Onze eeredienst - pagina 31
UITOEFENING VAN GODSDIENST.
27
bedoelde men met die oefeningen of gezelschappen,
Oorspronkelijk
onderlinge bijeenkomsten van enkele
m eer
gevorde rde Christenen, die
door onderlinge saamspreking, en door mededeelingen uit hun geeste lijk leven, onderlinge stichti ng wilden bevorderen d Soms was er dan één die bijzonder de gave had om indrukwekkend en op aangrijpende wijze een woord tot stichting te kunnen spreken.
dan die oefenaar alleen het woord. Zoo breidde kwamen toeloopen. En ten slotte zag Meerderen de kring zich uit. niemand er meer verschil in, of er een predikant op den kansel stond
Van
hield
lieverlee
of een oefenaar
voor het voorlezersbankje.
oefenaar dan ook maar op den kansel klimmen. En dan bad men, en zong men, en hoorde men. En leek het in alles op een gewone godsdienstoefening als de eene droppel water op den andere. Zoo verflauwden alle grenzen. Catechisatie, Oefening, Predikatie, En vandaar kwam het dat zoo vaak zulk een het liep alles ineen. „Laat ons oefenaar, die een sterken aanhang had, tot het volk zei zelf een kerk zetten; maak mij dominee; en word een aparte Gemeente !" En op dit geheel verloopen standpunt was hier ook feitelijk niets Eindelijk
men den
liet
:
tegen
zeggen.
te
Ziet
men
een godsdienstoefening niets anders dan
in
een opgekomen schare, met een voorganger die een stuk
uit den Bijbel met de opgekomenen bidt en zingt, waarom zou die oefenaar dan niet evengoed als een Dienaar des Woords zijn ? Waarom kon hij voor dat doel niet soms beter wezen ? En zijn er niet voor-
en
bespreekt,
beelden
te
Woords
dof
trilde
en
men onder
dat
dor
bleef,
en
het
spreken
daarom
nu
leggen
godsdienstoefening
van den dienaar des
onder de toespraak van een oefenaar
en tintelde van inwendige geestelijke
Juist
dat
over,
we zóó den
beweging?
vollen nadruk
op de stelling, is, maar uit-
niet een oefening in godsdienst
oefening van godsdienst. Niet natuurlijk alsof de uitoefening van den godsdienst uitsluitend in
kerkgaan
moet uitoefening van godsdienst de daad van geheel ons leven zijn, in alle onze gedachten, woorden en werken. De mensch altoos priester Gods, gehet
ééne,
bestond.
Veeleer
groote, koninklijke
roepen
om
zijn
heiligheden
te
bedienen.
Maar al is het, dat ge in uw gezin van den vroegen morgen tot den laten avond uw God hebt te dienen, en alzoo rusteloos Godes dienst hebt
uit te
godsdienst als
ge,
eenigt in
oefenen, toch voelt ge zeer wel, dat de uitoefening van den in
met
uw huis een heel ander en meer uw huisgenooten om het Woord
Godes lofzegging en aanbidding.
eigenlijk karakter erlangt,
verzameld, u saam ver-
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1911
Abraham Kuyper Collection | 568 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1911
Abraham Kuyper Collection | 568 Pagina's