De Drie Formulieren van Eenigheid - pagina 106
;
LEERREGELS.
88
Kerke
dewelke
Gods,
bekeerd zijn (Jer. 31
Die
VII.
niet anders
leereii:
den Profeet aldus bidt: Bekeer
bij
//dat
de genade, waardoor wij
dan eene zachte aanrading, of
is
mij, zoo
zal ik
18).
:
dat dit de alleredelste manier van werking
is
tot
in
God bekeerd worden
anderen
(gelijk
dit verklaren)
de bekeering des menschen,
en die best overeenkomt met de natuur des menschen, welke door aanrading
maken, dan
en
geschiedt,
God
dat
ja,
door
dat
er niets
genoegzaam
niet zou
alleen
deze
waarom deze aanradende genade
is.
om den
natuurlijken mensch geestelijk te
niet anders de toestemming van
van
wijze
werking, waardoor
zijn
de werkinge des Satans
zij
God eeuwige, maar de Satan
staat,
dat
Want
dit is
gansch Pelagiaansch en
den wil voortbrengt
en dat de kracht der Goddelijke
aanrading,
boven gaat, hierin be-
te
goederen belooft."
tijdelijke
—
tegen de geheele H. Schrifture,
strijdig
dewelke behalve deze, nog eene andere en veel krachtiger en Goddelijker manier van werking des Heiligeu Geestes erkent, gelijk
Ezechiël
bij
nieuwen geest geven in
wegnemen en
vleesch
:
Ik
zal
u
binnenste van u:
het
in
een
de bekeeringe des menschen nieuw hart geven en zal eenen
en Ik zal het steenen hart
u een vleeschen hart geven (Hoofdst. 36
zal
God zulke krachten
VIII. Die leeren: //dat
zijner
:
uit
uiv
26).
almogeudheid in de weder-
geboorte des menschen niet gebruikt, waardoor Hij deszelfs wil krachtiglijk
en onfeilbaar zou buigen
tot
volbracht zijnde, dewelke
bekeering
;
maar dat
al
de werkingen der genade
God gebruikt om den mensch
te
bekeeren,de mensch
nochtans Gode en den H. Geest, wanneer Hij de wedergeboorte deszelven voor-
hem wederbaren
heeft en
dikwijls wederstaat, dat
dat
overzulks
het
— Want
of niet."
zijns zelfs
in zijne eigene
dit is
kan wederstaan, en
wil, alzoo
hij
metterdaad ook
wedergeboorte ganschelijk
macht
anders niet, dan
al
blijft,
wedergeboren
belet,
te
en
worden
de kracht van de genade Gods
onze bekeering wegnemen, en de werking des almachtigen Gods den
in
wil
menschen
des
onderwerpen,
en dat tegen de Apostelen, die leeren,
dat wij gelooven naar de iverking der sterkte zijner macht (Efez.
God
dat
met
het
kracht
(2
Thess. 1
het leven en
tot
die
zijn,
:
beide te
//dat
orde
dat
dat
God
niet eer
dan
wanneer
loekeering,
daartoe bepaalt."
:
3).
zamen werken het begin van de bekeering, en dat de
van
in
:
Petr, 1
de genade en de vrije wil gedeeltelijke oorzaken
genade is
19); en,
:
en, dat zijne Goddelijke kracht ons alles ivat
11);
de godzaligheid behoort geschonken heeft (2
Die leeren:
IX.
1
welbehagen zijner goedheid en het werk des geloofs in ons vervidt
werking
niet gaat vóór de
werking van den wil
den wil des menschen krachtiglijk helpt de
— Want de
wil
des
menschen zich
oude Kerk heeft deze leer
zei ven al
tot
de
beweegt en
overlang in de
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1883
Abraham Kuyper Collection | 136 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1883
Abraham Kuyper Collection | 136 Pagina's