GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 585

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 585

Derde deel

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

XXXVI. HOOFDSTUK

ZOND.

antwoord, dat de

van

overtreding

587

II.

gebod uitsluitend

dit

ligt in

het on-

Godvruchtig gebruik van den Bondsnaam Jehovah. Wie zich aan dien

maar

kan

speent,

uitwendig wettelyken zin nooit met

in

want

raking komen;

het

naam

gebod in aan-

den naam: God, en nog minder

niet tegen

is

dit

tegen het gemeene vloeken, dat het derde Gebod, in zijn concreten

maar

ingaat,

Heeren Heeren

De

meldt,

Schrift

ook in het half

gemeenmaking

tegen

oog springende

het

in

en die ge in Lev.

vindt

opgeteekend, bestond dan

NAAM," waaraan een maar

maar

zijn

vader was een Egyptenaar. En

heidensche vijandschap tegen den God Israëls gedreven

NAAM

„den

persoon

om

deden afdrukken,

Een vermelding

uitdrukkelijk lasterde."

met opzet het woord

waarbij onze Statenoverzetters letters

XXIV

„uitdrukkelijk lasteren van den

het, door

deze

tegen dit gebod, waarvan de

Jood zich had schuldig gemaakt. Hij was toch de zoon van

echte

nu was

den heiligen

vorm Verbondsnaam des

bewaren.

te

overtreding

Selomith, een Joodsche vrouw;

dat

om

zeer bepaaldelijk strekt het

wel

NAAM

met kapitale

doen uitkomen, dat hier de

te

heilige

Verbondsnaam van Jehovah bedoeld was. Over deze ontzettende gebeurtenis nu heeft de Heere zelf vonnis geveld. We lezen toch vlak daarop Lev.

in

XXIV: 13—16,

Breng den vloeker

uit

hebben, zullen hunne de

zijne

hij

hebben,

zekerlijk

zal

zekerlijk

zonde dragen;

steenigen;

ling, als hij

den

De nadruk,

En

hij

en allen die het gehoord

tot

zijnen

en die den

daarna

God gevloekt

naam

zal

de

vreemdeling

zijn

zal gelasterd hebben, hij zal

die hier blijkbaar op het

mag dus

de

al

handhaven we ook

scherpste

en

gij

zal hebben, zoo

des Heeren gelasterd zal

hem

met name

de inboor-

gelijk

gedood worden."

lasteren van den

niet door ons verzwakt; en al

we, dat dit Gebod voor ons in het artikel van een strafwet

en

hem

zal

de kinderen Israëls zult

gedood worden; de gansche vergadering zal alzoo

NAAM

Jehovah gelegd wordt,

leger;

zeggende:

tot Mozes,

hoofd leggen:

zijn

steenigen.

spreken zeggende: Een ieder, als zal

het

buiten

tot

handen op

vergadering

geheele

„En de Heere sprak

dit:

naam

ontkennen

mag opgaan mag

hier de geestelijke beteekenis der wet, toch

meest concrete overtreding nooit

uit het

oog verloren.

Als er staat: „Gij zult niet dooden," belijden de kerken, dat God, verbie-

dende den doodslag, ook tevens verbiedt den wortel van den doodslag en al

wat den mensch daartoe brengen mag. En zoo zeggen we ook

hier,

dat achter dit Gebod geheel de geestelijke achtergrond ligt van het mis-

bruik bij

dat

met Gods

het zesde

heilige

Gebod toch

openbaring gedreven wordt. Maar gelyk

allereerst

wraakt vinden, zoo moet ook

bij

rechtstreeksch misbruik van den

den doodslag

we

in eigenlijken zin ge-

het derde Gebod allereerst gelet op het

NAAM

als

naam,

niet

om

hierbij te blij-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's

E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 585

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's