Dictaten dogmatiek. Locus de Magistratu, Consummatione Saeculi - pagina 5
college-dictaat van een der studenten
Inhoudsopgave. elkander staande
komen
alleen
Ons
de wei, de menschel. logos meer coöperatief met
(bij
d.
Godd. dan
van de gratia communis en het oogpunt van gr. comm. beschouwd
op het
liggen beide
uit
bij d.
emp.),
terrein
wetenschap komt
exclusief begrip van
in
de H.
S. niet voor.
tot
haar recht.
73
Evenals de openbaring, opdat zij een algemeen karakter zou dragen, eerst 73 gegeven is aan een Oostersch, Semitisch volk (opgevangen in mystieken vorm) en daarna de dialectische reflectie i. h. bewustzijn door den stam van Japheth, zoo ook bij d. vier overige fac. eene empirische en e. wetenschappel. periode. 74 :
Op
I.
elk gebied v. menschel. kennis gaat
De overgang tusschen
II.
de eerste aan de tweede vooraf. 77
die beide is niet plotseling
in de tweede werkt de empirie nog na; 73 deze geeft aan de wetenschap stof en inhoud.
(Onderscheid tusschen wijsheid en wetenschap.
De wetenschap
77
;
78
79)
79
begint met Aristoteles.
Zijn optreden dienstbaar aan de dialectische ontwikkeling der waarheid (Paulus). 80 Na algeheele inzinking de dialectiek weer opgeleefd in de Scholastiek. 81
Eene meer universeele ontplooiing sedert de Reformatie.
De
17e en 18e
eeuw
81
82
het polyhistorische tijdperk.
Einde 18e eeuw (Kant) treedt op het generieke, or^a/z/sc/ze begrip der wet. 82
Taak der encyclopaedie
voor elke faculteit aan
:
gekomen
reeds tot een zelfstandig, bewust bestaan
te is.
Uit den strijd tegen d. werking der zonde
A.
op het veld
I.
v.d.
Xc'j'cc
(97)
:
i.
de (philo)l o g
toonen,
in
hoeverre zulk eene faculteit
83
h. i
kosmische leven ontstond 83
s c h e faculteit
;
84 87 88
„juridische
„
;
crGi/ux
„medische
„
;
(p6(Tig:
„
„
;89
II.
..
„
„
v.d.
y.o'.v(jiuf.cK
III.
,.
„
„
v.h.
IV.
„
„
„
v.d.
:
natuurkundige
Het empirisch bijzondere van het eerste nadenken bleef bewaard door 90
B.
de historische en studieuse traditie en werd met
Waaruit
Door de
§
opgeheven
Aristoteles
C.
in
gr.
in
de 13^^ en 14de
comm. houdt
De
het
universiteitswezen
92 is
opgekomen 93
elke fac. op eigen terrein de hel tegen. (94, 96)
De theologische en de
4.
het wetenschappelijk generale.
eeuw
95
98
vier overige faculteiten.
verhoud, tussch. deze loopt parallel m. die
alle vijf faculteiten
Ook
d. 1.
II.
III.
Haar teit
iheol.
(niet
staan op de
wat inhoud
betreft,
basis
maar
t. gr. sp. en gr. comm., doch 100 van gratia communis. 102
alleen formeel),
daar
zij V.
dczC Ontvangt 102
eveneens haar subject (den menschelijken logos) met zijne instrumenten in dat subject
met de andere
object
een aansluitingspunt
a.
haar object
i.
d. scintillae religionis
faculteiten haar doel in de theodicee
;
102
;
104
op logisch gebied. 104
(God) en methode evenwel ontvangt de theologische faculvan de gratia specialis. 106
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 804 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 804 Pagina's