Encyclopedie der Heilige Godgeleerdheid - pagina 320

,

Afd.

312

ANTONIO POSSEVINO.

§ IOI.

III.

maar vatte uitnemend wel dat dit gevaar niet door minmaar alleen door andere studie te bezweren is. Hij verwierp

dreigde

dere

Hfst.

2.

,

,

,

om

daarom Latomus' denkbeeld,

de hoogere studiën aan enkele

weinigen over te laten en het gros der geestelijken slechts practisch af te

Integendeel

richten.

hij

de

ook

in degelijke studie

In zooverre

heil.

aan

zelfs geeft hij

eischen toe, dat hij zeer ernstig op beoefening

humanistische

Philosophie niet alleen, maar ook der talen aandringt, en er

der

op tegen

niets

de

alleen

ziet

voor de Roomsche theologie

beginne.

kracht

schappelijke

tegenover

met

heeft, dat de aanstaande theoloog onverwijld

Schriftstudie

drieërlei

niet

Doch

opdat deze meerdere weten-

juist

op het dwaalspoor gerake,

Ten

eisch.

stelt hij hier

eerste dat alle theologische studie

uitga van den Christus, gelijk Hij spreekt door de Cathedra Petri

door deze inspiratio perpetua

en

Ten tweede

Schrift aangeeft.

verstand der H.

zelf het recht

dat de studie der H. Schrift geoefend

worde aan de hand van goede Commentaren, wier orthodoxie onverdacht

is.

En

ten derde, dat alle Schriftstudie uitloope

tische studie, en bij deze

worde

dogmatische studie noch de rechten der

noch het gezag van de Cathedra Petri

traditie

Hierin

verloren.

op dogma-

nu

ligt

een

beginsel,

het oog

uit t.

mag

w. het beginsel

der Kerkelijke autoriteit, dat niet van de uitkomsten der theologische studie afhankelijk wordt gesteld,

maar

er het uitgangspunt

voor vormt en ze beheerscht. Vandaar dan ook, dat

zijn practische

om

den geestelijke

Theologie geheel op de Kerk gericht te leeren

om

hoe

den leek

hij

in

,

eenerzijds

de Kerke Gods verkeeren moet en anderzijds ,

doen beseffen, wie

te

is

hij is

en voor de

Kerk

zijn

moet.

Metterdaad vormt Laurentius dan ook den overgang van Latomus

op Possevino

Wat

eeren.

te

Petrus

en

biedt, §

is

die als

,

toch

Morinus

de eigenlijke Encyclopaedist der Jezuïeten

Canusjm in

zijn

Loei Theologici (Salmant 1563)

Opuscula

(ed.

Paris.

1675.

Tom.

I.)

door Possevin overgenomen en uitgebreid.

101. Antonio Possevino.

Antonio Possevino fel

zijn

is

polemist

en

kundig

(1534

— 161

1)

was een Italiaansch diplomaat,

Theoloog, die

in

Avignon en Lyon een

tijdlang aan het hoofd van het Jezuïetencollege stond. Zijn bekendste

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen