GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Revisie der revisie-legende - pagina 62

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Revisie der revisie-legende - pagina 62

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

REFERAAT OVER DB

60

BELIJDENIS,.

der confessie bedoeld wordt, adhaesie aan haar substantie of aan haar geheelen inhoud. Mijn antwoord luidt bevestigend in den laatsten zin, en rust allereerst op een argument a minori, ontleend aan de geschiedenis der Liturgie. Daarin meenen zelfs zij vrij te zijn, die hun gebondenheid aan de confessie nog beBlijkt dus, dat onze vaderen zelfs de letter der Liturgie hebben gehandlijden. haafd, dan geldt dit van de Belijdenis nog veel te sterker. Hieromtrent nu blijkt dat vastheid van Liturgie van meet af door onze ,

vaderen is bedoeld. Hun eerste artikel van Wezel zegt: dat men een eenparigen voet van leer, ceremoniën en disciplme herame en onderJiorden sal ^). Op de Synode van Uordt in 1574 werd hieraan voldaan en tot in het kleinste toe de vorm van eeredienst geregeld, zelfs een vast votum voorgeschreven en zegenbede aan het slot uit Num. 6 bepaald ~) gelast dat eenerlei form van kerkgebeden zou gevolgd ^), en zelfs op vast- en biddagen eenerlei form van bidden zou gehouden worden, op de wijze als volgt *). Op de Synode van Gouda (1620) werd de vraag Of het niet goet ware datter een eenparich formulier gebruikt ;

:

wierde

Doop

in

Avondmaal,

en

dus beantwoord

geacht tot opbouwing van het huis des Heeren

1621

in

door

F.

Hommius

^)

;

Wort gansch noodig

:

en nuttig

en op de Synode te Rotterdam

accuraat

een

gerevideerde copie ter tafel Kerckedienaren zich hiernaar hebben te reguleeren ^). Hoe scherp men op de letter toezag blijkt voorts uit de rainntieuse correctie, waaraan deze Liturgie, op last der Dordtsche Synode onderworpen werd 7), alsook uit de lijst van drukfouten, die in de Classicale en oud-Synodale archieven, onder anderen bier te Utrecht bewaard wordt ^). Wel gebracht,

is

waarop

openbaarde

besloten

werd:

dat

alle

reeds vroeg zucht tot afwijking, maar de Synoden gingen dit en bepaalden daarom in 1574 te Dordt, dat men het formulier lezen zou, „sooals ze staat" ^), en vooral de dankzegging na den Doop niet zou weglaten ^O); en iets later, dat men bij de kerkvisitatie onderzoeken zou, of wel het Doopsformulier gebruikt werd ^^). Geen kerkorde of ze schrijft het gebruik uitdrukkelijk voor; en vraagt men in welken zin dit gemeend was, men zie dan hoe kerkelijke procedures gevoerd zijn over de geringste afwijkingen. In de eerste vraag van het Doopformulier over het weglaten van „zijn" achter „geheyligt" ^^); in de tweede vraag over het „alhier geleert wordt," waar men het woordeke „diensvolgens" voorvoegde ^^) in de derde vraag over de uitlating van „uw" in dit uw kind" i*) in het gebed voor den Doop óver de verandering van: „hun kruis hen dagelijks navolgend," in „hem dagelijks navolgend" i'). Zoo ook, om niet meer te noemen, over de weglating van „Gel. i. d. H. C/?." iu het Doops- en de vervanging van „genade" door „voorzienigheid" in het huwezich

steeds te keer,

;

:

lijksformulier

de Staten werd dat ,

maar

De

i^).

er

zich

men de

te Utrecht zelfs zóó hoog, dat en ter Synode en Classis niet alleen besloten

hierover liepen

geschillen in

mengden,

formulieren

„stipt sonder eenighe verandering lezen zoude"

^'^),

eerstgenoemde vergadering bepaald werd, dat de nieuwe te bevestigen predikanten vooraf beloven moesten, „ze stipt te zullen lezen" '^^), eu dat de divergeerenden tot conformiteit zouden worden genoopt 19). Wie op onveranderde lezing der formulieren dringt, doet dus althans te Utrecht niets nieuws, en behoeft allerminst zijn historisch geweten te verkrachten. Dat nu ook met opzicht tot de Belijdenis dezelfde zienswijze gold, blijkt zonneklaar uit de revisie, waaraan ze herhaaldelijk is onderworpen. Deze toch ging over den letterlijken, niet over den substantiëelen inhoud. De exteri Theologi

1)

zelfs

in

Hooyer. 34.

')

Hooyer 102.

»)

Hoover

Eus. 178.

")

Hüoyer 280. Syn. ï'5) Eus. 210. Syn. Handb. 93, 4.

'6)

8)

Closs. ^')

4,

lO.S.

«)

94.

i')

Ib.

93.

5)^1,8.176

Hooyer 104.

Syuod. '63. ») Hooyer 106. handb. 93. ^^) Hooyer 211, 344.

7)

i»)

Ib.

93.

Cf.

47, 48.

i»)

Eus. 155, 218. i»)

Ib.

6.

«)

Eus. 177.

Hooyer 106. ") Ëus. 211.

Ib. 62.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1879

Abraham Kuyper Collection | 176 Pagina's

Revisie der revisie-legende - pagina 62

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1879

Abraham Kuyper Collection | 176 Pagina's