Locus de Consummatione Saeculi - pagina 309
College-dictaat van een der studenten
307 College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek).
voorsmaak
de pijnen
in
des
lichaams,
bij
versclirikkelijke
ziekten,
bij
een
worden door nijpenden honger en brandenden dorst, enz. De éénheid tussclien dat psychiscli en somatisch lijden moet gezocht worden in het zenuwleven, dat de vermenging geeft tusschen dit tweeërlei lijden. Denk innerlijk verteerd
aan de krankzinnigheid, aan den Vitusdans, terwijl ook zenuw-hyperaesthesie soma en zenuwen werken kan. 5. Deze rampzaligheid duurt eeuivig ; daarover handelen we later. Eerst zij nog opgemerkt, dat ook het lot der rampzaligen verschillend zal zijn. Eenheid van staat zal er zijn: allen zullen verkeeren èv davzéQm ^avccTm. Doch er zal ook verscheidenheid van stand bestaan, verschillend in de mate van straf, naar hetgeen de verlorenen op aarde iv ra Gcófiati gedaan hebben. Altoos is er in de christelijke kerk eene richting geweest, die beweerde, dat eenigszins aantoont, hoe machtig de psyche op
verlorenen
de
We
worden.
niet
van
eeuwige straf zullen dragen,
menschen
alle
maar
vernietigd zullen
de leer der annihilatio, der zoogenaamde conditioneele
Daaronder wordt
onsterfelijkheid.
deel
eene
bedoelen
zal zijn,
de eeuwige duur niet het van hen, die in eene bepaalde
dit verstaan, dat
maar
alleen
conditie verkeeren. Deze conditie is dan het geloof in Jezus Christus. (Dr. Jonker van Rotterdam verdedigde deze theorie het eerst hier te lande in de Theolo-
gische Studiën.)
Van twee
zijden wordt deze stelling voorgedragen: van den kant der Vermittliings-Theologen, op pantheïstisch-philosophische gronden dus: b. van de zijde der Engelsche Methodisten. Deze theorie wordt derhalve gedreven van Ethischen en Methodistischen kant. De beslissing ook op dit punt vragen wij Gereformeerden aan de Heilige Schrift. Men wilde echter dit stelsel ook met Grods Woord verdedigen, en wel aldus: Ten eerste: het begrip „eeuwig" wordt wel aan straf verbonden, maar men moet het dan anders verstaan; namelijk in dezen zin, dat het niet beteekent „eindeloos". In het Oude Testament nu worden drie woorden voor „eeuwigheid" gebruikt: a.
Dbl'ir,
1.
men
Dip,
drijf
n]7;
van
&>J!
en een enkele maal het woord „bedekken", dus „wat bedekt
riïJ.
is;
het verborgene; dat,
wat
wordt dan ook „ölam" gebruikt van al, wat, hetzij in de toekomst, hetzij in het verleden, in het donker ligt, voor zoover wij er geen chronologischen datum van kunnen bepalen. Dit maakt, dat „ölam" voor kan komen voor tweeërlei tijdsbepaling, namelijk: a. ter bepaling van een tijd, van welken wij niet zien, dat hij er is; b. ter aanduiding van een tijd, die er niet is. niet
meer na kan speuren." In dezen
zin
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's