Encyclopedie der Heilige Godgeleerdheid - pagina 183
Deel een. Inleidend deel
,;
Afd.
en
2.
Hfst.
III.
dan de
subjectief niets anders
is
DAVID CHYTRAEUS.
§ 72.
175
„illuminatie» Spiritus Sancti seu
lumen supernaturale menti nostrae infusum". Waar nu supernaturale in het subject
op heeft genomen
in zich
principium obiectivum
als
,
,
is
eas
en toont klaarlijk de ons
in die Schrift
zijn siipematiirales
,
om-
„superant rationem hominis qua talem, qua non percipit
ze nisi
,
dit
daar richt het zich op de S. Scriptura
geopenbaarde waarheden. Deze waarheden dat
lumen
dit
humana
ingestort, en de ratio
per lumen superius elevetur atque informetur". Toch spruit
deze noodzakelijkheid slechts uit de zonde voort. Hij bedoelt toch dat de goddelijke waarheid tegen onze ratio „per se et qua
niet,
repugnaret,
tali
per accidens corruptionis et pravae disposi-
sed
quae menti nostrae adhaeret." Zijn conclusie
tionis,
is
derhalve,
dat een Christen zeggen moet, niet „qua aut quia ego ita intelligo capio iudico ideo de fide est" maar „ quia Deus in S. Scriptura ,
,
,
,
ita loquitur, ideo de fide est, et hinc ego ita iudico ac iudicare et
credere debeo"
(p.
gratiam et naturam
Hij stelt alzoo een „latissima distinctio inter
3).
inter revelationem gratiae specialem et genera-
,
lem, en dus ook tusschen het lumen supernaturale et naturale", en
daarmee saamhangend tusschen de Theologie en Philosophie
(p.
4)
door de
maar het verband tusschen beide handhaaft hij even beslist en door er op te wijzen hoe de ratio als recipiens fidei te nemen ,
praesupposita van
de Theologie, zooals „esse
Deum, Deum
esse
justum, gubernatorem mundi, animam esse immortalem eet" haar ,
^cum
smid Philosophia
Na
zijn (p.
3).
David Chytraens.
§ 72.
(die
communia"
deze breedere ontleding van het standpunt der Gereformeerden
op
terrein
dit
*
voorafgingen)
in
,
hervorming, bestaat er geen noodzaak,
de eerste decenniën na de
om
even uitvoerig
bij
niet,
omdat
dit
ten andere niet
,
grootendeels tot zuivere herhaling zou leiden; en
omdat hun methode van behandeling reeds meer-
malen het onderwerp van degelijke studie uitmaakte;
iets
opzichte der Gereformeerde Theologen dusver ontbrak.
studium
te
de compendia hunner Luthersche tijdgenooten. Vooreerst
staan
hierbij
stil
wat ten
We doelen
minder op Theobald Thamer (Adhortatio ad Theologiae in
Academia Marpurgensi,
1
543), die als rationalist kwalijk
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1894
Abraham Kuyper Collection | 502 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1894
Abraham Kuyper Collection | 502 Pagina's