GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het Calvinisme en de Kunst - pagina 18

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het Calvinisme en de Kunst - pagina 18

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

18

weelde, als tegenwicht tegen Ficlites dolgeloopen subjectivisme, dankbaar door ons aanvaard; maar liet baat ons niet, zoolang de

band tussclien het object en subject een open vraag

blijft.

En

hoe-

zeer in Schopenliauers thelematisch uitgangspunt, evenals in zijn pessimistiselie beschouwing van de gevallen wereld, aanknoopingspunten voor de ontologie en natuurbeschouwing der Schrift liggen, toch is zijn aesthetiek te los van zijn eigen pessimisme om ons verder te brengen, en zijn terugzinken van het „ Leven" in de Nirvana van het Zijn te Buddhistisch getint, om er het vergezicht van een „Rijk der Heerlijkheid," als de Schrift ons biedt, argeloos voor uit te ruilen "^). Solgers theosophie en Eckards nabootsing van Origenes vervallen in de voorstelling van een Geist-1 eiblich, waardoor de grens tusschen stof en geest uitgewischt en" pantheïstisch, wat ook Eckard anders bedoele. God met de wereld

wordt vermengd ^^). Het verschil tusschen

deze voorstellingen en de Schrift deze scholen het schoon humaniseert, insteê van het, niet enkel in oorsprong en energie, maar ook in doel en verschijning, te diviniseeren en dat wijl hun in de

dat de aesthetiek in

is,

al

al

;

schepping van den mensch naar Gods beeld het verbindingslid ontgaat, waardoor de mensch in dit gediviniseerde schoon èn zelf, onder God, de hoogste plaats erlangt, èn zoo tot het voortbrengen als tot het genieten van het rijkste Schoon bekwaamd

wordt

^*').

Voorts ontsluit de Schrift door zijn voorstelling van het rijk der Heerlijkheid een aesthetisch vergezicht, waardoor op den samenhang èn van natuur en kunst, èn van geestelijk en zinlijk schoon, èn van het schoone en het goede, een verrassend licht valt

c7).

Door geest en

stof

beiden

als creatuur te poneeren, doet de een orgaan van de Qsiór^^; waardeeren, elk voor zich geroepen tot de vertooning van een eigen schoon; terwijl de inwoning van het schoon niet enkel in de materie, maar evenzeer in den geest de mogelijkheid schept,

Schrift

om

ons

in

beiden

het Schoon ook in

God,

die een

Geest

is,

rechtstreeks

zonder dat uf het zinlijk schoon onderschat, of het Goddelijk wezen genaturaliseerd wordt ^^). Door het wezen van het Schoon in de doorblinkende 0t-<ÓTn? te stellen, wordt de oude strijd tusschen religie en kunst overgebracht naar de tegenstelling tusschen geestelijk en zinte

eeren,

lijk schoon, terwijl dit

alomtegenwoordig inschijnen van (iods

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888

Abraham Kuyper Collection | 88 Pagina's

Het Calvinisme en de Kunst - pagina 18

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888

Abraham Kuyper Collection | 88 Pagina's