare afwijking van wederkerende vormen en hun belangrijkste gerichtheid niet beschouwd als humor, maar als een ernstige wandaad of als een breuk met de etiquette." (MT)

humor

ceremonies. Op zich vond hij het verschijnsel dat de laureaat zich uitput in het afzwakken van de hem toegezwaaide lof al een humoristisch fenomeen. Mulkay veronderstelde dat de winnaars zich vooral op dit moment in de ceremonie een kwinkslag zoduen veroorloven. Dat bleek inderdaad. Zo zei een mede-winnaar van de Nobelprijs voor geneeskunde, die een belangrijke bijdrage had geleverd aan de ontwikkeling van een nieuwe röntgentechniek, tijdens het traditionele galadiner het volgende: "Dit eerbetoon heeft een ironisch aspect, omdat ik geen arts ben, evenmin als Hounsfield [de andere winnaar]. Het is zelfs niet overdreven te stellen dat alles wat Hounsfield en ik weten van geneeskunde en fysiologie op een receptenbriefje van de huisarts past." Een grapje! Michael Mulkay sloeg aan het analyseren. Al snel ontdekte hij dat de opmerking over het receptenbriefje een variant was op een alom bekende grap: dat iemands kennis over een bepaald onderwerp op de achterkant van een postzegel past. Mulkay bedacht zich bovendien dat de prijswinnaar weinig andere vormen van humor had kunnen toepassen dan deze. De ernstige variant van het opgemerkte zou in elk geval onacceptabel zijn. Stel je voor dat de Nobel-laureaat met een uitgestreken gezicht alle redenen had opgesomd waarom hij de prijs niet zou moeten krijgen. Hij zou niet alleen zichzelf, maar ook het Nobel-comité en uiteindelijk wijlen Alfred Nobel in verlegenheid brengen. Ook een jolige opmerking over een onhandige ober zou in het hooggeleerde gezelschap verkeerd vallen. Wie een grap maakt tijdens een officiële ceremonie, kan deze dus het beste maken in de geest van het evenement. Dat wil zeggen: als tijdens een Nobelprijs-uitreiking al het gesprokene is gericht op het huldigen van de winnaars, dan moet een

wcs

SEPTEMBER/OKTOBER

1997

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1997

VU-Magazine | 434 Pagina's

VU Magazine 1997 - pagina 331

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1997

VU-Magazine | 434 Pagina's