E voto Dordraceno - pagina 80
ZONDAG
68
IV.
HOOFDSTUK
II.
God en den mensch een verhouding van noodzaak bestaat, waarin aan God iets van den mensch toekomt, wat de mensch op geen manier aan zijn God mag onthouden. haar klem heeft, dat zoo ook tusschen
Gevolgen der zonde" is de meest algemeene naam, waarin men de werkingen van den goddelijken toorn pleegt saam te vatten, en de eerste ondervinding hiervan doen we op, in de wroeging en de zelfaanklacht van ons hart, als God ons in onze conscientie merken laat dat Hij tegen ,,
ons toornt. En reeds
dit
maakt inwendig zoo
onbeschrijflijk ongelukkig.
Hoe vaak dreef het de Kaïns niet tot zelfmoord uit? Maar hierbij blijft het niet, want een onnoemlijk schriklijk gevolg van de zonde is voorts dat zonde zonde teelt. Gelijk gij het niet in uw macht hebt in een buskruitmagazijn één enkele kist in brand te steken, maar de eerste vonk terstond het vuur van zelf loopen doet en alles in woeste vernieling stuk doet springen, zoo ook is het in uw hart. Alle zonde is als vuur, en geen mensch heeft de gevolgen van zijn zonde in zijn macht. Zonde eens gepleegd geeft een hebbelijkheid, zet zich af in de neigingen van ons wezen, geeft zelfs op onze zenuwen en ons hersenen zoo vlies iets onnaspeurbaars, waardoor ze ons telkens prikkelen; wandelen we dan in de vlam en spranken die we zelf ontstoken hebben. Dit is ook een ijselijkheid, maar het is zoo. De dronkaard weet het, en de wellusteling weet het, en de leugenaar weet het, en de dief weet het, en de driftkop weet het. Een zonde blijft nooit alleen. Zeg dus nooit, dat de zonde alleen maar gemis of ontstentenis van oorspronkelijke gerechtigheid" is, gelijk Melanchton en vele Lutherschen, en op hun voetspoor thans ook onderscheiden Neo-Kohlbruggianen leeren. ,.
Dat is ze niet. Wel is ze geen stof of kleefsel of toonbare kiem of baccil. Ze kan niets positiefs zijn. Dan immers had God ze moeten scheppen, of wij zouden scheppers in eigenlijken zin naast God zijn. Maar daarom is ze volstrekt nog niet een bloote ontstentenis. Neen, de zonde grijpt onze natuurlijke krachten aan, en die „krachten" kan ze wel niet dooden,
maar
die
ze dan
poogt ze
om
te
zetten
in
richting,
wat God aan den mensch gaf om
alsnu tegen
God
in
en op die wijs misbruikt
Hem
te
dienen, ten einde
hij
woelen en strijden zou.
En dat is Gods bestel zoo. De mensch moet het maar weten. Hij kon bij zijn God blijven. Hij moest bij zijn God blijven. Er was niet één enkele oorzaak, waarom Hij niet bij zijn God zou blijven. Maar bleef hij niet en viel hij af, dan zou de vonk ook in hem voortgloeien. Uit zonde zou altoos zonde komen, tot hij
er zelf
bang van wierd. Dit komt van den
vloek,
waaraan de meesten
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's
![E voto Dordraceno - pagina 80](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/e-voto-dordraceno/1892/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's