GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

E voto Dordraceno - pagina 107

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

E voto Dordraceno - pagina 107

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

ZONDAG

V,

HOOFDSTUK

95

III.

dan natuurlijk is hij niet in weerwil, maar juist krachtens de gerechtigheid Gods, de aangewezen held om voor ons door te breken. Vandaar dat de Catechismus dan ook tweeledig de zaak aldus vaststelt: 10. het kan geen ander schepsel zijn, want de schuld ligt in ons, menschen, en dus door ons, menschen, moet ook de straf gedragen; en 20. eisch is derhalve dat wie het bewerken zal een waarachtig en rechtvaardig mensch

zij.

Waarachtig beteekent

maar

het inderdaad

is.

hier „echt", „wezenlijk".

Wat

wij

Zoodat

hij

het niet schijnt,

nu echt en wezenlijk noemen, noemde

Er moet dus niet gedacht, dat met het Schriftwoord: „Alle mensch is leugenachtig en God alleen waarachtig." De uitdrukking „waarachtig" heeft met de „waarheid Gods" hier niets te maken. Er wordt hier alleen mee bedoeld, dat wie als mensch ten deze zal optreden, het niet alleen schijnen

men

eertijds

óf oprecht

óf waarachtig.

hier tegenspraak zou zijn

rnoet,

maar ook moet

zijn.

Dit alles loopt dus volkomen zuiver. Slechts wordt er nu nog aan toe-

gevoegd, dat deze echte mensch ook tegelijk onzondig moet wezen, en dit is het wat de Catechismus noemt: een waarachtig en rechtvaardig mensch. Rechtvaardig beduidt hier niet dat zulk een rechtvaardig

in zijn

doen met

menschen zou zijn; maar dat het recht Gods niets tegen hem te klagen had. En de wondere eisch waartoe we alzoo komen, is deze, dat de Verlossende Middelaar niet kan zijn een dier of engel, maar moet zijn mensch; echt mensch; onzer één: en dat hij toch, hoezeer ook tot ons behoorende, en in ons geslacht ingeworteld, aan de moederzonde ontkomen en van de moederschuld vrij moet zijn. Iets waaruit men tevens ziet, hoe ver van de waarheid enkele Neo-Kohlbruggianen afwijken,, die ingang zoeken te geven aan de zondige voorstelling, als hadde ook op Christus de erfschuld in Adam gerust. Men ijst van zulke uitingen, als men ze ook maar hoort!

Doch nu

het tweede punt!

Terwijl nu de zedelijke plaatsvervanging reeds den wonderen en schijn-

baar onmogelijken eisch

stelt,

dat die plaatsinnemer mensch als wij en

toch gelijk anders dan wij, d. i. zonder zonde of geheel rechtvaardig zij, voegt nu de Catechismus er ten tweede nog dezen anderen eisch aan toe, dat

hij

in

kracht en vermogen

al het creatuurlijke te

boven ga.

„Ten andere: zoo kan ook geen bloot creatuur den last des eeuwigen toorns Gods dragen en anderen daarvan verlossen"; en baseert hierop in Antwoord 15 den eisch: „Dat hij sterker dan alle schepselen, en dies mede waarachtig God zij" Hij

zegt toch in

En ook

dit is

Antwoord

14:

onvergelijkelijk schoon uitgedrukt.

Want

dit juist

is

de

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's

E voto Dordraceno - pagina 107

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's