Jaarboek 1980-1981 - pagina 35

ning voor de periode 1981-1985 (opnieuw vastgelegd in meerjarenafspraken tussen faculteiten en universiteitsbestuur), over de voorbereiding van de tweefasenstructuur en over het leerstoelenplan 1981-1985. Overeenkomstig de afspraak tussen de universiteiten en hogescholen en de minister werd ook voor de Vrije Universiteit een plan vastgesteld en ter goedkeuring bij de minister ingediend voor de (her)bezetting en omzetting van leerstoelen (de thans gangbare term 'kroondocentenplaatsen' past voor de VU niet). Daarbij gold een reductie van dit aantal plaatsen met 1% per jaar, waardoor 15,2 leerstoelen vervallen in de planperiode 1981-1985. In het plan werd behalve een verdeling van deze reductie een verschuiving tussen de faculteiten van 3,2 leerstoelen opgenomen. Het plan heeft betrekking op het beoogd gebruik van bestaande en te verwachten vacatures in termen van leeropdrachten. De termijn om het plan voor te bereiden en vast te stellen was erg kort. Het is de bedoeling dat voortaan jaarlijks zo'n plan wordt gemaakt, waarbij meer dan thans het geval kon zijn, met de resultaten van interuniversitair overleg in de secties van de Academische Raad rekening wordt gehouden. De procedure zal moeten worden verbeterd. Vooral echter zal meer duidelijkheid moeten ontstaan over de - grenzen van de - verantwoordelijkheden van de minister bij de goedkeuring van het plan. Die worden aangegeven in artikel 96ter van de Wet op het Wetenschappelijk Onderwijs. In zijn eerste reactie op het plan voor 1981-1985 heeft de minister dit artikel onzorgvuldig toegepast. De leerstoelen zijn de ruggegraat voor de organisatie van onderwijs en onderzoek in de universiteit. Ze zijn dus bijzondere aandacht waard bij planning, maar lenen zich - in tegenstelling tot studierichtingen en faculteiten -veel minder voor centrale landelijke planning. De beheersing van het aantal universitaire topsalarissen, grondslag van de traditionele ministeriële bevoegdheid inzake leerstoelen, is iets anders dan de profilering van studierichtingen en faculteiten door middel van leeropdrachten. Het laatste is een universitaire bestuursverantwoordelijkheid binnen de grenzen van eventuele ministeriële beslissingen over taakverdeling op grond van artikel 96ter WWO. Met ingang van het academisch jaar 1981-1982 heeft de Vrije Universiteit een studierichting informatica, evenals een aantal andere universiteiten en hogescholen, waaronder de Universiteit van Amsterdam. De nieuwe studierichting is opgenomen in de Subfaculteit der Wiskunde en bouwt voort op de reeds jaren bestaande afstudeerrichting informatica in die subfaculteit. Volgens een 33

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen