De drie Formulieren van Eenigheid - pagina 28
benevens het Kort Begrip der Christelijke Religie
14
BELTJDENISSE DES GELOOFS. XXII,
S8an oiije rcAtüaorbigmafinge boor gelooüe in ^t^nè (S^riêtuê.
l^et
om ware kennisse dezer groote verborgende Heilige Geest in onze haiten ontsteekt een oprecht geloove, hetwelk Jezus Christus met al zijne verdiensten omhelst, Hem eigen rtiaakt en niets anders meer buiten Hem zoekt. Want het moet noodzakelijk volgen of dat niet al wat tot onze zaligheid van noode is, in Jezus Christus zij; of, zoo het alles in Hem is, dat degene, die Jezus Christus door het geloof bezit, zijne geheele zaligheid heeft. Nu, dat men zeggen zou, dat Christus niet genoegzaam is, maar dat er nog benevens Hem iets meer toe behoeft, ware eene al te ongeschikte Godslasteringe want daaruit zou volgen, dat Christus raaar eene halve zaligmaker ware. Daarom zeggen wij ten rechte met Paulus dat wij door 't geloof aVecn of door 't geloof zonder de werken gerechtvaardigd worden. Doch wij verstaan niet, dat het, om eigenlijk te sprehen, 't geloove zelve is, dat ons reclitvaardigt; want het is maar een instrument, waarmede wij Christus, onze rechtvaardigheid, omhelzen. Maar Jezus Christus, ons toerekenende alle zijne verdiensten en zoo vele heilige werken, die Hij voor ons en in onze plaats heeft gedaan, is onze reclitvaardigheid en het geloove is een instrument, dat ons met Hem in de gemeenschap aller zijner goederen houdt, dewelke, onze gewjrden zijnde, ons meer dan genoegzaam zijn tot onze vrijspreking van onze zonden. Wij
heid
gelooven
te
dat,
,
bekomen
,
,
,
:
,
,
:
XXIII. at onjc rec^tbaavbigmafiiige bestaat in be öergetingc ber jonbcn en tocvefeninge ber geïjoovjaamïieib S^risiti.
Wij gelooven, dat onze gelukzaligheid gelegen is in de vergovinge onzer zonden om Jezus Christus' wille, en dat daarin onze rechtvaardigheid voor God begrepen is, gelijk David en Paulus ons leeren verklarende de gelukzaligheid des rt\cuschen te zijn ^ dat God hcyn de gerechtigheid zonder de werken toerekent. En dezelfde Apostel door de zegt: dat wij om niet of uit genade gerechtvaardigd zijn die in Jezus Christus is. En daarom houden wij dit verlossinge fondament altijd vast, Gude alle de eere gevende, ons vernederende en bekennende zoodanigen als wij zijn, zonder iets van ons zelven ,
,
,
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1894
Abraham Kuyper Collection | 152 Pagina's
![De drie Formulieren van Eenigheid - pagina 28](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/de-drie-formulieren-van-eenigheid/1894/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1894
Abraham Kuyper Collection | 152 Pagina's