GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor een distel een mirt - pagina 86

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor een distel een mirt - pagina 86

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

OVERGANG TOT DEN

66 hoogste ook te geven.

Neen,

voor

uw God

de

is

jaar tot u gekomen,

eerste

niet pas

H. DOOP.

liefde

op

uw

den

lof

en de eere

zevende of achtste

maar had reeds jaren van teedere

liefde

aan u besteed, toen

naam

leerdet stamelen.

gij

voor het eerst zijn heiligen

Gods liefde is uw kennisse van zijn liefde jaren lang voor geweest. U voor geweest juist in die jaren, toen er in u nog geen gebed en nog geen vroomheid was, en toen gij nog nooit iets voor uw God hadt kunnen doen. Ja, u voor geweest juist in dien teedren tijd van uw leven, toen ge geheel hulpeloos, geheel machteloos, zonder een zorgende liefde, die u voorkwam en u omringde, kort na uw geboren worden, reeds een kind des doods zoudt zijn geweest. En zeg nu niet, dat ge daarvoor uw moeder hebt gedankt, of uw vader wederliefde hebt vergolden want daarmee zijt ge er niet van af. ;

Of wie was

het,

die

u inboezemde, en

uw moeder die teedere uw vader voor u waken

liefde

deed? Hun aard, hun natuur, hun hart, zegt ge; en ge zegt wel, maar nu, antwoord verder: Wie schiep hun dien aard in, wie begiftigde hen met die natuur, wie was het, die in hun hart die liefde voor hun kind wekte? Was het niet God de Heere? En onthoudt ge dan Hem zijn lof niet, zoo ge bij vader en bij moeder staan blijft, zonder achter beiden ook naar de liefde van uw Vader in de hemelen door te dringen? En zegt ge, dat er in mv jonge leven dan toch niets was, waarin rechtstreeks de liefde van uw God uitkwam, spreekt ge u ook dan niet voorbij ? Of zijt ook gij dan niet gedoopt geworden? En toen ge gedoopt wierdt, was het toen de Heere der heerlijkheid niet, die rechtstreeks toonde met u, als klein en hulpeloos wicht, een bemoeienisse van genade te willen hebben? voor

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891

Abraham Kuyper Collection | 300 Pagina's

Voor een distel een mirt - pagina 86

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891

Abraham Kuyper Collection | 300 Pagina's