GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Veertiende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 32

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

xxxn Heel ons aanzijn, heel ons leven, al onzen arbeid eischt ze op voor onzen God. Ze wil, dat alles godsdienst zij. Dit blijkt reeds aanstonds voor wie de breedte meet, waarin elk harer 10 Geboden over ons leven uitgaat. Maar meer nog, als de eisch van Gods wet naar de diepte afdaalt en in het: „Gij zult den Heere uwen God liefhebben met uw geheele hart en met uw geheele ziel" de kern van ons wezen en de diepst liggende beweegkracht onzes harten voor den Heere opeischt. Liefde, zuivere, innige, volkomen liefde voor onzen God wil ze, dat die drijfkracht zijn zal. En wat doet ze daarmee anders dan op heel ons leven beslag leggen voor den Heere? Want wat ze aldus vraagt is geen idyllische liefde, die zich tot zoete mijmering terugtrekt in de binnenkamer onzes harten, maar eene werkzame, die alle kracht in ons eerst wekt en prikkelt en aan den arbeid zet en dan richt op de eere des Allerhoogsten. „Gij zult," zoo roept ze, „den Heere uwen God liefhebben met geheel uw hart en mei geheel \X\Y ziel en met al uwe krachten.'" Met al uwe krachten. Geene uitgezonderd. Ook die niet, die ge het eerst en het liefst aan de klem van Gods recht onttrekt en waarmee ge, als ware ze geen kracht, maar een bijna overtollig ornament uwer natuur, gewoon zijt een zoo dartel spel te drijven: uw verstand. Hoor slechts, hoe de Heere Christus hierop nadruk legt, als Hij het eerste en groote gebod aan de schriftgeleerden verkondigt, zeggende: ,Gij zult liefhebben den Heere uwen God, met geheel uw hart en met geheel uwe ziel en met geheel uw verstand.' Een uitbreiding, die trouwens niets is dan een openen van de schaal en een splijten van de pit der aloude hoofdsom: „Gij zult den Heere uwen God liefhebben met al uwe krachten." Want ook ons verstand behoort tot de vermogens onzer ziel, die ons voor de vervulling onzer roeping: de bewuste verheerlijking Gods, onmisbaar zijn. Of hoe zou de minste bevatting van God bij ons denkbaar zgn, had Hy ons met verstand niet begaafd? En zoo we daarbij nog een menschelijk hart in den boezem konden dragen, hoe zou 't ooit in liefde ontgloeien voor Hem, Dien 't niet kennen kon ? Hoe ware bij gemis van een aanknoopingspunt in ons bewustzijn gemeenschap tusschen ons en den Heere denkbaar en wat werd er van onze roeping om den Heere te dienen? Hem te dienen? Zelfs het denkbeeld van godsdienst kon in ons niet opkomen^ veel min dat er ooit dienst van God bij ons zou zijn. Wat beteekenis voor de vervulling onzer roeping om God te verheerlijken ons verstand heeft. Satan toonde het beter te vatten dan wij, toen hij, om onzen wil en heel ons leven van den weg

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1894

Jaarboeken | 207 Pagina's

Veertiende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 32

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1894

Jaarboeken | 207 Pagina's