Zions roem en sterkte - pagina 205
VAN ZICH
DE WARE KERK TE HOUDEN.
BIJ
197
op zichzelf te houden, om op zijn eigen persoon te Laat ons onze onderUnge bijeenkomsten staan, Hebr. 10 25. niet nalaten, gelijk sommigen de gewoonte hebben, maar elkander vermanen en dat zooveel te meer, als gij ziet, dat de dag nadert. behoort
:
;
Vraag. Hoe zoo ? Antw. 1. Van de eenzaamheid kan ook in dit opzicht gezegd worden, dat zij niet goed is, Gen. 2 18, maar twee zijn beter dan een, Pred. 4 9. 2. Al de vromen van alle tijden hebben geklaagd als zij de gemeenschap der Kerk moesten missen, Psalm 88 19. Gij hebt vriend en metgezel verre van mij gedaan mijne bekenden zijn Psalm 42 Ik gedenk daaraan, en stort in de duisternis. 5. mijne ziel uit in mij omdat ik placht heen te gaan onder de schare en met hen te treden naar Gods huis, met eene stem van vreugdegezang en lof onder de feesthoudende menigte. Het is eene schrikkelijke zonde de Kerk te verlaten, en eene 3. betere te willen oprichten want daar men zich van de Kerk afscheidt, scheidt men zich van Christus' lichaam onteert men zijne belijdenis bedroeft men de godzaligen doet men de eenvoudigen dwalen, en maakt, dat de naam Gods gelasterd wordt, •
.
.
:
:
:
;
:
;
;
;
;
;
1
Cor. 3
:
3.
Vraag. Wat is dan de plicht der christenen ? Antw. Zij alle zijn schuldig zichzelven bij de Kerk te voegen, en daarmede te vereenigen, Handl. 9 26. Saulus nu te Jeruzalem gekomen zijnde, poogde zich bij de discipelen te voegen. :
Hoogl.
1
gij
weidt,
om
zou
:
Zeg
7.
waar ik
mij aan, gij dien mijne ziele lief heeft, v^aar de kudde legert in den middag want waarals eene die zich bedekt bij de kudde uwer
gij
zijn
;
metgezellen ? Vraag. Hoe dringt gij dit verder aan ? Antw. 2. Uit de standvastige praktijk der heiligen. Men zie in de eerste wereld, als Seth een zoon geboren wordt, dien hij Enos noemde toen begon men den naam des Heeren aan te roepen. Gen. 4 26; in Mozes, die groot geworden zijnde, geweigerd heeft een zoon van Farao's dochter genaamd te worden, verkiezende liever met het volk Gods kwalijk gehandeld te worden, dan voor een tijd de genieting der zonden te hebben, Hebr. 11 24, 25; in David, die hoewel bespot door zijn eigen vrouw, tegen haar zeide Ook zal ik mij nog geringer houden dan alzoo en zal nederig zijn in mijne oogen, en met de dienstmaagden, waarvan gij gezegd hebt, met dezelve zal ik verheerlijkt worden, 2 Sam. 6 22. 3. In de Kerk is heerlijkheid en sieraad, die men te vergeefs buiten de Kerk zal zoeken, Jes. 43 4. Van toen af, dat gij kostelijk zijt geweest in Mijne oogen, zijt gij verheerlijkt geweest, en Ik heb u liefgehad, Cap. 62 3. En gij zult een sierlijke kroon zijn in de hand des Heeren en een koninklijke hoed in de hand uws Gods. ;
:
:
:
:
:
:
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1914
Abraham Kuyper Collection | 348 Pagina's
![Zions roem en sterkte - pagina 205](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/zions-roem-en-sterkte/1914/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1914
Abraham Kuyper Collection | 348 Pagina's