Antirevolutionaire Staatkunde - pagina 99

OVERGANG

IN

DEN NIEUWEREN

91

TIJD.

aloude beteekenis van het woord Staat, dat met stand verband hield.

een

zelfstandige

den

persoon,

deed

de onderscheiden groepen in de bevolking, die

op

toen

Het doelde

machtspositie

innamen,

De persoon was

overgaan.

maar krachtens representatierecht

oog

het

alzoo geen State uit eigen hoofde,

of opdracht.

in al

deze onderscheiden beteekenissen

bied

of

brekkigen

groepen

van

staat,

men van

spreekt

staat

huwelijksstaat

volksgeheel

het

innamen,

staat

in

staat,

en deze uitdrukking van staat

deze

positie,

macht van

afgeleid, geenszins een ge-

dan toestand betee-

van overlijden, van een ge-

enz. in geheel gelijken zin.

Die

groep

zijn

gelijke

De macht kwam

vormden dan een eigen stand of ging als van zelf over op hem, die

hoogen toestand,

dezen

dezen

staat

en

betrekkelijke

Er lag zeker begrip van ge-

representeerde.

zelfstandigheid

deeltelijke

in uitgedrukt, bijna altoos naast

machtsbevoegdheden van andere standen,

en

in ver-

of groepen.

de gedeeltelijke zelfstandigheid der onderscheiden

uit

standen,

groepen,

waarbij steeds in

de bevolking, die een hoogeren, min of meer zelfstandigen

in

band met

is

niets anders

maar oorspronkelijk

stand,

Nu nog

kende.

Iets,

houden, dat het Latijnsche Status, waarvan ons staat

te

is

den naam van staat op

en

de machtspositie van de groep vertegenwoordigde,

die

steden

of

provinciën op, maar kon slechts in het

worden uitgeoefend. Toen nu later de eenheid der Christenheid, gelijk die onder den Paus en den Keizer bestaan en gebloeid had, uiteenviel, was het alleszins verband

onderling

van

de

gezamenlijke

Staten

dat de onderscheiden volken van

natuurlijk,

Europa elk voor zich op

het verkrijgen van een eigen volkspositie bedacht waren, en dat tevens

naam van Staat het verband lag uitgedrukt, waarin deze „staten" als saam de Europeesche bevolking vormend, bij elkaar hoorden, en aangewezen waren op internationale onderlinge betrekking. Zoo dezen

in

waren van

gelijk

hoedanigheid aangaat,

met de te

sprak

de

Vooral

van de Provincie, Staten Generaal en tenslotte Staten ze dan ook op het Congres te Weenen in deze

er Staten

Europa,

saam optraden. Voor wat het eigen land op zichzelf men dan van Gemeenebest of Rijk, maar in verband

overige

de

algemeene brengen.

landen

Duitsche

sprak

men van de

staatsgeleerden

Staatsleer

afzonderlijk

zijn

de

staten

van

Europa.

dan ook steeds gewoon

bij

Statenverbinding ter sprake

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen