Locus de Consummatione Saeculi - pagina 273
College-dictaat van een der studenten
271 College-dictaat van een der studenten (Dog-matiek). 1
Cor. 15
waar het beeld
is
de KÓKKog en als
men nu
vraagt, of er identi-
tusschen xoxxo? en halm, kiem en plant, dan kan het antwoord niet anders dan bevestigend zijn. Dat immers spreekt vanzelf. Toch beriepen zich ook de tegenstanders der identiteitsleer op dit hoofdstuk teit
bestaat
en verwezen naar vs. 38: „Maar God geeft hetzelve een lichaam, gelijk Hij en aan een iegelijk zaad zijn eigen lichaam."
wil,
Doch
dit
brengt hen niets verder, want er
opstandingslichamen,
Zoo
maar
dit
wordt
juist
is volstrekt geen sprake van de gezegd van den KOKKog („zvjn eigen
dat in deze eenige plaats den Heilige behandeld wordt en waarop men zich dus Schrift, met recht zou kunnen beroepen, de identiteit van het lichaam wordt vastgehouden. VS. 35 — 56. We vinden hier van het dogma der opstanding eene preciese, uitvoerige ontwikkeling, als nergens elders in de Schrift noch van dit noch van eenig ander dogma te vinden is. Daarom is des te meer te betreuren, dat lichaam.")
waar
het
blijkt
deze
geloof aan
dit
derhalve,
kwestie
dogma
in
de
gemeente zoo bijna
tot niets is geredu-
ceerd.
We
moeten hierbij uitgaan van de bekende gegevens, die allen twijfel op punt buitensluiten. Deze zijn: V. dat alle proces hier is afgesneden vs. 52; 2". dat het opgewekte lichaam gelijkvormig zal zijn met dat van Christus
dit
VS. 49.
Het eerste, vs. 52, is een zeer gewichtig moment, omdat uit het beeld van den no'xxos de langzame ontwikkeling zou kunnen worden afgeleid, omdat het dus juist zou kunnen leiden tot de gedachte aan een proces. En nu staat er èv aro'fiM d. i. in een ondeelbaar punt (des tijds), èv Qtnf] ècpd-aXfiov in een blik der oogen zal de opstanding plaats hebben, zullen de dooden onverderfelijk opgewekt worden, en daarmede is beslist de gedachte aan een proces afge:
sneden.
Het tweede moment: de gelijkvormigheid van ons lichaam na de opstanding dat, waarmede Christus uit de dooden is opgestaan, wordt mede beves-
met
21 en Tlom. 8 29. den aard der zaak, dat deze gegevens bekend zijn, daar velerlei ons bericht is omtrent den toestand, waarin Christus na zijne opstanding verkeerde en gezien is. Er worden daarvan verschillende berichten gegeven, waartusschen een groot onderscheid bestaat. Vergelijk b. v. het gezicht van Paulus op den weg naar Damaskus en van Johannes op Patmos met de beschrijvingen, die de Evangeliën geven van de verschijningen van Jezus onmiddellijk na de opstanding. In het laatste geval toch vertoeft Hij in een lichaam. tigd door Phil. 3
Het
ligt in
:
:
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's