Afgeperst - pagina 15
't
mooie taalbeeld misduid.
welke
aangeeft.
In
inperking
van
de
11
ook genomen, wijst inspannen altoos op van beweging, en dit nu was 't, en
taal
vrijheid
wat ook mijn schets van 't geëtste beeld weergaf, toen ik gewaagde van mindere vrijheid van beweging in 's Ministers Mijn consideratie was verwant aan wat de oud-Gouverneur geest. Generaal, de heer Pijnacker Hordijk, op 20 November 1901 aan den Minister van Asch van Wijck toevoegde (zie Hand. b\z. 88): „Dat deze begrooting mij niet bevredigt, spreekt van zelf. Ik mocht dat ook niet verwachten van een Minister, die eerst kort anders
niets
omvangrijke
deze
geleden
voor
vaard,
wien
onze
maar die wat Oost-Indië
om
en
moeielijke
koloniën
betrekking
heeft aan-
wel geen gesloten boek
betreft zeker eenigen tijd zal
zijn,
behoeven,
wergouverneur van
zich in de veelzijdige en belangrijke vraagstukken in
te
En Van Asch van Wijck was althans Suriname geweest. Feitelijk heb ik dan ook niet anders gezegd dan wat Justus van Effen in zijn Spectator van iemand, die hem ken."
gekwetst mij
is
had,
aldus uitdrukte
aangedaan
met
niet
Het
:
opzet,
is
maar
zoo, uit
„dat de beleediging
bezetheid
...
uit
af-
getrokkenheid van geesf'.
Meent nu Dr. de Visser metterdaad, dat, onder alle Ministers en Kamerleden, alleen de heer de Waal Malefijt aan deze algemeenmenschelijke beperktheid n/e^ onderhevig is? Natuurlijk
hoe
ter
wereld komt
armoede"
lectueele
dan van een
viel
niet.
Maar
dan bij, om van een „brevet van ihtelreppen, waar toch van niets anders sprake
hij
te
uiterst
er
gewoon menschelijk
verschijnsel,
waarop de
koppen, de krachtigste denkers en de hoogst staande Hoe anders politieke corypheeën zich zelf gedurig betrappen ? kwamen de notitie-papiertjes bij het redevoeren in de wereld, dan geleerdste
omdat de spreker oogenblik
bedacht
zijn ?
niet
is,
Dr.
de
dat onder de inspanning van het
genoeg en niet genoeg op alles dan ook geen oogenblik, hier neer Visser zelf bij zijn optreden op
vrij
Ik aarzel
dat
schrijven,
te
geest
zijn
zal
bang
zelf
8 December, het geïncarneerde bewijs voor mijn beweren leverde.
Had
hij
toch
zijn
bij
autosuggestie onvrij geweest,
korte speech niet onder een
verkeerd, hij
en
zou zich
ware
zijn
zelf geheel
geest
te
inspannende
daardoor niet zoo
meester
zijn
gebleven, en
mijn taalbeeld niet zoo hopeloos hebben kunnen verfomfaaien. Het
„Ook anderen hebben uw zeggen zoo opgevat", zal hij tegenwerpen Ik wil het waarlijk wel gelooven. Als een klemmij mend zinnensnijder als Dr. de Visser een interpretatie van uv/ is
zoo.
!
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1912
Abraham Kuyper Collection | 120 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1912
Abraham Kuyper Collection | 120 Pagina's