Het Calvinisme en de Kunst - pagina 9
Calvinisme dan ook zoo min in Schotland of Zwitserland onze eigen historie ten dienste en zelfs een onderzoek a posteriori, aan de geschiedenis der kunst ontleend, brengt ons hier niet verder. Al verwijs ik toch naar de rijke kunstontwikkeling, die in Nederland op den heldenmoed van het Calvinisme gevolgd is, reeds de „Prins der Dichteren" toont, hoe weinig recht u dit geeft, om tot een
den
bloeitijd
van
liet
als in
verband
oorzakelijk
;
zangers en schilders, alle graveerders en bouwmeesters, ten onzent Calvinisten waren geweest; niet slechts geboekt bij een Gereformeerde Kerk, maar Calvinisten in merg en bloed; indien bij Calvinisten nooit tweespalt tusschen belijdenis en levensuiting te beklagen viel en indien kon aangetoond dat hun kunsttalent en kunstte besluiten.
Indien, ja,
alle
;
richting
hun
uit persoonlijk genie en geestesaanleg,
niet
Calvinistische sympathiën te verklaren was,
— dan
maar ja,
uit
zou er
van een propte r hoc hier sprake kunnen zijn. de krimpen onzer kunstenaars vaak fel en bitter
Maar nu
Hoogland
zulk een
tejren het Calvinisme overstonden; in het Calvinistisch deel van Zwitserland van geen kunstkring te melden valt; ^'^) en Burns, Schotlands eenige dichter van hooger vlucht, het Calvinistische
eer
gehekeld
gevolgtrekking niet door.
Men mag óók
dan
gemind
heeft,
gaat
^^)
omgekeerd uit ontstentenis van kunst, van haar zedekwetsend misbruik, tegen het Calvinisme besluiten. Immers het niet-Calvinistisch deel van Zwitserland bleef even kunst-arm, en in het roomsclie Schotland vóór Knox, is zoo min als in het moderne Schotland onzer dagen een nationale kunstschool opgetreden. „The Scotch Van Dijck," gelijk men George Jameson vleiend betitelde, veroverde zoomin als Gordons vriend, de landschapschilder George Chalmers, die nu onlangs stierf, voor Schotland de eere van het penseel. ^^) En veel minder mag uit het niet-scliei)pen van een specifiek Calvinistischen kunststijl, in den trant van wat de Islam en de Koomsche Kerk heerlijks tooverden, ten nadeele van het Calvinisme geconcludeerd. Op zulk een schepping toch kan evenmin de Luthersche en de Episcopale Kerk, kan zelfs het Protestantisme als eenheid, niet bogen, en het kon innners zijn, gelijk we straks onderzoeken zullen, dat juist in de onthouding van zulk een stijlvinding eer verdienste dan verzuim school. Maar protesteeren we op dien grond tegen elk overhaast niet
of uit het tekeergaan
besluit,
dat
de
schoonheidsleer
ten laste
van
het Calvi-
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888
Abraham Kuyper Collection | 88 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888
Abraham Kuyper Collection | 88 Pagina's