GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De kerkelijke goederen - pagina 5

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De kerkelijke goederen - pagina 5

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

DE KERKELIJKE GOEDEBEN.

ameublement met inbegrip van het zilverwerk voor de bediening van Doop en Avondmaal ten platte lande de pastorywoningen met hun tuinen en in tal van dorpen met hun schat van pastoryland;

keiijk

;

de steden als in de vlekken (en hun combiuatiën), alle pand en eigendom, roerend en

en

eindelijk

zoo

in

onroerend goed, collecten, tienden of floreenen, inschrijvingen, interessen en schuldvorderingen, die op welke wijze ook geplaatst, ten bate der kerkekassen strekken.

Men

behoeft slechts even het gezamenlijk kapitaal, van

wat een gewone dorpsgemeente aan gebouwen, landerijen en fondsen bezit in den ruwe te schatten, en deze som met circa 1300 (het aantal onzer dorpsgemeenten) te vermenigvuldigen om te beseffen wat indrukwekkend getal van millioenen reeds onder dat woord van kerke,

,

goederen

lijke verre

ook al laat men de veel nog buiten rekening. Tot dus-

schuilt,

rijkere stadsgemeenten

nu ging het beheer over

die ontzachlijke bezittin-

van de kerk uit, maar van den Staat. Die inmenging hoe vreemd ook bij den eersten oog-

gen

niet

,

opslag

,

vindt toch in de geschiedenis dier bezittingen

genoegzame verklaring. Natuurlijk is het alleen de overheid, die het onvervreemdbaar bezit van stoffelijke goederen kan waarborgen. Toen dus in de dagen der Hervorming do Roomsche kerkgemeenschap in ons en de gemeente zich op uiteensprong vaderland nieuwe grondslagen zocht te constitueeren kon ze al.

,

,

leen

met gedoogen en op gezag der overheid

zich als

eigenaresse gedragen van de onmetelijke bezittingen, die

aan de ontbonden kerkgemeenschap hadden toebehoord, liet grooter deel dier goederen is haar dan ook door den Staat betwist. Al wat klooster-eigendom was geweest, werd door den Staat aan zich getrokken en ,

aan

de

op nieuw zich constitueerende gemeenten in

dezen lande, mét de kerkgebouwen alleen die goederen overgelaten, die aan die kerkgebouwen verbonden

waren strekt.

of

tot

Ja,

onderhoud der geestelijken hadden gegoederen werden haar nog niet

zelfs die

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1869

Abraham Kuyper Collection | 24 Pagina's

De kerkelijke goederen - pagina 5

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1869

Abraham Kuyper Collection | 24 Pagina's