Antirevolutionaire Staatkunde - pagina 302
met nadere toelichting op Ons program. Eerste deel. De beginselen.
HET STAATSDOEL.
294
ZOO de Overheid, waar hulp en leiding van de politieke kracht noodig deze opzettelijk, en van een valsche theorie uitgaande, aan het leven
zijn,
kunnen dezen steun
Zelfs wetenschap en kunst
der burgerij onttrekt.
Thorbecke moge
en hulp niet altoos missen.
den Rechtstaat gedecreteerd hebben, dat kunst geen Staatszaak van Thorbecke's verdict het
en hoezeer
artistieke ontlook,
ons
worden.
Er
stiptelijk
te
mag door de Overheid
cultuur eert
als
De
kan
belang
aller
zoo
en
waken
te
hem
komt het nu aan den
al
mer
op
toe, zich hierbij
ingeroepen,
Wat
uit
is,
en
te zien.
Er
onverschillig
er zijn
—
ook gemeenschap-
oeconomisehe belangen, cultuurbelangen en ideëele belangen,
pelijke en
en
maar
persoonlijke, er zijn corporatieve,
zijn
heeft voor
het met de Overheid,
is
van eenig gebied zeggen, dat het
nooit
thans
die de Overheid
derhalve in volstrekte onthouding zijn eenige taak heeft
hij
Staat, en
zichzelf
zelfstandige
zou
ondergaan,
en
tieren
bloeien
helpe
ze
kan,
de
store
Overheid
niet in
maar wat zonder haar hulp en steun
ontwikkeling,
voortbestaan
èn
Desnoods kan
verflenste.
dus ook aan de Overheid, nim-
dringen, toch mag, waar haar hulpe wordt
te
hulpe ook door de Overheid niet afgewezen worden.
die
zijn
't
—
raakt
uitspraak
souvereiniteit in eigen kring doet
ook hier haar strengen eisch gelden, maar wie hetgeen
toch
verwaarloosd
niet
ook hier zeer zeker grenzen,
liggen
eerbiedigen heeft.
zijn
Ook wat men
door overdrijving en eenzijdigheid had gezondigd.
onder
is,
kunstleven ten onzent, hoe eerst na de wegvalling
jongere
het
toont
van
als verpersoonlijking
weer opbloeien waar
èn
eisch tot in het intiemste
dit
zijn.
Van
de Religie houde de Overheid haar dwingende hand zoo ver het kan,
maar toch kunnen
af,
voordoen,
die
wel
er zich zelfs
kort
schoot
in
om
nooit
Overheidswege vragen,
en
leiding,
een
4.
Reeds
De
maar dan toch
Overheid,
die
om
in geval
steun van
van nood
te
te zijn
tegen den last van haar roeping.
Rechtsstaat onvoldoende.
Hegel
zag dan ook
Kant en Fichte niet was het
religieus gebied toestanden
het zich kwijten van deze altoos uiterst netelige taak,
zou bewijzen, niet opgewassen
§
ook op
doel van den Staat
in,
uit te te
dat met de formeele Rechtsidee van
komen, en gaf
zoeken
in
wat
hij
er
daarom voorkeur aan,
noemt „die
Sittlichkeit,"
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1916
Abraham Kuyper Collection | 736 Pagina's
![Antirevolutionaire Staatkunde - pagina 302](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/antirevolutionaire-staatkunde/1916/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1916
Abraham Kuyper Collection | 736 Pagina's