Locus de Consummatione Saeculi - pagina 60
College-dictaat van een der studenten
58
College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek).
van den wind, waarin wordt aangeduid, dat het leven in de natuur wordt door de almaclit Gods en zoo ools: is liet met het leven der menschen. In geen dezer beide gevallen evenwel kan deze plaats een locus probans kiiii-ht
belieersclit
voor de beslissing, die de dood brengt aangaande onzen eeuwigen staat. zich deze gedachte vast aan de woorden^ die we hier hebben; want, wanneer het reeds waar is, dat de storm van de wederwaardigheden zijn
Wel knoopt
van den menschelijken wil plotseling ons overvalt; van het ongeluk, onafhankelijk van 's menschen berekening ons geluk kan doen ineenstorten, dan geldt dit in nog veel sterker mate hiervan, dat de slag van onzen dood buiten alle berekening om, geheel onverwacht over ons beslist en ons machteloos neerwerpt. Blijkens den samenhang, het verband echter, wijzen deze woorden niet op des
levens, onafhankelijk
dat
de
slag
den dood.
Dat er een terminus peremptor'ms van dit leven is, wordt in de Heilige meest aangeduid door het beeld van een gebouw, waarin een deur is, welke toegaat. Matth. 25 .-10-13. Deze voorstelling is onverklaarbaar, zoo er niet een aqa is, die eenmaal over ieders eeuwig lot zal beslissen. Luk. 13 25. Hier hebben wij in een ander beeld weer geheel dezelfde voorstelling: een deur, die op eene bepaalde ure zal dicht gaan; waardoor men had kunnen ingaan: waarop men nog zal kloppen; maar waarvan dan geene opening meer is. Openb. 3 Christus aangeduid als ó i%cav zr;v kXblv tov dcmsCS-, weer dus 7. de voorstelling, dat het koninkrijk is een Vaderhuis, dat niet voor ieder openstaat, een huis dus, niet een open kamp, maar eene begrensde ruimte, gescheiden van het overige door de ö'v^a, die wel opengaat, doch, als ze eenmaal gesloten is, niet wederom open komt. Allen, die de Heilige Schrift eeren, belijden dan ook eenparig: 1". dat er een beslissend einde komt; en ook 2. dat deze beslissing niet altijd met den dood samenvalt, maar ook reeds kan komen vóór den dood n.l. voor wie zondigt tegen den Heiligen Geest Matth. 12 4 s.s.; terwijl vaststaat, dat de grens van die 31, Hebr. 6 scheidslijn, waar niet de zonde tegen den Heiligen Geest is ingetreden, minstens kan loopen tot aan den dood; cf. den moordenaar aan het kruis, die in ictu mortis van Christus de zaligspreking ontvangt op zijne toekeering tot den Christus. 3". dat de terminus, waarop zaligheid en rampzaligheid voor ecuwig zal ingaan, het oogenblik na afloop van het laatste oordeel is. Schrift
:
:
:
.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's