GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 2]) - pagina 15

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 2]) - pagina 15

[Deel 2]

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

KEERPUNT

and Aid Fund voor hulp aan slachtoffers van de apartheid (1965). Overigens werd ook toen nog geen steun verleend aan resoluties die dwingende algemene sancties of een economische boycot oplegden. Nederland eerbiedigde de nationale autonomie van Zuid-Afrika en geloofde bovenal in de kritische dialoog. Die dialoog kende een veelheid aan middelen. Bekende niet-gouvernementele voorbeelden waren de diverse schrijvens van de hervormde en gereformeerde synodes en de paginaruil van de dagbladen Trouw en Die Burger (1963/64). 1 4 Een ander voorbeeld was het publiek protestadres van parlementariërs tegen de verlenging van de 90-dagenwet (1964), een initiatief van oud-premier dr. W. Drees. 15 Kort voor zijn adresactie hadden 15 vooraanstaande Nederlanders een brief (gedateerd 31 oktober 1963) gezonden aan minister-president V. G. Marijnen. 16 Voorman van dat gezelschap was de vu-hoogleraar prof. mr. W. F. de Gaay Fortman, die ook lid van de Eerste Kamer was. De brief vroeg de Nederlandse regering contact op te nemen met de regering van Zuid-Afrika om 'tot een gezamenlijke bezinning op de gevolgen van de huidige situatie te komen'. Want 'Nederland in het algemeen, en de Nederlandse Regering (...) in het bijzonder hebben een roeping ten aanzien van dit oude broedervolk, waarmee nog hechte banden van vriendschap bestaan'. Het leidde tot een poging (1964), een delegatie van vijf leden van de Staten-Generaal onder leiding van De Gaay Fortman naar Zuid-Afrika uit te zenden. Verderop zullen we nader ingaan op de bijdrage van De Gaay Fortman tot de dialoog. 17 De 'kritische dialoog' bleef het officiële beleid, hoezeer het intussen evolueerde. Totdat het kabinet-Den Uyl in 1973 de koers jegens ZuidAfrika duidelijk verlegde: 'Het kabinet zal zonder bepaalde vormen van dialoog uit te sluiten, naar vermogen bijdragen tot het doen verdrijven van rassendiscriminatie en kolonialisme'. 18 Minister Max van der Stoel ging vervolgens tevergeefs naar havenbaronnen en captains ofindustry om steun te zoeken voor een beleid van vrijwillige boycot. Het was de opmaat tot de bevriezing van het Cultureel Verdrag, na de Soweto-opstand en de dood van Steve Biko (1976/77). Het opgeven van de dialoog was reeds veel eerder bepleit door een aantal antiapartheidsorganisaties. 19 Buskes' in 1957 opgericht Comité Zuid-Afrika (CZA) kreeg na Sharpeville een nieuwe start. In 1 9 6 1 werd Buskes erevoorzitter, maar de dagelijkse leiding werd toevertrouwd

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 376 Pagina's

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 2]) - pagina 15

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 376 Pagina's