Uit de diepte - pagina 278

272

Des Heeren Woord keert niet ledig weder; het zal doen wat Hem behaagt; het zal voorspoedig zijn in datgene, waartoe Hij het zendt. Alzoo zal het ook met dit woord des Heeren wezen. Het is toch geen woord van een zondig schepsel; neen, het is het woord van Hem, die niet liegen kan het woord van den Waarachtige. Dit woord nu is een liefelijJc en bemoedigend woord. Liefelijk 'voor alle ziel, die aan zichzelve leerde wanhopen. Bemoedigend voor wie in den strijd des levens door Gods genade werd ingewikkeld. Het is hier de noodiging, welke Christus doet. o, Hoe moest de zondaar van vreugde opspringen, dat hem nog het Woord des Heeren gebracht wordt. Hoe moest het ~ Adamskind zich verblijden, dat er nog een naam verkondigd wordt, waarin de zaligheid ligt. Doch wij zijn die prediking derwijs gewoon, dat wij er niet op letten, dat de Heere ons nog met zoovele gunsten tegenkomt. Wij beschouwen het, alsof het zoo hoort, dat wij in een land zijn geboren, waar ons het Woord des levens wordt gepredikt. En toch is dit alleen te danken aan het wondere bestel van 's Heeren goedheid over ons. Of zoudt gij meenen, dat wij bij geval wonen in een Christenland? Is dat niet een klaar bewijs, dat de Heere nog geen lust heeft in onzen dood? Mocht het ons maar gegeven worden den Heere te zoeken, terwijl Hij nog te vinden is De Heere Christus, die zijne gemeente kocht met zijn dierbaar bloed de S,pringader des levenden waters de goede Herder, zendt heden nog zijn maehtwoord uit. Hij is rijk, onmetelyk rijk. Zijne schatten optellen vermoogt gij niet. Hij alleen geeft aan de dorstige zielen die lafenis, waardoor zij eeuwig worden verkwikt. Naar onzen tekst handelen wij van dorst en lafenis, en beantwoorden wij de vraag: ;

_

!

,

,

1.

Wie

2.

Wat

dorsten. zij begeeren.

3.

Hoe

zij

4.

Wat hun

genoodigd worden. beloofd wordt.

f^Verleene ons de Heere den Geest der wijsheid, derzoeken of wij tot deze dorstigen behooren

om

te on-

!

I.

Het woord des Heeren

Nu

is

hier

dan

tot de dorstigen gericht.

behooren ongetwijfeld alle menschen tot de dorstenden. Alle menschen, dus ook gy. Alleen is het zeer verschillend, waarnaar ge dorst.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen