Uit de diepte - pagina 593
587 beoogt. Wijst hij zijne vazallen op de geringheid en vergeefelykheid hunner zonden, die hij als gebreken en zwakheden voorstelt, welke God in zijne liefde wel vergeven zal, om hen langs dien weg, zachtkens voortwiegelend, ten eeuwigen verderve te leiden; zoodra de Heilige Geest den zondaar wakker schudt en hem aan zijn zondigen, verdoemelijken en verloren staat ontdekt, dan zoekt Satan de ziel tot wanhoop te voeren en dan tracht hg in den dood voor eeuwig te doen wegzinken den mensch aan zichzelf de straf te doen voltrekken, die hij zich waardig gevoelt eeuwig van Godswege te ontvangen. Geliefden! zoo gij waarlijk met zulke schrikkelyke aanvechtingen des Satans in uwe ziel te kampen hebt, vlucht tot den Heere Jezus alleen, die in al uwe benauwdheid is benauwd geweest, om u te sterken en ter eeuwige verlossing te leiden. En welke aanvallen gij ook in uw geest te verduren hebt; welke ongeloovige en zwaarmoedige gedachten ook uw geest bestormen beproeft slechts, of ze u waarlijk tot smart zijn en tot krachtiger strijd en tot vuriger gebed bewegen. Gordt u in dien strijd met de wapenen uit het tuighuis van Gods onfeilbaar Woord en gaat den Satan in 's Heeren naam, in den geloove, met vast vertrouwen op dat Woord, tegemoet, ziende ;
,
Hem, die voor u overwonnen heeft. Voor geen ander wapen is Satan zoo bevreesd als voor het Woord Gods, dat hem ontwapend doet vlieden. En is hij zoo driest en zoo
alleen op
om zelfs op datzelfde Woord zich te beroepen, beproeft dan of dat Woord, in hot verband beschouwd, waarin het geschreven staat, uit Gods mond, of uit Satans mond wordt gehoord. Elk woord, dat de ziel tot twijfel, ongeloof, wanhoop brengt, dat haar van God afvoert en in zichzelve doet wegzinken, niet door God, maar door Satan gesproken, al klinkt het is ook uit Gods Woord ons tegen. Weerstaat den duivel steeds biddende met het wapen van den Heere Jezus: »Daar staat geschreven; daar staat wederom geschreven!" dan zal Satan ook van u aflaten. En zij het ook slechts voor een tijd, om listig,
gedurig, vooral in de ure des doods, zijne aanvallen te herhalen: als de laatste vijand, de dood, overwonnen zal zijn, dan zal Satan ook van al zijne macht beroofd zijn en eeuwig zijne prooi aan den Heere Jezus moeten overlaten, die hem in den dood
verwonnen
Wee eeuwig
u,
heeft.
die
zult gij
den door
strijd
hem
tegen Satan niet kent, noch voert; overheerscht worden, zonder uitzicht
op verlossing uit zijne banden te verkrijgen. Maar zalig, gij volk des Heeren, dat Satan tot vijand kennen en bestrgden moogt. Nog een weinig tijds en Hij, die hem overwonnen en
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 820 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 820 Pagina's