GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Structuur en energie in de organische chemie - pagina 28

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Structuur en energie in de organische chemie - pagina 28

Rede gehouden bij de aanvaarding van het hoogleeraars-ambt in de faculteit der wis- en natuurkunde aan de Vrije Universiteit te Amsterdam

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zijn dus nog lang niet alle moeilijkheden, welke het thermo-chemisch onderzoek van dit materiaal bood, over­ wonnen, toch heeft het den energetischen samenhang tusschen den vasten en den vloeibaren toestand van homologe reeksen, althans in groote lijnen, aan het licht gebracht. Ook heeft het de door velen (o. a. S w i e t o s 1 a w s k i) op den voorgrond geplaatste additiviteit van de moleculaire verbrandingswarmte van organische verbindingen geken­ schetst als een beschrijvingswij ze, die deze grootheid slechts in eerste benadering weergeeft. *

*

*

Ook een reeks onderzoekingen, betrekking hebbende op structuurdetails van de tweede groep, dus die welke het isomerie ver schijnsel omvat, heeft het benaderend karakter van de ,,additiviteit" aan het licht gebracht. D e verbrandingswarmte van een aantal wijnsteenzuurimiden voerde V e r k a d e en medewerkers tot een zeer vruchtbare hypothese omtrent de plaatsing van hydroxylgroepen en energie-inhoud. G a f de bereidingswijze dezer stoffen reeds een aanwijzing omtrent hun structuur, vooral wat betreft de plaatsing der hydroxylgroepen, B ö e s e k e n's elegante boorzuurmethode leverde voor deze structuur een interessante bevestiging. Het thermo-chemisch onderzoek nu wees uit, dat diegene, waarvan de hydroxylgroepen in cis-stand geplaatst waren, een hoogeren energie-inhoud hadden dan die met trans-standige groepen. Verder waren er goede gronden voor de onderstelling dat dit energieverschil niet op rekening te stellen was van buiten het molecule gelegen oorzaken. Vandaar dat deze gegevens tot de hypothese voerden, dat het afstandsverschil der hydroxylgroepen in verband zou staan met het geconstateerde energieverschil. Aanvankelijk vond deze hypothese steun in de energieverschillen, geconstateerd bij andere cis-trans isomeren 1.2.diolen, nl. bij die, afgeleid van dihydroindeen, cyclopentaan en ook bij die van de beide paren diolen, afgeleid van 1.2.3.4.tetrahydronaftaline. Voor de 1.2.diolen van cyclohexaan, 1.methyl- en l.phenylcyclohexaan werd juist een energieverschil in de andere richting geconstateerd. Daar heeft dus het trans derivaat een hoogeren energie-inhoud dan het cis isomeer. Juist 28

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 december 1929

Inaugurele redes | 34 Pagina's

Structuur en energie in de organische chemie - pagina 28

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 december 1929

Inaugurele redes | 34 Pagina's